Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (1820)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten
Afbeelding van GedichtenToon afbeelding van titelpagina van Gedichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.86 MB)

ebook (3.01 MB)

XML (0.32 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten

(1820)–A.C.W. Staring–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 108]
[p. 108]

Aan mijne dennen.

 
Vloot eens aan d' achtbren Eikentronk
 
Geheiligd druivensap;
 
U lave, o Pijnboom, deze dronk,
 
Uit ongewijde nap!
 
 
 
Uw deugd bepaalt mijn eerbewijs;
 
Geen Luim, die 't nieuwe preekt;
 
Die nu 't Milaansche Popelrijs;
 
Die dan 't Atheensche kweekt.
 
 
 
U hongert naar geen weeldrig land:
 
Gij kleedt het naakte duin,
 
En houdt om Zwedens poelen stand,
 
Als om der Alpen kruin.
 
 
[pagina 109]
[p. 109]
 
't Zij schip of roeibark op den plas;
 
Gij biedt ze uw diensten aan.
 
Gij helpt, als wiek, de snorrende as
 
Van duizend raders gaan.
 
 
 
De toren heft zich op naar 't zwerk,
 
Gestevigd door uw kracht.
 
Gij schoort, in 't slib, zijn metselwerk,
 
En overleeft uw vracht.
 
 
 
Gij wekt de ontslapen haardsteêvlam,
 
En 's winters guurheid zwicht.
 
Der vondrijke Armoe' schenkt uw stam
 
Een toorts, die voor haar licht.
 
 
 
Waar gulle vreugd de citer stemt;
 
Waar harptoon ons verrukt,
 
Wordt gij aan 't maagdenhart geklemd -
 
Van maagdenkniên gedrukt.
 
 
[pagina 110]
[p. 110]
 
Het Noorden, door uw schors gevoed,
 
Brengt u, den Redder, dank.
 
Het Westen huwt, met blijder moed,
 
Uw geuren aan zijn drank.
 
 
 
Wanneer 't vijandig jaarsezoen
 
Het lied der velden smoort;
 
De kraai, op 't jeugdig akkergroen,
 
Alleen het zwijgen stoort;
 
 
 
Hoe pronkt dan, tusschen 't weeklijk kroost
 
Van 't afgebladerd woud,
 
Uw heldenrij, het ijs getroost,
 
En met den storm vertrouwd!'
 
 
 
Hoe strekt gij dan, in fieren stand,
 
Den onverwelkbren tak;
 
Bij windvlaag ons ten luwen wand;
 
Bij sneeuwvlaag ons ten dak!
 
 
[pagina 111]
[p. 111]
 
Dat wild gerank en stekelruig
 
In andre bosschen tier';
 
Het moeilijk pad in kronkels buig';
 
Voor 't naauwe doorzigt zwier';
 
 
 
Gij bant elk hindrend warrelnet
 
Uit uw gewijden kring;
 
Gij spaart den voet bezorgden tred;
 
Het oog verbijstering;
 
 
 
Gij spreidt, in uwe ontelbre schaar,
 
Een grootsch geheel ten toon,
 
En boeit den stillen wandelaar
 
Door hartvereedlend schoon.
 
 
 
Zoo rigt dan, rigt uw zuilen op -
 
Breidt uit uw schaduwnacht,
 
O Pijnen, om een heuveltop,
 
Die mijn gebeenten wacht'!
 
 
[pagina 112]
[p. 112]
 
Geen ijdle trots verhoog' den zerk,
 
Noch sparre d' opgang toe.
 
Het Landvolk ruste er van zijn werk,
 
Als ik van 't leven doe.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken