Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Rook in het hoofd (1964)

Informatie terzijde

Titelpagina van Rook in het hoofd
Afbeelding van Rook in het hoofdToon afbeelding van titelpagina van Rook in het hoofd

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.08 MB)

Scans (19.23 MB)

XML (0.27 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Rook in het hoofd

(1964)–Kees Stempels–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 56]
[p. 56]

IV / (Kareltje)

Ik heb heel wat met Flim over Olga gepraat en dat alleen al wijst erop dat hij niet zeker was van zijn zaak. Voordien was hij verloofd met Dorothy, een heel ander type. Ze waren niet officieel verloofd met ringen, kaartjes, receptie, Flim in gehuurd jacquet, azijnstelletjes en bonbonschaaltjes, maar zo'n festijn stond wel op het programma. Vlak voor Flim de kamer bij de Witteveens had betrokken was de officieuze verloving verbroken. Waarom weet ik niet en op wiens initiatief weet ik evenmin. Ik denk dat het als een gezamenlijk besluit werd voorgesteld - dat lag in de correcte lijn van Dorothy. Het was een hooggestemde affaire, waarvan de beëindiging met enige society-complicaties gepaard ging.

Na elke ‘teleurstelling’, zoals Flims vrouw Netty het pleegt te noemen, verhuisde Flim. In de tijd dat ik hem voor zijn trouwen kende is hij een keer of vijf, zes verhuisd. Een kwestie van zindelijkheid, zei hij.

De klap kwam die keer met Dorothy hard aan, omdat Flim zich tegen zijn gewoonte in bijzonder had ingespannen om zich aan te passen, al kostte hem dat misschien minder moeite dan ik indertijd dacht. Hij stamde uit een ouderwetse deftige leraarsfamilie en alleen doordat zijn vader jong was gestorven was hij niet grootgebracht in de tamelijk welgestelde familie-traditie. Dorothy kwam uit het gezin van een hoge ambtenaar. Om zich harer waardig te maken poetste Flim zijn schoenen, kocht hij een paar dassen, ging hij met een stofzuiger door de kamer voor zij op bezoek kwam en rookte hij sigaretten in plaats van zijn stinkpijpje. De echtgenote van de hoge ambtenaar vond hem een keurige jongen, waarschijnlijk omdat hij snel met zijn studie vorderde en zich intelligent betoonde. Dorothy lette daar niet op; ze vond hem gewoon aardig.

In ieder geval had Flim na het al of niet inspannende

[pagina 57]
[p. 57]

aanpassingsproces zijn buik vol van welgestelde families en, zoals later bleek, voorgoed. Ik verdenk hem ervan dat hij expres zo'n armoedig kamertje betrok: om te demonstreren dat hij daar meer thuis hoorde dan in de ‘beter gesitueerde milieus’. En om de omwenteling compleet te maken liet hij zijn studie schieten en werd hij verliefd op Olga. Hij had zo'n afkeer gekregen aan sociaal klimmen dat hij zich maar liet zakken. Zelf stelde hij het voor alsof hij geen zin meer had in jaren lang collegedictaten en studieboeken herkauwen. ‘Ik ben lang genoeg een parasiet geweest,’ zei hij. Dat leek me alleen waar ten opzichte van mij: hij woonde zelden colleges bij en schreef nooit wat op, maar leende mijn boeken en dictaten. Al stak het me dat hij dan eerder en met beter resultaat zijn tentamens en examens haalde dan ik, een reden tot herziening van levensgewoonten vond ik het niet. Flim bedoelde trouwens wat anders; hij bedoelde dat hij behoefte had aan eerlijk werk en niet meer van het geld van zijn moeder wilde leven.

Het klonk mooi, maar het zal wel een rationalisatie achteraf zijn geweest. Ik probeerde hem ervan te overtuigen dat het altijd de moeite waard was nog een paar jaar door te bijten. Met een diploma kom je altijd veel verder, dat ervaar ik zelf dagelijks. Flim bleef evenwel op het standpunt staan dat je je ter wille van een titel niet moet verkrachten. Ik merkte op dat hij tegenover zijn moeder verplicht was vol te houden. ‘Doe niet zo vaderlijk,’ zei hij.

Hij bleef potdicht voor mijn argumenten en hij zat in zo'n diepe depressie dat hij aan het eerlijke werk helemaal niet toekwam. Nu pas parasiteerde hij op zijn moeder. Hij deed gewoon niets. Ik zocht hem een paar maal per week op en weet dus vrij precies hoe hij zijn dagen doorbracht. Hij ging niet meer naar college, maar bleef op bed liggen tot Olga riep dat de koffie klaar was. Hij paste op Liesje als Olga boodschappen deed, schepte kolen voor Olga, zette de vuilnisbak buiten voor Olga, las wat in tijdschriften of romans,

[pagina 58]
[p. 58]

dronk thee bij Olga, hield Liesje bezig met papier en potlood of leerde haar hoe ze kon zien of er pitjes in een mandarijntje zaten door de partjes tegen het licht te houden. Hij had in die tijd voorraden mandarijntjes in zijn kamer: op een bordje op het rooktafeltje, in een zak tussen zijn boeken geschoven, in het gelid op zijn wastafel.

Hij deed zo weinig dat hij wel verliefd móést worden op Olga, alleen al om de verveling te verdrijven.

Wel, dat lukte aardig, want de situatie ontwikkelde zich snel.

Het verbaasde met al niet meer als Olga 's avonds, als Liesje naar bed moest, met het kind naar boven kwam om het een nachtzoentje in ontvangst te laten nemen. Vaak gingen Flim en ik een poosje later naar beneden om koffie te drinken bij Olga. We kregen dan verhalen over Karels veelvuldige dronkenschappen, waarbij zij af en toe onverwacht geletterde uitdrukkingen bezigde die ik toeschreef aan de invloed van Flim.

Op een avond dat ik weer bij Flim zat - Liesje had de obligate nachtzoen al geïncasseerd - kwam Karel naar boven om ons uit te nodigen voor een borreltje. Het bleek dat Olga en Karel de volgende dag vijf jaar getrouwd zouden zijn; dat moest alvast gevierd worden. Ik ben geen groot drinker en beheerste me dus bij voorbaat. Flim was meestentijds ook zeer matig, maar door de spanningen van de laatste tijd had hij kennelijk behoefte aan stimulerende middelen. Ik had hem tenminste al enige malen met de fles op tafel aangetroffen.

Olga, Karel en Flim weerden zich die avond danig en Karel, die in zijn functie van feestvarken recht meende te hebben op een overmatig groot aandeel, bereikte kort na middernacht de kennelijke staat. Bij een demonstratie van de wijze waarop een oud mannetje op de fiets stapt, maakte hij zulke ongecoördineerde bewegingen, dat hij met zijn hoofd tegen de schoorsteenmantel viel. Hij trachtte direct te be-

[pagina 59]
[p. 59]

wijzen dat hij nog op eigen kracht overeind kon komen en dat lukte, maar hij maaide zo ontzaglijk met zijn armen dat hij eerst allerlei toestanden van de schoorsteenmantel veegde - waarbij de trouwfoto merkwaardigerwijze gespaard bleef - en vervolgens de kitschklok tegen de grond sloeg. Een vallende klok wordt opeens uiterst massief en het gaf dan ook een respectabele dreun, waarbij de dreun waarmee Karel ten tweede male op de grond stortte in het niet viel. Olga knielde huilend neer - de klok was een huwelijkscadeau van haar ouders. Flim en ik ontfermden ons over Karel. Het bloed liep hem over het gezicht en een oog trok zienderogen dicht. Met washandjes, watten en pleisters knapten we Karels aanschijn op en daarna sjouwden we hem naar zijn bed, waarbij ik met de mouw van mijn overhemd aan de deurkruk bleef hangen, zodat de mouw tot de elleboog uitscheurde. Ik liep daarop meteen door naar Flims kamer om mijn jas te halen, nam afscheid van Olga en Flim en verdween.

Wat er daarna gebeurd is weet ik niet, maar ik heb er wel een vermoeden van. Een paar dagen later vertelde Flim namelijk, tijdens een volgende dronken bui, dat Olga hem ietwat geringschattend had gevraagd: ‘Jij kunt het zeker niet op de grond?’ Gezien het feit dat Karel die avond het echtelijk bed bezet hield, ligt de conclusie voor de hand, als men althans aanneemt dat de gelieven te beneveld waren om aan Flims sponde te denken.

De volgende dag vergezelde ik Flim naar een hoedenwinkel: hij was er door Karel opuit gestuurd om het hoedje te kopen dat Olga was toegezegd als cadeau voor het echtelijk lustrum. Karel wenste zich niet met een blauw oog in de hoedenwinkel te vertonen. Dat was de laatste keer dat ik Karel zag, want een week later verliet Olga met Liesje de echtelijke woning. Het leek me toen beter me voorlopig niet bij Flim te vertonen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken