Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Wisconstighe gedachtenissen. Deel 4: van de weeghconst (1605)

Informatie terzijde

Titelpagina van Wisconstighe gedachtenissen. Deel 4: van de weeghconst
Afbeelding van Wisconstighe gedachtenissen. Deel 4: van de weeghconstToon afbeelding van titelpagina van Wisconstighe gedachtenissen. Deel 4: van de weeghconst

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.73 MB)

XML (0.49 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/natuurwetenschappen/wiskunde
non-fictie/natuurwetenschappen/natuurkunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Wisconstighe gedachtenissen. Deel 4: van de weeghconst

(1605)–Simon Stevin–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Ga naar margenoot+ Begheerten.

1 Begheerte.

Der lichamen ghevvicht inde locht eyghen ghenoemt te vvorden, maer in t'vvater naer de ghestalt.

2 Begheerte.

T'voorghestelde vvater overal eenvaerdigher svvaerheyt te sijn.

[pagina 125]
[p. 125]

3 Begheerte.

T'ghevvicht dat een vat ondieper doet sincken, lichter te vvesen, maer dieper, svvaerder, ende evediep, evesvvaer te sijn.

4 Begheerte.

T'vlackvat te connen vvater ende ander stof houden sonder breken of form te veranderen.

5 Begheerte.

T'vlackvat vol vvaters uytghegoten sijnde, ledich te blijven.

Verclaring.

Ledich te blijven, dat is niet ydel, want anders t'ghewicht des lochts souder ghebreken.

6 Begheerte.

Yder vvaters oppervlackGa naar margenoot⋆ plat te vvesen, evevvijdich vanden sichteinder.

Verclaring.

T'welck int ansien dattet deel des clootvlacx ofte wereltvlacx is (wereltvlack noemen wy alle clootvlack diens middelpunt des werelts middelpunt is) oock in een droppel erghens op ligghende ofte anhangende, ofte in water daer eenich lichaem me bestreken mocht wesen, soo niet en is, maer in soo cleyne menichvuldicheyt waters als dese, noch in soo groote als daer t'ginste in merckelick is, en verkeeren de volghendeGa naar margenoot* voorstellen niet. Wel is waer dat wy des waters oppervlack souden meugen nemen voor deel des wereltvlacx, ende de volgende beschrijving daer na rechten, maer wanttet moeylicker waer, ende tottet eynde, dat is de Waterwichtdaet, niet voorderlicker, soo worter begeert datmen toelate, yder waters oppervlack plat te wesen, evewijdich vanden sichteinder.

7 Begheerte.

Wesende den grondt ende decksel eens pylaers vvaters evev vijdich vanden sichteinder, ende de rechte linien tusschenGa naar margenoot⋆ lijckstandige punten der selver rechthouckich op den sichteinder: Dat die linien voortghetrocken in t'vverelts middelpunt vergaren; oock sulcke grondt ende decksel deelen van vvereltvlacken te sijn.

Verclaring.

Laet A B C D een pylaer wesen diens decksel A B, ende grondt D C evewijdich sijn vanden sichteinder, ende B C sy een rechte lini rechthouckich op den

[pagina 126]
[p. 126]
sichteinder tusschen twee lijckstandighe punten C, B, maer E sy t'werelts middelpunt, laet nu ghetrocken worden de linien A E, ende B E, naeckende den grondt D C inde punten F, G, tusschen welcke beschreven sy den grondt F G ghelijck met D C. Dit so wesende, t'blijckt dat de linien B C ende A D voortghetrocken, niet en vergaren in E, want dieder in vergaren sijn A F, ende B G, oock en sijn de platten A B ende D C geen deelen van wereltvlacken, nochtans

illustratie

begheeren wy toeghelaten te worden, dat B C ende A D voortghetrocken, daer in versamen, ende dat die platten A B, D C deelen van wereltvlacken sijn, reden dat in al t'ghene ons inde Waterwichtdaet ontmoet, sulck verschil onbemerckelick is, soot ooc is tusschen den pylaer A B C D endeGa naar margenoot* t'naeldensdeel A B G F, schoon ghenomen dat A B ende F G deelen van wereltvlacken waren. Tis wel soo, dat wy inde plaets des pylaers A B C D, souden meughen nemen soodanich lichaem A B G F, ende de volgende voorstellen daer naer rechten, maer om sulcke redenen als onder de 6 begheerte gheseyt sijn, soo ist beter gelaten, want ghelijckt indeGa naar margenoot* Sterconst slichtheyt waer, niet toe te laten t'eertrijck voor des werelts middelpunt ghenomen te worden, alsoo dat oock hier.
margenoot+
Postulata.

margenoot⋆
Esse planum parallelū cū Horizonte.

margenoot*
Proportiones.

margenoot⋆
Homologa.

margenoot*
Pars Pyramidis.
margenoot*
Astrologia.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken