Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Wisconstighe gedachtenissen. Deel 5: van de ghemengde stoffen (1608)

Informatie terzijde

Titelpagina van Wisconstighe gedachtenissen. Deel 5: van de ghemengde stoffen
Afbeelding van Wisconstighe gedachtenissen. Deel 5: van de ghemengde stoffenToon afbeelding van titelpagina van Wisconstighe gedachtenissen. Deel 5: van de ghemengde stoffen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.14 MB)

XML (0.62 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/natuurwetenschappen/wiskunde
non-fictie/natuurwetenschappen/natuurkunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Wisconstighe gedachtenissen. Deel 5: van de ghemengde stoffen

(1608)–Simon Stevin–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 21]
[p. 21]

4 Hooftstick.
Vant memoriael, Cassebouck, en Oncostbouck.

DE ghedaente van des bouckhoudings twee voornamelicke boucken als lornael en Schultbouck beschreven sijnde als vooren, wy sullen nu commen totte verclaring vant derde, te weten het Memoriael, t'welckmen metter daet noodich bevint, om dinghen in te schrijven die in d'ander niet en behooren: Als by voorbeelt dat ick an ymant leende een gulden voor een uyr of een dach, t'is ghenouch daer af meteen woort ghedachtenis te houden int Memoriael, sonder die partie int Iornael te brengen, en van daer int Schultbouck hem Debiteur en casse Crediteur te maken: En t'ghelt binnen een uyr weerom ghegheven sijnde, sonder alsdan dat weerom ten Iornale te brenghen, voort casse debet, en hem credit te stellen, t'welck in soo cleynen saeck te veel onnoodighe moeyte waer, met een groote somme voor langhe tijt gheleent soudet ander bescheyt hebben. Oock vallender in coophandel somwijlen partien op voorwaerde sonder seker besluyt, daer af men eerst na ettelicke bestemde dagen bescheyt weet: Sulcx en vereyscht oock niet int Iornael noch Schultbouck te commen, maer wel int Memoriael, met prijs, menichte des goets, en ander omstandigen, op dat soo den handel voort moest gaen, bekent sy waermen an verbonden is. T'gebeurt oock dat des Coopmans dienaers in hun Meesters naem goeden coopen, vercoopen, leveren en ontfanghen, t'welck eyghentlick des Meesters handel sijnde deur hemlien uytgherecht, soo en moetenser Debiteur noch Crediteur afghemaeckt sijn, nochtans ist somwijlen noodich daer af gedachtenis te houden, en dat niet slechtelick, maer altemet soo, dat de selve ghedachtenis een bouckhoudersche form vereyscht, voornamelick wanneer die dienaers hun Meesters saken als Facteurs doen, ghelijck daer af hier na int seste hooftstick breeder gheseyt sal worden. Men bevint oock wel oirboir het Memoriael t'onderscheyden in ghedachtenissen die daghelicx of dickwils veranderen, en der langduerighe: Als Inventaris van juweelen, costelicken huysraet, huysen, erven, en dierghelijcke, welcke hoewelse volgende des Coopmans eerste voornemen in sijn coopmanschap of capitael niet vermengt en worden, nochtans gherakenser wel metter tijt in, en hebben goede ghedachtenis noodich, op datter niet af verlooren en gae.

Merckt noch een ghemeen ghebruyck te sijn, datmen alle ghecochte, vercochte en ghehandelde partien in een cladbouck schrijft eermense ten Iornale stelt, om datter dicwils voor het eintlick besluyt verandering valt deur verscheyden oirsaken, als ghemist te sijn in ghewicht, maet, ghetal, of rekening, voort datmen eenighe soorte van goet vermeerdert, vermindert, of uytlaet, en diergelijcke, waer af de verschrijving en cladding int Iornael ongeschickt soude sijn. En hoewel sulck bouck int ghemeen Memoriael ghenoemt wort, nochtans opt einde acht ghenomen sijnde, soo schijnet eygentlicker de cladde te heeten, en Memoriael t'ghene wy vooren Memoriael gheseyt hebben. In sulcke cladde schreef ick, Bouckhouder sijnde, alle partien in form ghelijckse int Iornael commen moesten, op dattet overschrijven van woort te woort lichter en sekerder soude vallen: En hoewel t'ghemeen ghebruyck by velen, en oock by eenighe die vande Bouckhouding geschreven hebben, anders is, nochtans bevalt my dit beter, doch ick laet elck sijn goetduncken volghen.

[pagina 22]
[p. 22]

Cassebouck is een besonder bouck vanden ontfangh ende uytgheven des ghelts, te weten ontfangh ghestelt in debet, en uytgheven of betaling in credit. Maer, mocht ymant segghen, anghesien sulcke partien int langhe gheschreven sijn int Iornael, en van daer overghestelt worden int Schultbouck, alwaerse met debet en credit commen inde posten der casse, wat ist noodich die noch eens met debet en credit een besonder cassebouck te hebben? Hier op wort gheantwoort, dat by aldien den Bouckhouder oock Cassier waer, gelijckt wel gebeurt, soo en soude sulck Cassebouck niet heel noodich wesen, ghemerckt de post der casse int Schultbouck sijn bewijs is, en dattet houden van een Cassebouck niet en soude sijn dan een selve sake tweemael gheschreven; Men mocht oock segghen dat ghelijck sulcx inde posten van peper en gimber onnoodich is, alsoo oock inde poste van ghelt. Maer wantter in groote comptoiren over t'bewint des ghelts een besonder persoon ghestelt is, Cassier ghenoemt, die daer af bewijs moet doen, soo vereyscht de reden dat hy sijn eyghen cassebouck hebbe, uyt het welck den Bouckhouder de partien daghelicx ten Iornale stelt. Nu dan sulck Cassebouck niet eyghentlick wesende des Bouckhouders, maer des Cassiers, en alleenelick copie der poste van casse int Schultbouck, soo en hebben wy daer af, als bekent ghenouch sijnde, gheen voorbeelt ghestelt, maer met dese redenen sijn eyghenschap willen verclaren.

Angaende het Oncostbouck, dats mede een specie van Cassebouck, maer alleenelick van oncosten, die ghemeenelick eens ter maent met een somme int cassebouck of poste van casse ghebrocht worden, en dat eensdeels cortheyts halven, om veel partien t'samē in eenmael over te dragen, gelijckmen hier vooren ghesien heeft: Ten anderen overmitds in groote huysen over de betaling van oncosten een besonder persoon is Dispensier ghenoemt, die daer af rekening doet totten uytersten toe, soo wel van mostaert en solferpriemen, als van dinghen die meer bedraghen, waer deur daer af een besonder bouck moet sijn.

 

Syn Vorstelicke Genade aldus hebbende beginnen te sien en verstaen wat bouckhouden was, soo sijn hem, ghelijckt menighen gebeurt, dinghen int ghedacht ghevallen die hem twijffelachtich dochten, of naerder uytlegging te vereysschen: Sulcx dat hy daer af verscheyden vraghen en questien voorwende, welcke mette antwoorden daer op gedaen, my oirboir dochten hier t'saemspraecksche wijse by ghedachtenis te stellen, om datse totte saeck des bouckhoudens schijnen te dienen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken