Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

476. Den draad kwijt zijn,

d.w.z. den samenhang, het verband kwijt zijn; niet meer weten, hoe men verder moet gaan. Men zou kunnen denken aan een weefsel, dat zoo fijn gesponnen is, dat men den draad niet kan volgen; vgl. Bank. I, 156: ‘De linckernyen van de weereld werden zoo fijn ghesponnen, dat de scherpste ooghe den draet verliest’. Daar een draad ook dient om een kleedingstuk samen te houden, kreeg dit woord bij overdracht de beteekenis van samenhang (van eene rede, een gesprek of eene redeneering); vandaar dat men ook spreekt van: den draad van het gesprek afbreken of weder opnemen, opvatten. Vgl. Sewel, 190: De draad eener rede, the context of a discourse or speech; vgl. ook Van Effen, Spect. V, 195: Den draad van zyn discours; III, 205: Dat hij den draad van zulke lage conversatiën afbreekt; IV, 46: Lezers bekwaam om den draad van een redeneering op te volgen; Harreb. I, 150 b; Ndl. Wdb. III, 3182; hd. den Faden, den Trumm verlieren en den Faden wieder

[pagina 188]
[p. 188]

aufnehmen oder anknüpfen; fr. perdre le fil de son discours; eng. to lose the clue (or the thread) of one's discourse; fri. de tried kwyt wêze; fen 'e tried wêzeGa naar voetnoot1).

voetnoot1)
Aan het verhaal van Theseus en Ariadne behoeft men zeker niet te denken, daar Theseus volstrekt niet den draad kwijt was.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken