Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

786. Zijn handen jeuken hem,

d.w.z. hij heeft grooten lust om te vechten. Het ww. jeuken heeft hier de beteekenis van sterk verlangen naar iets, haken naar, zooals in de 17de eeuw en thans nog dialectisch; vgl. jokerig, jeukerig naar iets, verlangend naar iets; Opprel, 61: Hij jookt om klaar te komen. Voor de 17de eeuw vgl. Winschooten, 276: Mijn spieren jooken: dat is, ik ben geneegen tot vegten: gelijk men anders seid, mijn handen jooken; Huygens V, 101: Gut, Kees, ick voel men hande, ick voel men naegele, men tanden en men bloet soo jeucke; Zeestraet, 99. Zie Ndl. Wdb. V, 1754; Halma, 236: De handen jeuken hem, hij heeft lust tot schrijven of tot vegten; lat. prurit mihi tergum, dorsus; pruriunt dentes, pugni (bij Plautus; zie Otto, 121; V. Wyss, 31); hd. seine Hände jucken ihm; eng. his fingers itch to be at it; to tickle at, heftig naar iets verlangen (zeldzaam); fr. les mains lui demangent; fri. de tosken jukje him, de tanden jeuken hem, de maag jeukt hem, dat in vroegeren tijd in onze kluchten voorkomt in den zin van: hij heeft honger (zie Harreb. II, 324); ook de hûd, de rêch jokket him; de hanne jokje my; in Twente: de knökkel jokt mi.Ga naar voetnoot1) Syn. den kriebel in zijn vingers hebben (o.a. Dievenp. 58).

voetnoot1)
In Vlaanderen en Holland beteekent mijn rechterhand jeukt mij, ik heb geld, eene erfenis te verwachten (nd. meine linke Hand juckt), waarvoor ook mijn neus jeukt mij (in Overijsel = we krijgen wijn); terwijl mijn linkerhand jeukt mij beteekent ik verwacht slaag, of in Friesland: ik zal geld moeten uitgeven; de rug jeukt hem, hij wil geslagen worden; zie Halma, 236 en Sewel, 368; W. Dijkstra, II, 240 en Aug. Gittée in Los en Vast, 1890, bl. 260. Te Leeuwarden: miin gat joekt mij: 't wudt 'n goed butterjaar, d.i. de boter wordt goedkoop; dan kan men veel boter eten, wat den stoelgang bevordert; jeukende voeten doen sneeuw of dooi verwachten; de ooren jeuken, zijn belust op nieuws. Zie Volkskunde, XXIII, 231; Ndl. Wdb. VII, 281 vlgg.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken