Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

1236. Op heete (of gloeiende) kolen zitten (of staan),

d.w.z. ongeduldig, ongedurig zitten (of staan); telkens heen en weer schuiven, als teeken van ongeduld, gewoonlijk wanneer men in afwachting van iets isGa naar voetnoot2). Vgl. Sartorius IV, 15: haest u niet, ghy sit op gheen heete colen; Hooft, Brieven, 184; 403 en 431; Poirters, Mask. 41; Huygens, Hofw. 609; Paffenr. 197; C. Wildsch. III, 22; Van Effen, Spect. IV, 19; Halma, 280; Sewel, 409; Harreb. I, 430; Antw. Idiot. 1834; Teirl. II, 165;

[pagina 491]
[p. 491]

Waasch Idiot. 764 en Joos, 101. Synonieme uitdrukkingen zijn: op destels zitten; op netels zitten (De Bo, 226; 737; Eckart, 485); op heete doornen staan (Rutten, 217 a); op heete steenen gaan (Antw. Idiot. 1177); op een hekel zitten (Antw.); op heet ijzer staan (of zitten) of op 'n heet ijzer staan, buitengewoon ongeduldig zijn, ook in een zeer neteligen toestand verkeeren (Teirl. II, 71); op knipnagels zitten (Harreb. III, LXXXIX a en Molema, 211 a); Villiers, 65. Te vergelijken is eene uitdr. als de grond brandt onder zijne voeten (hd. ihm brennt der Boden unter den Füszen; fr. les pieds lui brûlent), om aan te duiden, dat iemand ergens niet wil blijven, er vandaan wil, of er zich althans niet thuis of op zijn gemak gevoelt (Ndl. Wdb. V, 1093). Vgl. fr. être sur des charbons ardents, des épines, la braise; hd. wie auf (glühenden) Kohlen sitzen (oder stehen); oostfri. hê steid up gleinige kölen; fri. hy sit op hjitte koallen; eng. to be on tenter-hooks, on pins and needles; to be on thorns, on brambles (Prick, 60); to sit on hot plates.

voetnoot2)
Zie eene voorstelling hiervan bij Breughel no. 47. Seiler, 248 denkt aan de straf van iemand met naakte voeten op gloeiende kolen te zetten, teneinde de waarheid te vernemen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken