Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

1562. Iemand (of iets) in de mot hebben,

d.w.z. iemand of iets in de gaten hebben; iets in den zin hebben. Eene in vele streken van Noord- en Zuid-Nederland bekende uitdrukking, die we vinden opgeteekend bij W. Dijkstra, 346 b: ik ha dat spil yn 'e mot (mat of myt); Molema, 127 b; Hoeufft, 396: iemand in de mot krijgen;

[pagina 50]
[p. 50]

Taalk. Magazijn I, 318 (ook II, 408): iets in den mot hebben, iets voorhebben, in den zin hebben; iemand in den mot hebben, iemands doel doorgronden; V. d. Water, 108: iemand in de mot of het motje hebben, iemand doorzien, in de gaten hebben; Fr. Verschoren, Langs kleine wegen, bl. 101; Antw. Idiot. 310; 836; Joos, 105; 't Daghet XII, 189 en Schuermans, 393 a: in de mot hebben, gewaar worden, geraden hebben, gepakt of vast of gevat hebben, in 't zicht of beet hebben, het in de buis, of gaten, of 't oog hebben (zoo men ook in Brab. zegt) voor: in den zin hebben, iemands doel of inzicht doorgronden; De Cock1, 141 en Harrebomée II, 105 b: Ik heb het wel in de mot. Eene afdoende verklaring dezer uitdr. is nog niet gegevenGa naar voetnoot1).

voetnoot1)
Zie Ganderheyden, Groningana, 10 b: motgat = mouwgat; Molema, 63 en 544: De vlam slacht heur tou 't buusgat (of motgat) oet, van een manziek meisje gezegd; Joos, 85: Hij had het in de mouw, in de mot; Vercoullie, 195, die ook een znw. mot, mouw opgeeft, en vgl. Toen kwam de aap uit de mouw, toen bleken zijne inzichten, zijne plannen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken