Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

1943. Een roes hebben,

d.w.z. dronken zijn; hd. einen Rausch habenGa naar voetnoot4); eng. a rouse, drinkgelag; dial. het schreeuwen van een beschonkene. In de 17de eeuw komt het znw. ‘roes’ voor in den vorm roes en rous; zie o.a. Jonctijs, Toon. d. Jal. I, 387: Zelfs bezedigde menschen.... houden (na een ruimen rhous) ook somwijl hare handen van een's anders echtgenoot niet t'huis; Huygens, VI, 130:

 
Wilt gh' om een rous te water gaen,
 
Uw leven hebt ghij niet gedaen.

Heemskerk, Minnekunst (anno 1626), bl. 200:

 
Ick heb, om vry te zijn van d' omme-gaende kroes,
 
De slapert wel gemaeckt, uyt vreese van een roes.

Winschooten, 212: ‘Een roes suipen, soo veel drinken, dat men de hoogte heeft, en lustig vroolijk begint te werden’. Zie verder Halma, 545: Roes, z.m. halve dronkenheid; Schuermans, 550 a en 557 b: een

[pagina 215]
[p. 215]

goede roes ophebben; De Jager, Frequ. I, 543-547, waar gewezen wordt op roezemoezen en het znw. roes in verband wordt gebracht met het vroegere werkw. ruizen (vgl. ruzie), roezen, leven maken (zie no. 1942), evenals soes (= roes) van suizen, soezen; het zuidndl. een buis van buizen (? Ndl. Wdb. III, 1864); een ruit ophebben, zat zijn, naast ruiten, op eene woeste wijze rondloopen (Rutten, 186 a); ons brom van brommen, oorspr. ook leven, rumoer maken (no. 1943) en een snor (aanhebben) van snorren; vgl. verder Ndl. Wdb. XIII, 815; Franck-v. Wijk, 555; Boekenoogen, 845; Molema, 353 a en Ten Doornk. Koolm. III, 72 a: he is altíd in de ruse od. in de suse, er ist stets in Saus u. Braus, in einem Rausche; fri. in roes ynhawwe.

voetnoot4)
Een zeer groot aantal benamingen voor een ‘rausch’ vindt men bij Wander III, 1168 i.v. Palmen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken