Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

2053. Sjeezen,

d.i. ophouden met de studie, de hoogeschool verlaten zonder dat men zijne studie heeft voltooid; eig. op een sjees wegrijdenGa naar voetnoot2); vgl. Harreb. I, 107: Hij is op de chais, hij is voort, in den wind; V. Ginneken I, 513:

[pagina 262]
[p. 262]

gesjeesd worden, gedwongen heengaan van de universiteit; gekard zijn, van de Militaire Academie verwijderd zijn; opkrossen (eig. opkarossenGa naar voetnoot1)), opkarren; in Zuid-Nederland sees, fr. chaiseGa naar voetnoot2); opsjeezen, wegloopen (Rutten, 163: Tuerlinckx, 457) naast seezen, sjeezen, loopen, vluchten (Rutten, 204; Antw. Idiot. 1101); afseezen, snel afloopen; deurseezen, snel voortloopen (Antw. Idiot. 142; 346); opseezen, zich wegspoeden; iemand iets opseezen, iemand iets aansmeren (Antw. Idiot. 906); wegseezen (in Kl.-Brab.), uitseezen, verseezen (Antw. Idiot. 1297; 1351); Boekenoogen, 923: seezen, zeer snel voortbewegen, hard loopen; Köster Henke, 61: sjeezen, hard loopen, wegvluchten.

voetnoot2)
Een andere verklaring bij De Cock, 341.
voetnoot1)
Niet te verwarren met opkrassen, dat ook beteekent weggaan, eig. krassend, strijkelings langs iets gaan; zie het Ndl. Wdb. I, 1102; XI, 956.
voetnoot2)
Zie Schuermans, 608: sees, rijtuig met twee raderen en een peerd; bij De Bo, 205: cieze; in Waasch Idiot 154; ceeze, licht rijtuig op twee wielen. Op Marken is de sees of de sjees een kerkbank (Taalgids IV, 201), mnl. siedse, fr. siège, lat. sedes.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken