Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

2120. Geen spier om iets geven,

d.w.z. niets geven om iets, er zich niet om bekreunen. Onder een ‘spier’ moet men een grashalmpje verstaan, zooals blijkt uit de Teuthonista, 132: Gras, spyer, gramenGa naar voetnoot2). Reeds in de middeleeuwen lezen we:

 
Roelant die stoute, noch Olivier
 
En hadden niet bi hem een spier.

Ook in het Duitsch is kein Spierchen; nig ein Spier, Spire gebruikelijk in den zin van ‘niet het allergeringste’; zie Molema, 565; Eckart 495; Hoeufft, 563, V. Schothorst, 203; Schuerm. 657 a; Antw. Idiot. 1157; Waasch Idiot. 615; fri. gjin spier of gjin sprutsel; Ten Doornk. Koolm. III, 277: spire, spîr, eine Aehre od. ein Halm, eine Faser, etc.; fr. pas un fétu, un brin. De Jager, Lat. Versch. 86 en Ndl. Wdb. V, 595.

voetnoot2)
Tuerlinckx, 601: Stroospier, stroohalm; Rutten, 213; spier, halm; Archief III, 383: Spier, de vliem van het koren (Maastricht).

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken