Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

2214. Een stuk in (zijn kraag) hebben,

d.w.z. dronken zijn; syn. van de last, de melane, de pruif hebben (Köster Henke, 38; 44; 56). Onder een stuk, mnl. stuc, verstaat men eene groote hoeveelheid, bep. een vat wijn, een stukvat (hd. Stückfass), brandewijn of

[pagina 336]
[p. 336]

anderen alcoholischen drank, en het znw. kraag bewaart in deze uitdr. nog de oude beteekenis van hals, keelGa naar voetnoot1), zoodat de uitdr. eig. wil zeggen: eene groote hoeveelheid drank door den hals gegoten, achter de knoopen hebbenGa naar voetnoot2); ook zich een stuk inzettenGa naar voetnoot3). In Noord- en Zuid-Nederland is de uitdr. bekend; zie Harreb. I, 445; S.M. 46: Je hebt een stuk in je kraag als een opperman; Uit één pen, 110: 'n Heer die met een goed stuk in uit de societeit komt; Nkr. IV, 11 Dec. p. 3; VII, 24 Mei p. 4; Dievenp. 47; Ndl. Wdb. VIII, 1; De Telegraaf, 10 Febr. 1915 (ochtendbl.) p. 2 k. 5; Propria Cures, XXVI, 310; Schuermans, 285 a; Antw. Idiot. 1212; Teirl. II, 179; De Bo, 1122 b; Joos, 121 en ook Rutten, 36 b, die evenals Tuerlinckx, 93 vermeldt: zich een stuk in zijne botten drinken; verder Antw. Idiot. 672: 'e stuk in zijn klos hebben; 692: 'e stuk in zijn kont (of botten) hebben, dat ook bij ons bekend is; bl. 624: - in zijn kaske(n) hebben; Teirl. 241: e stik in de kollee. In Limburg ('t Daghet XII, 192): een bot op (of in) hebben, een stuk in zijn botten hebben; ne kraag ophebben (VIII, 35); ene dikke krage hebben (De Bo, 566); elders een stuk in zijn raap hebben (V. Schothorst, 188). Als variant hoort men ook: een stuk in zijn laars hebben of drinken (vgl. Landl. 317; Slop, 166; De Bo, 624: hij heeft zijne lerze vol; Waasch Idiot. 392: een stuk in zijn teerzen, botten hebben), waarmede te vergelijken is Boekenoogen, 551: ‘Iets in zijn laars steken, het in zijn kraag steken, naar binnen slaan, zoowel van spijzen als van dranken’; hij heeft een bonk in of een kleine bonk in den neus; hij heeft een bom in 't lijf, waarin de woorden bonk en bom beide eigenlijk beteekenen een groote hoeveelheidGa naar voetnoot4). Bij V. Hasselt op Kiliaen wordt nog geciteerd: hij heeft het in den mantel; Boekenoogen, 404: hij heeft een kast in (of aan), hij heeft een kaste; vgl. hij heeft het buis, vest, jak aan (Ndl. Wdb. III, 1763). In het Friesch: hy het in stik yn 'e krage, yn 'e kont of hy het in stik yn (as in Switser); in Groot-Nederland, Oct. 1914, bl. 432: Stommeling, je drinkt je 'n gat in je kraag! Zie Nav. 1897, 59; no. 1205 en vgl. hd. etwas im Kragen haben, half dronken zijn; in Zuid-Nederland o.a. een half knolleke, een schreef, een peer, een pruimke aanhebben, half dronken zijn. Maastricht: er heet ene stiefel, en proum in; zen laoi vol (Breuls, 83). Vgl. ook iets in zijn kamizool slaan, (eten) naar binnen slaan, spelen (Ndl. Wdb. VII, 1134). Zie no. 1665Ga naar voetnoot5).

voetnoot1)
Vgl. Hooft, Warenar, vs. 1119: Jy seltse mijn weergheven, of ik draeyje de kraech om.
voetnoot2)
Vgl. D.v.S. 90: We kwamen in 'n boerenherberg te land, waar m'n meerdere 'n verbijsterende hoeveelheid citroentjes met suiker in z'n nek sloeg; Teirl. II, 179: Iet in zijn krage draaien, lappen of slaan, eten of drinken; Onze Volkstaal I, 38: kraag, hals, keel. Iets in zijn kraag steken wordt hier (de Zaanstreek) niet alleen van sterken drank, maar van alle spijzen en dranken gezegd, evenals in zijn laars steken. Zie het opschrift op een beker, aangehaald door Van Hasselt op Kil. 321:
 
Ik Jonker Sissinga
 
Van Groninga
 
Dronk dees hensa (beker)
 
In één flensa
 
Door myn kraga
 
In myn maga.
voetnoot3)
Ndl. Wdb. VI, 2205.
voetnoot4)
Ndl. Wdb. III, 358; 323 en no. 362.
voetnoot5)
Fransche uitdrr. bij V. Nyrop IV, § 395; Duitsche in Germ. Rom. Monatschr. IX, 51.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken