Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

2235. Iemand aan den tand voelen,

d.w.z. iemands kennis of gevoelen onderzoeken; hem aan een streng onderzoek onderwerpen; iets trachten uit te vorschen. Deze spreekwijze is ontleend aan het keuren van paarden, waarbij men naar de kroon of afwrijvingsvlakte van de tanden den ouderdom bepaalt (vgl. no. 1753). Omstreeks het zevende jaar, wanneer de paarden aftandsch worden, verdwijnt bij hen een holte, de boon, in die vlakte, zoodat men mede hieraan hun ouderdom kan kennen. Zie Berkhey, Nat. Hist. IV1, 103; Ndl. Wdb. III, 440; Harreb. II, 324 a; Nw. School, VIII, 257: We zullen het jongemens wel 'es even aan de tand voelen; Propria Cures XXVI, 154: Toen trok hij naar professor de Gelder, die hem aan den tand moest voelen over zijn kennis van mathesis en algebra; Prikk. V. 19; Handelsblad, 22 April 1914 (avondbl.) p. 1 k. 1: Niet altijd werden collega-politiebeambten zoo aan den tand gevoeld; Het Volk, 5 Nov. 1913 p. 1 k. 4: De heer Rutgers kon niet nalaten de gelegenheid te benutten om den minister aan den tand te voelen betreffende zijn plannen met de Invaliditeitswet; Barb. 63: De familie is terug van het kerkhof en papt lekker aan in de achterkamer als Prosper Pollie aan de tand voelt; Handelsblad, 7 Juli 1915 (ochtendbl.) p. 3 k. 1: Jacques Mesnil, die in de Mercure Bode heeft aan den tand gevoeld over de pretenties der Duitsche uitvinding: kunstwetenschap; Afrik. iemand de

[pagina 345]
[p. 345]

tande voel; vgl. het hd. einem auf den Zahn fühlen, iemand polsen; de. at foele En paa Taenderne. In Zuid-Nederland onbekend. In het Negerhollandsch der Deensche Antillen: Ju suk Tant na mie Mont, je wilt me aan den tand voelen (Hesseling, bl. 139). Syn. iemand op de graad voelen (in Sjof. 154).


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken