Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

2487. Een vuilik of vuilak,

een gemeene vent, een vuilaard of een vuil(d)erik, zooals men in Zuid-Nederland zegt (Schuermans, 837; Antw. Idiot. 1409); ook iemand die vuile, liederlijke taal uitslaat, een smeerpijp (zie Jord. II, 48); dial. ook een vlugge, schrandere jongen en aardig er bijGa naar voetnoot1). Vuilak is eene vervorming van vuilik, met het achtervoegsel ak, dat ook voorkomt in doerak, klabak, Polak, enz. (zie no. 2000) of vervormd onder invloed van lak dat we ook aantreffen in luilak. Een vulic beteekende in het Mnl. en in de 17de eeuw een dood dier, een kreng, en was eene afleiding van vuil in den zin van verrot, rot (hd. faul), onder den invloed van vuil, vies, heeft thans vuilik, evenals vuilak, de tegenwoordige beteekenis aangenomenGa naar voetnoot2). Vgl. Halma, 757: Vuilik, een onguur mensch; hij is een olijke vuilik, c'est un franc maroufle, un vilain ladre; Sewel, 926: 't Is een olyken vuilik, he is a dirty rascal; C. Wildsch. II, 14: Leeve deeze Mistique schriftjens! zij werken een gaauwen kwant meer in zijn voordeel, dan alles wat ooit door losbandige vuilikken op het papier gesteld is; Dsch. 223: Vuilik, gauwdief! V. Schothorst, 224; Sjof. 126: Den heelen dag door zag je de vuilak an de deur; Amstelv. 76: Deze zeep, vuilakken, is bekroond op verschillende tentoonstellingen; S. en S. 31: Die vuilak, die judas, 'k mag leie dat ie eeuwig in de hel leit te brande; Menschenw. 541: Suiplap, fuilik! aa's wai d'r hongere..... is vast jou skuld! ketter!..... feullak!

voetnoot1)
Taal en Letterbode V, 236.
voetnoot2)
Franck-v. Wijk, 764; 672; Tijdschrift XIX, 242-243.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken