Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De kronijk van Antwerpen. Deel 8. 1803-1817 (1936)

Informatie terzijde

Titelpagina van De kronijk van Antwerpen. Deel 8. 1803-1817
Afbeelding van De kronijk van Antwerpen. Deel 8. 1803-1817Toon afbeelding van titelpagina van De kronijk van Antwerpen. Deel 8. 1803-1817

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.46 MB)

Scans (69.49 MB)

ebook (3.05 MB)

XML (0.64 MB)

tekstbestand






Editeur

J. Rylant



Genre

proza

Subgenre

kroniek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De kronijk van Antwerpen. Deel 8. 1803-1817

(1936)–Jan Baptist van der Straelen, Jan Frans van der Straelen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 44]
[p. 44]

1807

Januarij

Dit jaer nouwelijks begonst zijnde of de constitutiebriefkens wirden welhaest rond gedraegen, schoon het sumptuair, dat enkelijk op de rijke, immers voor die peerden, voituren en dienstboden hadden, gestelt was, nu af was, was het mobilair van vele verhoogt, jae van sommige tot het dobbel gebragt, daer vele klagten tegens gedaen wird, waervan men den uijtval verwagt.

 

De panharingvangst ging nog al even sterk voord, jae nog sterker; heele dagen hoorde men niet als leure met dien visch, 3 voor een oord, jae selfs tot 25 voor eenen stuijver sag men er geven; zulks was bij menschen gedenken noijt gezien.

 

Den 24 Januarij was wedrom een droeve dag voor de jongheijd deser stad en andere, die men als soldaeten naer de legers in Pruijssen sag vergeleijden en dit word aldus vervolgt.

 

Den zelven avond waren wedrom andre binnen gekomen

[pagina 45]
[p. 45]

van omtrent deze kanten, die bij de borgers gelogeert en den volgenden dag insgelijks weggebrogt wirden.

 

25 Januarij. Daer was ook groote apparentie van de capellen der godshuijsen en andere te sluijten. Jae den 25 deser wird hun nog toegelaeten er den dienst te geschieden, waertegen verscheijde goede geintentionneerde gestelt hebben, doende zien dat er vele en gebrekkelijke menschen daer omtrent woonende, met die sluijting van het H. Sacrificie der Misse en andere goddelijke diensten berooft wirden; men zegt dat dit geen voordgang hebben zal, dat er de diensten zullen mogen vervoordert worden. Het is te wenschen.

Hierbij steekt volgenden wisselbrief:

Gand, le 26 janvier 1807.

POUR 10 LOUIS D'OR.

 

Nous prions Monsieur Norbert Pelgrims, à Anvers, de payer contre notre présent mandat, à l'ordre de Monsieur le Marquis de Rodes, la somme de 10 Louis d'or ou la valeur, que nous avons reçus du dit Sieur et que vous passerez en compte suivant ou sans autre avis de

 

(signé): C. Pelckmans et Maertens.

Februarij

Den 4 Februarij wird het beggijnhof alhier afgemeten, het schijnt dat casernen voor de soldaeten aldaer sullen gemaekt worden. Menu heeft van over lange daervan gesproken en het scheen dat sulks geen voordgang zoude gehad hebben, dog nu vreest men daer sterk voor.

 

Op 't lest van deze maend en in 't begin Meert, wird de beggijnepoort op de Casteelplijn staende, afgebroken en langs

[pagina 46]
[p. 46]

daer wird den weg geopent om naer het Kiel, Boom, Hoboken etc. te gaen, in plaets van langs de Croonenborgpoort.

 

De vesten wirden in batterijen en canon voorsien, even alof den vijand voor de poorten stond.

April

Sondag 19 April was er in die kerke een solemnele Misse gedaen. Dezen autaer was wegens de kerkmeesters te Sl Bernards afgekogt, van de koopers. Het was den hoogen autaer aldaer, ten jaere 17......, geheel van witten en swerten marmor, door den Eerw. Heere Gerardus Rubens, abt der zelve abdije vereert.

 

Maendag 20 April wird den nieuwen autaer in de choor van Sl Andrieskerke begonst gestelt te worden.

Meij

Den 4 Meij Maendag wird er wedrom gelot onder de jongheijd der conscriptie militair, van het volgende jaer, welke alsnu dienen moesten, hetgene eene groote consternatie veroorzaekte, doordien dat er geene remplaçanten te vinden waeren als voor groote sommen, jae voor 4, 5 en 6000 guldens, hetgene vele, alhoewel nog al bemiddelde borgers, geensints geven konde, en dit waren nu jongens geboren in 1788.

 

Den 13 Meij wird de wete gedaen op 't Beggijnhof, dat de beggijntiens het zelve binnen de 14 dagen verlaeten moesten, en dat dit Hof voor casernen voor de soldaeten stond gebruijkt te worden. Dit bracht aldaer eene aldergrootste consternatie, vele beggijntiens wisten niet waer in gaen; jae

[pagina 47]
[p. 47]

daer waren die van hunne renten niet betaeld wirden en oud zijnde, grootelijks bedugt waren, waer zij blijven zullen. De beggijntjens ondertusschen eenen woon, de eene hier, de andere daer, gesogt hebbende, sijn van het Hof gegaen.

 

Saterdag 30 Meij is de portieresse, wesende de laetste (beggijn) daer af gegaen en het is te vreesen, dat dit schoon hof welhaest onkennelijk zal gemaekt worden. Daer was sedert eenige dagen eenen soldaet aen de poort geplaetst en eenen stadsdiener binnen het hof om te zien en te beletten dat er geen ijser of lood, jae geene ingemetselde kassen of vaste meubelen mede gedraegen wirden, al was 't zelfs dat die door de beggijntjens benuttigd waren.

De fermerije was op de Meer in een groot huijs tegenover de Wapperstraet aen de familie Lecandele toebehoorende, met vele beggijntjens, wel 41, gaen wonen. Het Convent had een huijs in de Agterstraet gehuert, andere gingen bij hunne ouders en vrinden. O, ongelukkige veranderinge!

De aelmoesseniers hadden de kniegtiensjongens op het beggijnhof geleijd tot bewaeringe van hetzelve. In 't begin van Junij, hadden zig eenige aldaer aengeboden om er possessie van te nemen, dog die van den armen, sig daer tegen versettende, heeft dit geen voordgang gehad. De aelmoesseniers willen eerst van het Hof betaelt zijn eer het verlaeten word.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

plaatsen

  • over Antwerpen


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 24 januari 1807

  • 25 januari 1807

  • 26 januari 1807

  • 4 februari 1807

  • 19 april 1807

  • 20 april 1807

  • 4 mei 1807

  • 13 mei 1807

  • 30 mei 1807