Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Der byen boeck (1990)

Informatie terzijde

Titelpagina van Der byen boeck
Afbeelding van Der byen boeckToon afbeelding van titelpagina van Der byen boeck

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.87 MB)

XML (2.23 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

proefschrift
leerdicht


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Der byen boeck

(1990)–C.M. Stutvoet-Joanknecht–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

De Middelnederlandse vertalingen van Bonum universale de apibus van Thomas van Cantimpré en hun achtergrond


Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen

Dat derde deel der byen is de ghener de ghenomet werden doruen. dat III. capitel

39Dat derde deel der byen is der ghenen de ghenomet werden dornen.aant. 40 Dese sin sunder angel alse vnvullencomene byen.

41Ga naar margenoot+Hijr in werden wal to rechte in betekent de conuerse ofteGa naar voetnoot41 42Ga naar margenoot+ de leke broders de in den cloester wonen. ende// daer vmme. want se 43 sin sunder angel. Hijr in wort betekent dat de conuersen ofte lekebroders 44 ghine stemme en pleghen to hebben. iemant to beschuldighen in des con-45uentes capittel. dan wan se in eren capittel malckanderen vnder een 46 beschuldighen. Want alse de hilghe apostel paulus seget so en sal menaant. 47 keghen den prester niet lichtelike ienighe beschuldeginge vntfanghen. 48 ende daer inne wort bewesen de vnvullencomenheit der leken teghen 49 de orden der presteren. Ende na den bescreuenen rechte en wort nicht 50 lichtelike to ghelaten der leken ghetuch keghen de presters dan wanneer 51 mit den leken ock andere presters mede tughen. ende dat wort gheholden 52 beide van werliken ende van cloesterluden. Jn de cloesteren en is van

[pagina 63]
[p. 63]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

1 der ghenaden godes of daer en sal nicht wesen sodanich hate tussen de 2 leken ende clerken wodanich vnder den werliken leken ende clerken is. 3 De olden meisters hebben ghesecht dat daer sin veer hate tusschen meni-aant.Ga naar voetnoot34gherhande deren. alse tusschen den menschen ende den slangen. tusschen 5 den vogel grijp ende elefanten. tusschen den vulf ende dat lam. tusschen 6 den rauen ende den vos. Ende ic do daer to den vijften ende ewighen 7 hat alse tusschen den verkeerden leken ende presteren. Hijr [van] sinaant. 8 vele exempelen. Ende vp dat men in den cloesteren dusdanighe boesheitGa naar voetnoot8 9Ga naar margenoot+ schowe// so wil ic vertellen wat daer ghescheet is in enen cloester van 10 gallien bi onsen tiden.

Exempel

12Ga naar margenoot+De conuersen ende leye broders timmerden een groet hoghe dormeter 13 to erre behof. do dat de monike seghen wolden se enter van nidicheit 14 ofte van noetsaken timmeren een hogher dormiter. Hijr vmme do der 15 monike dormiter bestaen was. ende dat fundament van den muren ghe-16lecht was nement de conuersen seer swarliken. dat der monike timmer 17 eren timmer bouen gaen solde. ende sloeghen den werckmeister in den 18 werke doet. Wat meer ic schame mi te seghen wo vele daer van quam. 19 ten lesten quam et so veer. dat wt ordinancien der ouersten de werlike 20 princen quemen mit starker hant ende venghen de ghene. de hantdadich 21Ga naar margenoot+ weren des doetslages ende leten se pinighen ende verstroyen. Hijr vmme 22 en isset ghin wunder dat de conuersen ende leyebroders na der ordinan-23cien der regulen wesen sullen sunder angel der beschuldeginghe. keghen 24 de clerke. alse vullencomene na den exempele der vullencomenre byen.

margenoot+
Serm.
voetnoot41
Colv. II, 4 § 1
margenoot+
128b
[tekstkritische noot]3 veer, Lat.: quinque. 5 grijp, Lat. gryphum. 6 Na vos, volgt in de Lat. tekst: inter canem et catum. 6 vijften, Lat.: sextum. 7 [] aangevuld naar M. 9 Na cloester, volgt in de Lat. tekst: ordinis altioris. 45 paulus, is toegevoegd. 46 wart, Lat.: est.
voetnoot3
Colv. II, 4 § 2
voetnoot8
Colv. II, 4 § 3
margenoot+
128c

margenoot+
Ex. 62
margenoot+
Concl.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken