Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den singende swaen (1664)

Informatie terzijde

Titelpagina van Den singende swaen
Afbeelding van Den singende swaenToon afbeelding van titelpagina van Den singende swaen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (26.74 MB)

Scans (268.06 MB)

XML (1.01 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den singende swaen

(1664)–Willem de Swaen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[Folio *7v]
[fol. *7v]

Op het Zingen van De Swaen,
Dat hy een weynigh tijds voor sijn dood doet.

Dulcia defecta modulatur carmina linguâ
Cantator Cygnus funeris ipse sui.
Martialis.

 
De Swaen die zinght heel soete zangen
 
Met beswijckend stil geluyd,
 
Wat eer dan hem de dood komt vanghen,
 
Zinght zijn eyge Lijck voor-uyt.
 
APOL laet Helicon, steldt in accoord de snaeren,
 
En MUSAE laet Parnas oock voor een wijltijds varen:
 
Komt af, en zit beneen, alwaer de kromme Gouw
 
Van d'Ysel wordt geschut. De plaets die weetje nou.
 
En ORPHEUS kom jy me, laet soo u Cyter hooren.
 
Dat berrigh, dal, en bosch verheughdt (als meer te vooren
 
Geschiedt is) zend hier me al 't zingende gediert,
 
Dat sich seer vrolijck houdt, of oock wel droevigh tiert;
 
Gelijck de Tortel-duyf, de Koeckoeck van gelijcken;
 
Laet komen, doetse me by 't versche Water strijcken.
 
Maer dat de Lewerick, Canari, Nachtegael,
 
Het vrolijck wild-gediert terstond voor-al hier hael.
 
Want daedelijck Wil-hem de Swaen tot zinghen voeghen,
 
En geven eer hy sterft, tot ygelijcx vernoegen,
 
Zoo veelderleye zangh, zoo aengenaem geluyd,
 
Dat die wat zangs gesint is, vaert tot zangh me uyt.
 
Zoo laet dit swijgend' Dier een luttel van te voren
 
Eer 't uyt het leven scheydt met wonder sich aenhooren,
 
(Gelijck dat van zijn aerd ons Plinius verhaelt)
 
Daer het zijn leven langh na zingen noyt en taelt,
[Folio *8r]
[fol. *8r]
 
Maer houdt zich t' allen tijd heel statigh ende zedigh,
 
't En kaekelt, noch 't en woelt, maer 't houdt zich stil en ledigh,
 
Toch wil nu op het lest bewijsen wat het kan,
 
En zoeckt zoo al de rest tot zangh te voeren an.
 
Dus ORPHEUS, MUSAE komt, aenhoort de Swaen eens queelen,
 
Voeght daer uw' stemmen dan, uw' fleuyten, en uw' veelen.
 
U klaveçimbel oock, en çimbalen daer by,
 
En maecktte zamen zoo een soete melody.

N. S.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken