Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2 (1980)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2
Afbeelding van Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.50 MB)

Scans (94.73 MB)

XML (2.93 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/natuurwetenschappen/biologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2

(1980)–Jan Swammerdam–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Tab. XXXIV. Explicatio.

Historia Papilionis Diurni iconibus breviter explicata.

Fig. I.

Eruca, equa vulgaris, Belgicus, Papilio diurnus prognascitur.

a.Externus ejus habitus, quo veluti spinulis obsita videtur.
b.Tria anteriorum ejus sex Crurum.
c.Quatuor de intermediis ejus octo Cruribus.
d.Duo Crura posteriora.

Fig. II.

Eruca, ope microscopii depicta, tredecim Annulares suas divisiones exhibens.

1.Annulus primus, Caput constituens, in quo
a. a.Sex utrinque conspiciuntur Oculi.
b. b.Antennae, vel Cornicula.
c. c.Dentes, subter & penes Labium siti.
d.Tres Particulae prominulae, quarum media est papilla textoria.
2.Annulus alter una cum Setaceis suis pilis, & Puncto primo respirationi dicato.
e.Alterum primi paris Crurum, cum suis articulis, & incurvo unguiculo in extremitate.
3. 4.Tertius & quartus Annuli, Punctis respiratoriis destituti. Porro patet, Annulum tertium duobus majoribus, totidemque minoribus esse obsitum Aculeis; quorum nonnisi duos in Annulo quarto repraesento.
f.Alterum secundi paris Crurum, Annulo tertio subtus junctum.
g.Alterum tertii paris Crurum, subtus cum Annulo quarto commissum.
5.Annulus quintus, in cujus altero latere tres exhibentur pili aculeati.
h.Pilus Aculeatus, medio super corpore Erucae situs; qualem singuli duodecim corporis Annuli gerunt.

Tab. XXXIV. Verklaart.

De verhandelde Historie van de by dag vliegende Kapel, kortelyk in af beeldingen vertoont.

Fig. I.

De Rups, daar de gemeene Neerlantsche en by dag vliegende Kapel uit vergroeyt.

a.Syn uyterlyke gedaante, waar door hy sig vertoont, als met doornkens beset te syn.
b.Drie van syn voorste ses Voeten.
c.Vier van syn middelste agt Voeten.
d.Syn twee agterste Beenen.

Fig. II.

Dese Rups in het groot vertoont, met syn dertien Ringwyse verdeelingen.

1.De eerste Ring dat het Hooft is, waar in te sien syn
a. a.Syn ses Oogen aan weersyden.
b. b.Syn Hoornkens.
c. c.De Tanden, onder en neffens de Lip.
d.Drie uytsteekende deelkens, waar van het middelste, het spintepelken is.
2.De tweede Ring met syn borstelige hayrkens en het eerste ademhalend Stip.
e.Een van het eerste paar Voeten, met syne articulatien, en een krom nagelken op het eynde.
3. 4.De derde en vierde Ringen, sonder ademhalende Stippen. Voorts siet men, hoe de derde Ring met twee groote, en twee kleender doornkens beset is: waar van dat ik 'er op de vierde Ring maar twee vertoone.
f.Een van het tweede paar Voeten, onder aan de derde Ring.
g.Een van het derde paar Voeten, onder aan de vierde Ring.
5.De vyfde Ring, waar op aan een syde drie doornhayrkens vertoont worden.
h.Een doornhayrken, dat midden op het lighaam van de Rups staat, en 't geen ook op alle de Ringen tot de twaalf toe gesien wort.
[pagina 80]
[p. 80]
i.Primus & maximus Pilus aculeatus, in altero corporis latere situs, subter & juxta quem secundus cernitur, atque sub hoc alterum Punctum respiratorium.
k.Tertius Pilus aculeatus, subtus ad Ventrem conspicuus.
6.Annulus sextus, fabrica quinto similis, tertium Punctum respiratorium gerens.
7. 8. 9. 10.Hi Annuli eodem modo constructi sunt, ac duo priores, monstrantque sibi insculpta quartum, quintum, sextum & septimum Puncta respiratoria.
l. l. l. l.Quatuor Crurum intermediorum, una cum carneis suis articulationibus, curvisque unguibus, in corporis declivi cum suis quaelibet Annulis articulata.
11.Annulus undecimus, priorum instar fabrefactus, in quo octavi paris Punctorum respiratoriorum alterum collocatum cernitur.
12.Duodecimus Annulus, numero pilorum aculeatorum a praecedentibus discrepans. Caeterum nonum Punctum respiratorium super eo, hoe in latere corporis, dispositum conspicitur.
13.Annulus decimus tertius, duobus saltem pilis Aculeatis praeditus.
m. m.Cauda & ultimum par Crurum, quod in extremitate modo memorati Annuli situm est.

Fig. III.

Particulae Reniformes.

a. a.Divisiones, quae in superficie Particularum Reniformium observantur.

Fig. IV.

Ventriculus, ejusque partes.

a.Gula, quae naturaliter per Medullae Spinalis rimam transit.
b. b. b. b.Quaedam Fistulae pulmonales, super Ventriculo distributae.
c. c.Ligamentum Ventriculi tendinosum.
d. d. d.Fibrae Ventriculi musculares, transparentes.
e. e.Vasa varicosa, quae Intestina caeca sunt, anfractibus suis Intestinula veluti duodecim constituentia.
f. f.Locus, quo isthaec Intestina, infra Pylorum, ex Intestino, Ventriculum proxime ibidem excipiente, prognascuntur.
g. g.Modus, quo eadem in sex tubulos vel ductus obflexa retrogrediuntur versus Intestinum rectum, subque hoc crispata recurvantur.
h. h.Flexurae atque plicationes eorundem.
i.Intestinum quoddam perquam crassum, in quo excrementa figurantur: ut adeo Intestino Colo id haud absimile sit.
k.Intestinum rectum.
i.Het eerste en grootste Doornhayrken, aan de eene syde des lighaams, waar onder ende neffens men het tweede siet, en daar onder het tweede ademhalende Stip.
k.Het derde Doornhayrken, 't geen men onder aan de buyk gewaar wort.
6.De sesde Ring, die van maaksel is als de vyfde, waar op men het derde ademhalend Stip siet.
7. 8. 9. 10.Dese Ringen syn van het selve maaksel als de voorgaande, en men siet daar op, de vierde, vyfde, sesde en sevende ademhalende Stippen.
l. l. l. l.Vier van de middelste paaren der Voeten, met haare vleesige articulatien, en kromme nagelen, die in 't hangen van de buyk met dese Ringen gearticuleert syn.
11.De elfde Ring, die als de voorige van maaksel is, en waar op een van het agtste paar ademhalende Stippen staat.
12.De twaalfde Ring, die in het getal syner doornhayrkens verschilt van de voorgaande. Voorts siet men dat het negende ademhalende Stip, aan dese eene syde des lighaams, daar op geordineert is.
13.De dertiende Ring, die maar twee Doornhayrkens heeft.
m m.De Staart en het laatste paar Beenen, die op het uyterste van dese Ring geplaatst syn.

Fig. III.

De Niergewyse Deelkens.

a. a.De verdeelingen, die op de Niergewyse deelkens bemerkt worden.

Fig. IV.

De Maag en syne Deelen.

a.De Slokdarm, die in 't leeven, door de spleet van het Merg passeert.
b. b. b. b.Eenige Longpypen, die haar op de Maag verspreyden.
c. c.De peesgewyse Band der Maag.
d. d. d.De doorschynende spieragtige Vesels van de Maag.
e. e.De uytspattende Vaten, dat de blinde Darmen syn, die door haare bogten als twaalf Darmkens maaken.
f. f.De plaats, daar dese Darmen, agter het Maagportier, uyt den Darm, die op de Maag volgt spruyten.
g. g.De manier, hoe sy met ses Pypkens weer omkeeren naa den regten Darm, daar sy kronkelig onder geboogen syn.
h. h.Haare kronkelingen ende samen plooijingen.
i.Een seer dikke Darm, waar in de vuyligheden haar figuur krygen, soo datse den Kronkeldarm niet ongelyk is.
k.De regte Darm.
[pagina 81]
[p. 81]

Fig. V.

Duo Vascula incognita, quae, in sinus quosdam convoluta, juxta Ventriculum conspiciuntur.

a. a.Duo Tubuli, quos pro Sacculis Textoriis habere quis posset.
b.Eorum principium, perquam angustum, versus cerebrum adscendens.
c. c.Locus, quo hi Tubuli dilatantur.
d.Extremi eorum fines acuti, qui inferius prope Intestina caeca inseruntur.

Fig. VI.

Cor.

a .a.Cavus Cordis canaliculus.
b. b. b. &c.Musculi utrinque ad latera Cordis siti, hocque dilatantes.

Fig. VII.

Cerebrum & Medulla.

a.Cerebrum.
b. b.Medullae spinalis principia.
c.Medullae Nodulus primus.
d. d.Duo Nervorum paria, ex Medulla ipsa ortum ducentia: quod quidem ter obtinet.
e.Medullae Nodulus alter.
f.Locus, quo Medulla quartum dividitur, maximamque efficit rimam, infra Nodulum tertium.
g. h.Quartus & quintus Noduli, cum simplieibus Nervis inde prognascentibus.
i. k. l. m. n.Sextus, septimus, octavus, nonus & decimus Noduli Medullae, una cum quatuor Nervis, qui è singulis prorumpunt.
o.Undecimus & ultimus Medullae Nodulus, Nervos, quos emittit, ostendens.

Fig. V.

Twee onbekende Vaatkens, die in eenige bogten haar neffens de Maag vertoonen.

a. a.Twee pypkens, die men voor de spinbeursken sou kunnen aansien.
b.Haar begintsel, dat seer naauw is, en om hoog naa de Hersenen loopt.
c. c.De plaats, daar sy gedilateert worden.
d.Haare uyterste spitse eynde, die om laag by de blinde Darmen haare inplanting hebben.

Fig. VI.

Het Hart.

a. a.Het holle pypken van het Hart.
b. b. b.enz. De Spieren aan weersyden van het Hart, die het dilateeren.

Fig. VII.

De Hersenen en het Merg.

a.De Hersenen.
b. b.De beginselen van het Ruggemerg.
c.De eerste Knoop des Mergs.
d. d.Twee paar Senuwen, uyt het Merg selve spruytende, dat driemaal geschied.
e.Het tweede Knoopken van het Merg.
f.De plaats, daar het Merg voor de vierdemaal verdeelt wort, en de grootste spleet maakt, agter het derde Knoopken.
g. h.Het vierde ende vyfde Knoopken, met haare enkelde uytspruytende Senuwen.
i. k. l. m. n.Het sesde, sevende, agtste, negende, en tiende Knoopken des Mergs, met vier van haare Senuwen, die uyt yder spruyten.
o.Het elfde ende laatste Knoopken des Mergs, met syne uytgaande Senuwen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Bybel der natuure of historie der insecten (2 delen)