Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verloren stroom (1920)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verloren stroom
Afbeelding van Verloren stroomToon afbeelding van titelpagina van Verloren stroom

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.52 MB)

ebook (2.90 MB)

XML (0.14 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verloren stroom

(1920)–Hilarion Thans–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 131]
[p. 131]

III.

Voor Eerw. Margareta-Maria Lacueille bij hare Heilige Geloften.
 
Nu gij dit groot geluk het uwe heet
 
herleefde in mij herinnering. - Ik weet
 
nog hoe ik knielend vóór Hem lag, ik zag
 
in schielijk licht het wézen van dien dag.
 
Ik dacht me wel de gever, een die brengt
 
den rijksten nardus op Gods haar geplengd:
 
en zie, ik zat geledigd van den schat
 
der offergave; van Zijn mildheid had
 
ik haar ontvangen, waande ze nu mijn!
 
Hij was de Gever wijl hij doogde in zijn
 
barmhartigheid, dat ik zijn goed hem bood...
[pagina 132]
[p. 132]
 
Nog zag ik hoe hij me immer had genood
 
en zóó mijn weg geleid, dat ik niet kón -
 
al wou wel ànders mijn blind hart, al zon
 
het kranke er van zoo menig maal, me schenken
 
dan Hem alleen! Het was een zerp gedenken,
 
een smartlijk voelen wijl te zalig zoet:
 
hoe vol geduld hij was en grondig goed.
 
Ik kwam doordrongen hoe mijn God een God
 
van liefde was; een die moet minnen tot
 
in 't einde; die voor wrake en straf alleen
 
beminnen kan, onstelpbaar! O geween
 
dat toen mijn blik verblindde, strak naar Hèm.
 
Ik wou geen woorden, dankte zonder stem.
 
Doch als een breede landstroom zakt in zee
 
met blanke boordevolheid, ik verglee
 
stil in Gods liefdes eindlooze' oceaan.
 
En wat ik bad was immer te vergaan
 
aldus in Hem, in Hèm verloren zijn.
 
Een vreugde groeide als morgenbloem in schijn
[pagina 133]
[p. 133]
 
van zon, lag als stil water in de zon.
 
Er zong in mij een gouddoorzonde bron,
 
mijn hart werd een warm vuurbekken, spiraal
 
van dankbre roken warrelt uit die schaal...
 
 
 
Veel dagen vielen op dien dag. Helaas!
 
ons schatten garen we in een glazen vaas,
 
we dragen goudzand op ons vlakke hand -
 
en nu die stormwind over 't blakke land...
 
Zoo niet te brijzel viel mijn innigheid,
 
verstoof mijn vree niet in den wind gespreid,
 
het was om ùw offrande, om 't veilig schild
 
langs mijne gangen door uw bee getild.
 
 
 
Maar daarom smeekte ik van den vroegen dag
 
opdat uw ziel, als toen de mijne, zàg
 
de Liefde, en zich der Liefde mocht vergeven
 
door tijdelijke stonde' in tijdloos leven.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken