Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Roze Kate (1893)

Informatie terzijde

Titelpagina van Roze Kate
Afbeelding van Roze KateToon afbeelding van titelpagina van Roze Kate

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (11.09 MB)

Scans (58.40 MB)

ebook (11.44 MB)

XML (1.66 MB)

tekstbestand






Genre

drama

Subgenre

tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Roze Kate

(1893)–Nestor de Tière–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 838]
[p. 838]

Vier-en-zestigste hoofdstuk
Een Vrijwillige Gevangene.

De nachtelijke techt van luitenant Berkel met zijne manschappen was vruchteloos geweest.

De spitsboeven schenen de politie nogmaals te slim geweest te zijn en de geheimzinnige brief, onder den stoel in de Stoofstraat gevonden, bleek niets anders te zijn geweest dan een valstrik om de mannen der wet uit de buurt weg te krijgen.

Goliath was bij het St Jansplein door den luitenant als schildwacht met twee dienaars achter gebleven, doch Berkel verwachtte zich aan geringen uitslag wegens die voorzorg.

Peinzend stapte hij met zijne mannen door de Spoormakersstraat toen zijne aandacht eensklaps getrokken werd door eene zwarte gestalte die zich tegen de huizen zocht onzichtbaar te maken aan de naderende wacht.

[pagina 839]
[p. 839]

- Dat schijnt mij een gebuur die zich niet gaarne aan 't licht blootstelt, mompelde Berkel in zich zelven. Zou dat misschien een der bende zijn? Voor zoo dom echter, dat zij de politie in 't gemoed zouden loopen, houd ik ze niet.

- Halt kommandandeerde hij eensklaps met luidere stem.

Zijne mannen, die niets bemerkt hadden, bleven staan.

De groep bevond zich op dit oogenblik vlak over een hoog gebouw met breede koetspoort waarboven een L.V. Beeld stond. Eene kleine brandende lantaarn hing voor het beeld en verlichtte flauwtjes een deel der enge straat.

De poort zelve echter was, wegens den uitsprong van het voetstuk van het beeld, in de volle schaduw.

't Was tegen die poort dat de zwarte gestalte stond, voor de mannen der politie onzichtbaar.

De luitenant echter ging zoo dicht bij de poort staan als mogelijk was, zonder nochtans te laten merken dat hij iets van de tegenwoordigheid van den vreemdeling vermoedde.

Deze laatste kon den luitenant die juist in het volle licht der lantaarn stond, van het hoofd tot de voeten opnemen, en eene hevige rilling deed zijne hooge gestalte beven toen hij de stem van den aanvoerder hoorde die tot zijne manschappen zeide:

- Wij zullen deze straat nog eens zorgvuldig doorzoeken, wie weet of wij hier geen der spitsboeven vinden die wij den ganschen avond vruchteloos zochten.

De luitenant had men opzet luide gesproken opdat de vreemde geen woord verliezen zou.

Het uitwerksel zijner woorden was inderdaad veel verrassender dan hij zelf verwacht had.

De vreemdeling namelijk trap uit zijn schuilhoek tot groote verbazing der manschappen, en sprak op een toon die Berkel op zijne beurt van ontroering sidderen deel:

- Een spitsboef ben ik niet. Doch indien ik het ben dien gij zoekt wil ik u gaarne vergezellen en uw gevangene zijn.

Men begrijpt welke indruk die zonderlinge woorden op de polietiedienaars te weeg brachten.

De luitenant zelf was het meeste verrast naar het scheen, want gedurende eene wijl stond h j sprakeloos den vreemdeling aan te zien zonder een woord uit te brengen.

- Wie zijt gij? vroeg hij eindelijk werktuigelijk, en wat doet gij hier?

- Dat zijn twee vragen, sprak de vreemde lachend, die ik in de hoofdwacht beantwoorden zal.

[pagina 840]
[p. 840]

Ik ben uw gevangene en zal u volgen waarheen gij mij voeren wilt.

Een zonderlinge tweestrijd ontstond in Berkel's hart.

Gevoel van plicht en gevoel van vriendschap bestreden elkander met hevige hardnekkigheid. Het hoofd van den man die daar voor hem stond was op prijs gesteld.

Sedert twee dagen waren de ruiters der maréchaussée uitgezonden om hem op te zoeken, en nu stond hij daar en gaf zich vrijwillig gevangen. Wist hij dan niet wat hem van wege den graaf van Oudburg, die hem deed vogelvrij verklaren te wachten stond?

Hield hem de luitenant aan, dan was hij verloren! Liet hij hem vrij - Koenraad Fatner die daar voor hem stond was zijn hartsvriend - dan pleegde hij eene daad in tegenstrijd met zijn begrip van eer. Koenraad Fartner, die was het inderdaad, scheen te gissen wat er in het hart van zijn vriend omging.

- Ware het niet beter, dat wij naar uw bureel gingen en gij mij daar in verhoor naamt, zei hij zich tot den luitenant wendend, ik kon u wellicht inlichtingen geven die u op het spoor der spitsboeven brengen die gij tot nu toe vruchteloos gezocht hebt.

- Volg ons dan, zei de luitenant. Terzelfder tijd fluisterde hij een zijner mannen in 't oor:

- Houd den kerel scherp in 't oog; ik geloof dat het een van de bende is die voor geld zijne makkers verkkliken wil, doch ik betrouw hem niet verder dan ik hem zie.

Dit werd natuurlijk alleen gezegd om bij de manschappen allen argwaan te verdrijven.

Berkel en Fartner stapten vooraan, gevolgd door de wetsdienaars die geheimzinnig onder elkander fluisterden over het geval van dezen gevangene, die zich vrijwillig in de handen der politie overleverde!

Dat was inderdaad een feit, dat zich niet dikwijls voordeed.

Weldra kwam men onder het stadhuis en de luitenant liet den vreemde voor zich door in de groote wachtkamer treden.

De van dienst zijnde wachten keken nauwelijks naar den vreemde, die door den luitenant dadelijk in dezes vertrek gevoerd werdt.

[pagina 841]
[p. 841]


illustratie
De beul gelast met de strafuitvoerlig.



Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken