Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Christelyke gezangen (1713)

Informatie terzijde

Titelpagina van Christelyke gezangen
Afbeelding van Christelyke gezangenToon afbeelding van titelpagina van Christelyke gezangen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (19.66 MB)

Scans (42.10 MB)

XML (0.67 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Christelyke gezangen

(1713)–Hendrik Uilenbroek–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[Folio *5v]
[fol. *5v]

Aan de Christelijke Zangers en Zangeressen.

HOe menigmaal wort ons het zingen van Psalmen, Lofzangen, en Geestelijke Liederen in Gods Woordt aanbevolen? Dikwils zegt den lieflijken Zanger Israëls in zijne Psalmen: Gy oprechte zingt den Heere. Psalmzingt Gode. Wederom, zingt den Heere een nieuw Liedt. Een Lofzang onzen Godt, enz. Dit is niet alleen een plicht welke in de openbare vergaderinge der Geloovigen moet geschieden, maar kan, en behoort in alle gelegentheden, mede in onze eenzaamheyt betracht te worden, Jac. 5. vers 13. Is iemant goets moeds, dat hy Psalmzinge. Gelijk den Heiligen Job en den Koning David die zelfs by nacht hier in bezig waren, Job 35: 10. Psalm 42: 9.

In, en met onze Huisgezinnen behoort het te gaan als men leest Psalm 118: 15. In de Tenten der Rechtvaardigen is een stemme des gejuichs en des heyls, door Lofzangen Godt prijzende.

En wanneer Christenen by malkandren komen in plaats van ydele zotte redenen, Achterklappery, en van den Naasten, (helaas! nu een gemeene zonde) en andre onstichtige zamensprekingen. Of dertele oneerlijke Gezangen (waar door de kostelijke tijdt verloren, Godt vertoornt, onze naasten onteert, en menige ziel ontsticht en ontrust wordt) behooren zy met aangename stichtelijke Godvruchtige redenen haar herten en monden zamen te voe-

[Folio *6r]
[fol. *6r]

gen, en Godt met Psalmen, Lofzangen, en Geestelijke Liederen, te vereeren, en malkanderen te stichten. Gelijk den Apostel leert, 1. Corinth. 14: verss. 26, 27. Wanneer gy zamen komt een iegelijk van uw, heeft hy een Psalm, heeft hy een Leere, of Uitlegginge, enz. laat alle dingen tot stichtinge geschieden, Ephes. 5: 19. Spreekt onder malkanderen met Psalmen, Lofzangen, en Geestelijke Liedekens. Zingende den Heere met aangenaamheyt in uw herte. En op dat dit den Heere aangenaam zy, moet het geschieden, niet uit gewoonte, en alleen met de stemme, maar

1. Met verstant, aandacht, en den geest des onderscheyds, dat wy de stoffe van ’t gezang op onze byzondere gelegentheyt, of andere voorvallen, wel toepassen, 1. Cor. 14: 15. Ik zal met den geeste, en met den verstande zingen. En 1. Cor. 2: 15. De geestelijke mensche onderscheyt alle dingen.

2. Alzoo dat onze genegentheden en herts-tochten worden opgewekt na de stoffe, van den Psalm of Liedt welke wy zingen. ’t Zy tot droefheyt, blijschap, gerustigheit, verlangen, begeerte, liefde na Godt, na zijn Woordt, na zijne Kinderen, enz. Deze bewegingen ziet men doorgaans in de Psalmen Davids.

3. Moeten wy trachten hier in Gode te verheerlijken, te loven, te danken, te bidden, en malkanderen te vermanen, te troosten, op te wekken, en zoo te stichten, in deugd en Godzaligheyt, Ephes. 5: vers 19. Col. 3. vers 16.

Dit is ’t zingen van herten met aangenaamheyt voor Godt; stichtelijk, en profijtelijk voor den

[Folio *6v]
[fol. *6v]

menschen. Van zoodanig zingen zeyde Augustinus; Daar is niets op Aarden; dat het Hemels leven meerder afbeeld als een geselschap van Godzaligen die den Heere Lofzangen zingen. En Christostomus, daar is niet dat de ziele zoo opwekt, zoo van de Aarde los maakt, zoo van de banden des lichaams ontbindt, de liefde tot wijsheyt ontsteekt, de Werelt doet verachten, als een versjen wel gezongen. Ook Bernardus, ’t gebruik van ’t zingen vertroost de bedroefde herten, ’t verblijdt de gemoederen der Menschen, ’t vermaakt de zuffende, ’t wekt de trage op, ’t noodigt de sondaars tot tranen, enz. tot dezen eynde hebbe ik deze Zangrijmen op verscheyden stoffe en gelegentheden gemaakt. In dezen Druk met eenige Nieuwe verrijkt, en tot dienst der Zangers zijnder Muzijknooten by gestelt. Doch zal de Boekverkooper deze Compleet verkoopen, ook sonder de Muzijknooten, tot ieders genoegen. Ontfangt onzen arbeyt in liefde, en gebruikt dien tot uwen nutte. Nu de Heere bereyde onze herten, en opene onze lippen, op dat wy zijnen lof verkondigen. Amen.

 

Door uwen Dienstverpligten Broeder in Christus,

 

Amst. den 9. October,

1671.

 

HENDRIK UILENBROEK

 

Krankenbezoeker in de Gereformeerde Gemeente tot Amsterdam.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken