Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Goeroe (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van Goeroe
Afbeelding van GoeroeToon afbeelding van titelpagina van Goeroe

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.44 MB)

Scans (4.83 MB)

XML (0.13 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Goeroe

(1968)–Ewald Vanvugt–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Uit het verborgen leven van Jezus


Vorige Volgende
[pagina 79]
[p. 79]

Boek 8
door park

Zon schijnt tegen andere kant van aardbol. Hier stikdonker blijft altijd veel te zien. In eindeloze ruimte.

Achter nacht over zee tussen bergen, staat op platte bergtop groepje pijnappelbomen te ademen. Steenworpje opzij staat nog kleiner dan de struiken een huisje.

Midden in die kamer zit op een slaapmat een jonge man met zijn romp, nek en hoofd recht op zijn gekruiste voeten - zijn krakeling benen vergeten, op elke knie een open handpalm naar boven.

Hij beseft nu steeds heel bewust hoe alles wat inkomt, op weg door deze zintuigen is vertaald, dus verkleind en vervormd.

Liefst ga ik in grote feiten zoals ruisende zee, zon, je eigen ruggewervelkolom...

Duidelijk voelen Jezus' ogen een wolkje fijn licht door de donkerte verspreiden. Dit licht hoog tingelend geluid: de geur van absolute eenzaamheid gelukkig in alles opgenomen.

[pagina 80]
[p. 80]

(Na eerst door Oeroboros te zijn geholpen met een gouden ei om zich buiten aan vast te houden, oefent Jezus nu op eigen kracht hoe zich leeg te maken.) Door geen indruk afgeleid gericht op de éen oersprong van elk leven in elk lichaam toch uniek stromend. Al zijn aandacht gebundeld in een zonnetje zo groot als een walnoot, helder stralend tussen zijn ogen. Ontzettend scheel glimlachend staart hij in het vuurballetje.

 
's Nachts in het stikdonker
 
met handpalmen op ogen
 
is zon te zien
 
 
 
met vingers in oren
 
geboorte van het heelal te horen.

Om je leven te gebruiken in streven de dood te overwinnen, is dit goed? Of beter zulke onderwerpen laten rusten?

Haha! Niet voorbij angst, geen tel vrij, altijd in verdrietig saaie spanningen opgesloten...

Gelukkig Ontspannen Genieten - natuurlijk betekent dit ook iets als voetbal, bioskoop of boek lezen voor iemand die doodsbang hatend elk vliegje en slakje vermorzelt, en wapens draagt.

 
Voorbij de dood: éen met alle tegenstellingen
 
stoom & ijs tegelijk water

volkomen veilig deinend in zacht warm - totaal dankbaar voor je bestaan herleef dan dit fijn spel van seizoenen en miriaden trillingen in & buiten

[pagina 81]
[p. 81]

vormen.

Duidelijk voelt de jongen zijn vriend Oeroboros aanwezig. Nu hoort Jezus weer die schorre wilde stem,

Neem tussen je 2 handpalmen de pit licht!

Zo doet de jongen...

Zet je duimtoppen tussen je wenkbrauwen, en giet tussen je ogen je hele lichaam vol vuur! Drink met je adem eerst je hoofd, dan langzaam je hele romp en al je ledematen vol vlammen. Já! Aan alle kanten slaan de grillige lichtstralen door je huid!

Koning! Zoon van Koningen! Held! Hu-hu!

Zo teer als een vuurvliegje voelt Jezus zich sterker dan berg en rivier samen. Zijn ogen kijken heel bescheiden in het heelal door hem gemaakt!

Maar hoe onvolmaakt aan de oppervlakte?! Niets te verliezen in de wereld te verbeteren.

 
Nu heb je de hoogste kracht. Ga tussen de
 
mensen en blijf sterk!
 
Niets kwaads bestaat - wat ook gebeurt, jij
 
bent absoluut veilig!
 
Niets hoef ik & niets hoeft mij verdriet te doen.

Langzaam staat de man vol vuur middenin de kamer rechtop en sluipt snel naar buiten om meteen weer stil te staan. Elke ademtocht zuigt zeeën lucht in, blaast wolken energie weg.

Nu hij rechtop vanuit zijn ogen naar zijn voeten kijkt, groeien eikebomen tot zijn enkels.

[pagina 82]
[p. 82]
leider
 
Allicht is hier en daar ellende.
 
Pijn was en zal altijd blijven.
 
Wensen moeten bestaan.
 
Alles draait toch behoorlijk.
soldaat (op krukken over het vliegveld):
 
Mijn been dat was ik, niet & wel.
 
Nee leider! Geen leider!
 
Wie van binnen een beetje kalm zich naar
 
buiten opent,
 
ervaart tussen de machines bizar veel pijn &
 
slaven niet te aanvaarden.
 
(heel zacht gezegd)
 
Speel zeker niet mee met leugenaars
 
gedwongen hard te vechten tegen hun
 
hebzuchtig insluiten.
 
Stom, blind wankelend vastgeklampt aan een
 
voorgevormd harnas gedachten weerspiegelen
 
machienslaven grauw gevaar: vervormd in
 
robotten om anderen in die robotvorm te
 
vangen... Zij volgen bevelen, laten zich in
 
elkaar stompen en zoeken niet precies uit
 
om te doen wat ze zelf heerlijk vinden... Want...
 
Dus...
 
...verborgen in verknipt ingewikkelde sistemen
 
willen ze vergeten hoe ze op alles antwoorden
 
met de eenvoudigste dierinstinkten.
[pagina 83]
[p. 83]

Goed! Kijken wat deze Jezus van het Noorden tussen de mensen maakt!

Halfweg de berghelling op een breder pad loopt de jongen opeens tussen 7 wilde mannen in een rijtje achter elkaar, elk zeker met zijn eigen lichaam bezig.

Eén is Oeroboros, ook de meeste anderen herkent de jongen als vrienden met wie hij vaak rookt en drinkt en lacht tot zij allemaal zo zacht zijn dat elke vreemdeling meteen naar mes en fles doet grijpen...

Iedereen zingt, toch meer dan vreugde klinkt het om onheilspellende vleermuizen af te schrikken.

Steeds die benen bewegen, die romp en dat hoofd, steeds die loopbeweging...

Het maanlicht, de heldere hemel met alle sterren uitgestrooid, en de slapende bergen, en hun vacht van planten, zand en stenen -

met stokkende adem wordt de jongen bijna somber of dit geluk altijd zal bestaan in dit steeds verslindend vormend getril.

Wilde Man fluistert,

Deze muur loopt om éen van de grootste gekkenhuizen van het land.

Duizenden mensen leven hierbinnen in hun eigen wereld.

Wij gaan over de muur omdat éen van mijn vrienden wat foto's van hen wil maken.

 
Kom!

Aan de andere kant van de muur is de natuur veel

[pagina 84]
[p. 84]

zachter en vruchtbaarder: met mals gras begroeide heuveltjes langs vloeiende beken tussen groepjes fruitbomen in versierende regelmaat.

Als kinderen uitgelaten in de nacht dansen de mannen op hun blote voeten met trossen druiven groter dan hun hoofd op hun hoofd. Jonge sterke dieren proberen zichzelf uit.

Hijgend ligt Jezus languit op zijn rug in gras in die nacht tussen die sterren en daarachter te staren! Zonnestelsels zijn spatjes licht! Vonken uit een pijp! Ook de andere mannen leggen zich verspreid te rusten op zachte plantweefsels.

Jezus ziet elk grasje boom. Elke plant woud vol dorpen waar de vreemdste mensen wonen, in heel andere lichamen dan wij dragen!

 
Aan elk oog groeit een mens.
 
Elk blad heeft een oog.
 
Nerven zijn kloppende bloedvaten,
 
aan mijn arm groeit een tak,
 
planten wandelen...

Nog net herkent de jongen in een springende boomstam een wilde man die wenkt Kom! Deze man deed Jezus nooit kwaad dus veilig vertrouwd volgen verder tussen dichte planten over smal pad in ganzepas. Takke-takke-takke-tak!

De mannen spreken nauwelijks nog. Soms wild gebarend en krijsend als andere beesten te dichtbij komen!

 
Propvol wezens dit bos! Fffff...
 
Elke open plek glooiend gras met stenen
[pagina 85]
[p. 85]
 
banken met giechelende mensen die zichzelf
 
en elkaar strelen, en iedereen lokken om te
 
komen meedoen.
 
In lange jurken of half naakt zijn zij
 
vaak in zelfgemaakt kamoeflagepak
 
verborgen in vaag maanlicht en de gaten
 
tussen gebladerte.
 
Elk geluid lonkende stem,

wenken overal armen en ogen. Shhhshhhshhhshhh... Op hun hoede gaan de mannen achter elkaar door het uitgestrekt park. Vanzelf komen in de ruimten tussen hen andere wezens meelopen, soms in paartjes van wie éen met de rug vooruit steeds paaiend uitnodigt dichterbij te komen.

 
In de meeste ogen ziet Jezus hoe de bewoner
 
uit wanhoop niet begrepen
 
in éen uitleg van zichzelf in de rest bleef steken
 
ontevredene van eenzaamheid wil graag
 
anderen overtuigen.
 
Eén keer een eindje met zo iemand meegaan
 
is terugweg alleen mogelijk in geweldige krisis...
 
Oppassen! Gevaar! Alles bedreigt mij!

Al het vuur opeens uit de jongen gezakt: Vergeten hoe hij nauwelijks ademt - met alle aandacht bezig niets of niemand speciaal aan te trekken, of af te stoten lost hij kruipend tussen struiken op in het bladergeruis.

Ik ben hier, en ben hier niet: alles moet gaan als ben ik hier niet. Heel verbaasd, maar ook bezorgd ziet de jongen een brutale waaghals vriend rondom

[pagina 86]
[p. 86]

een paar man-vrouw imbecielen springen en plaagstootjes maken tot de 2 halfnaakte gekken naar de man omdraaien en klauwen.

Meteen flitst de ander vanuit zijn buik fel licht over hen.

Te zwak om langer bij dit gevaar te zijn betrokken, draait Jezus zich om en schuifelt over losse aarde in een dikke laag andere slangen.

Overal waar hij beweegt, is volop leven dat dringend wenst, ook dreigt Jezus bestaan ongevormd op te nemen. Hij voelt zich onveilig om hier mee te geven met die natuurkracht.

Liever met zijn kaken en vuisten dichtgeklemd tot de spieren krampen blijft de jonge man krampachtig zoeken hoe deze vast gevormde persoon Jezus te laten voortbestaan: de enige betrouwbaar. Niet-bewegend-lichteind-verdwijnpunt-in-de-spil-van-de-draaikolk?

Vergeten!

Toch is hij dankbaar dat hij al dit unieks ervaart. Maar omdat de andere mannen zijn verdwenen, zal de jongen nu op eigen kracht bezig zijn met uit het park te komen; naar een veiliger plek - voordat de bewaking die jacht maakt op de uit hun slaapzalen ontsnapte ongelukkigen ook hem mee naar binnen drijft, en alles afneemt!

Nóg wil Jezus tegenhouden dat alles hem wordt ontnomen...

Over open grasveld rent de jongen naar beekje in de hoop dat het daar aan de overkant rustiger zal

[pagina 87]
[p. 87]

zijn. Met kleren en schoenen waadt Jezus tot zijn nek door het kroos. Soms struikelend en drinkend in het water tot hij 2 keer zijn blaas heeft geleegd.

Dan weet de jongen niet meer welke kant van de beek hij in het water ging!

Huilend kruipt hij aan land!

Nu komt krom oud vrouwtje met lange grijze baard en rode fonkelogen wenkend dichtbij, en meteen klemmen Jezus' kaken weer. Hij staat rechtop om snel toch niet gehaast naar al bepaald doel te lopen en zo wuivend van ‘Geen Tijd’ langs de aangeboden diamant te gaan.

Die grote man die in de verte wenkt, speelt Jezus helemaal niet te zien!

Jij ziet mij.

 
Hoe jij mij ziet weet ik niet.
 
Ik zie jou niet, dus jij vergeet mij!

Opeens is Oeroboros hier bij de jongen en blijft met hem in het huisje op de platte berg eten, roken, drinken tot de zon voor de zoveelste keer opkomt, ondergaat, en opkomt zonder te slapen.

Voorlopig vertelt de jongen opgewonden en verward over wat is waar te nemen door deze zinnen... Deze volgorde tuimelt alle vorige in elkaar!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken