Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2 (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2
Afbeelding van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (13.57 MB)

Scans (22.94 MB)

ebook (3.33 MB)

XML (1.05 MB)

tekstbestand






Editeurs

Paul de Keyser

Herman vander Linden

W.L. de Vreese



Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2

(1931)–Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 326]
[p. 326]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

Van den Grave van Hu .xxxiiii.

 
Die wijch werd sterc ende groet:
 
Die grave van Hu blever doet,Ga naar voetnoot2399
2400[regelnummer]
Ende .LXIII. baenroetsen
 
Bliven doet binner der plaetsen,
 
Ende .XI. [hondert] Ridders lagen in baren,Ga naar margenoot+
 
Ende alle die met hem waren
 
Daer Artoys dus lach gevelt,
2405[regelnummer]
Hets jammer te horen daer men telt.
 
Mijn her Raveel van GaucortGa naar voetnoot2406
 
Ute Vermendoes, was in den vort,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot2407
 
Hem .XVIII. ster[c] ridders van prise,
 
Die bleven alle tesen pongise.
2410[regelnummer]
Tot hem selven, ende .ii. siere cnapen,
 
Daer mochte honde ut lapen
 
Vanden wonden diese ontfingen.Ga naar margenoot+
 
Si lieten there, ende ontgingen.
 
Hi was ontorst, ende bleef te voet,
2415[regelnummer]
Hi nam ende gaf, al daer hi stoet,
 
Menich steke ende menigen slach,
 
So datmen van hem secgen machGa naar margenoot+
 
Den dach dattie werelt staet,
 
Van siere manliker daet.
2420[regelnummer]
Ende daer hi over die dode clam,
 
Sach hi waer hem hulpe quam,
[pagina 327]
[p. 327]
 
Ga naar margenoot+ Tot hem .xl. opgeseten,Ga naar margenoot+
 
Ende comen dapperlike gesmeten.
 
Dierste diene bescudden woude
2425[regelnummer]
Was geslegen optie moude,Ga naar voetnoot2425
 
Soe dat hi vanden orsse vel.
 
Doen liep daer onder her Ravel,Ga naar margenoot+
 
Nindelike hi dore croep.Ga naar voetnoot2428
 
Overmids daer vrese vander doet
2430[regelnummer]
Dors hi biden breidel greep,
 
Ende sette voet in stegereep
 
Daer het inden stride stontGa naar margenoot+
 
Sonder here, ende oec gewont,
 
Ende spranker op so hi best conde.
2435[regelnummer]
Daer ontfinc hi ene wonde
 
Met enen stave met ere pinnen
 
Beneden sinen broecriemen.Ga naar margenoot+
 
Die .xl. die daer sijns souden plegen,
 
Bleven alle vor hem verslegen.
2440[regelnummer]
Hi werd ontorst noch anderwerve,
 
Doe dochti hem hi moeste sterven
 
Al[s] sijn ors gebodelt was.Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot2442
 
Hi stont geclommen op .i. tas
 
Ende al van claren doden lieden,
2445[regelnummer]
Some lagensi ende verscieden.
 
Hi weerden met groter cracht.
 
Ende alsi dus stont ende vachtGa naar margenoot+
 
Quam .i., die den arm verdroech
 
Ende met enen swaerde sloech
[pagina 328]
[p. 328]
2450[regelnummer]
Boven inden wer[v]ele inden cant,
 
Wel half af sijn helm bisant,Ga naar voetnoot2451
 
Ende toten hoefde oec in geslegen,Ga naar margenoot+
 
Dat hi ter eerden es gesegen.
 
.i. quam, die sine wapen kinde,
2455[regelnummer]
Ende halp op met geninde.
 
Doe riep hi: ‘Vlaminc!’ dat hi can,
 
‘Hout! het es een edel man!’Ga naar margenoot+
 
Vrienscap helpt tselker stonde,
 
Daer si comt ut goeden gronde.
2460[regelnummer]
Dus behilt hi daer sijn leven,
 
Ende was Guelke gegeven
 
Sinen wille met te doene.Ga naar margenoot+
 
Hi was geleit in prisoene
 
Ende mijn her Jan Borluut bevolen.Ga naar voetnoot2464
2465[regelnummer]
Die Vlamingen liepen met groten scolen
 
Daer si die Walen meest sagen,
 
Ende verdronken so met slagenGa naar margenoot+
 
Datsi niet geduren conden.
 
Daer storver meer sonder wonden
2470[regelnummer]
Dan si van den wonden daden.
 
Doen liep daer over den andren waden
 
Ga naar margenoot+ Te voet, met haren vergouden sporen.Ga naar margenoot+
 
Die onder licgen moesten versmoren
 
In diepen grachten, her ende gens.
2475[regelnummer]
Dus goudense swaerlike den chensGa naar voetnoot2475
 
Dien si wilden, sonder waen,
 
Binnen Vlaendren doen gaen.Ga naar margenoot+
[pagina 329]
[p. 329]
 
Die here van Bruborch lach gecloeftGa naar voetnoot2478
 
Van beneden tot ant hoeft,
2480[regelnummer]
Gelijc oft .i. bake ware.
 
Dit daden die volres openbare.
 
Het was .i. Vlaminc ende om datGa naar margenoot+
 
Osorden sine also ter stat.Ga naar voetnoot2483
[tekstkritische noot]2408 stere hs.: ster.
voetnoot2399
Grave van Hu: De graaf van Eu, Jan van Brienne (zie vs. 1932)
margenoot+
(5)
voetnoot2406
Raveel van Gaucort: Raoul de Grantcourt, vermeld in de Chronique artésienne, ed. Funck-Brentano, bl. 51
margenoot+
(10)
voetnoot2407
Vermendoes: Vermandois.
margenoot+
(15)
margenoot+
(20)
[tekstkritische noot]2429 Overmids hs.: over mids 2442 Als sijn ors hs.: al sijn ors.
margenoot+
bl. 50 c.
margenoot+
(25)
voetnoot2425
moude = aarde
margenoot+
(30)
voetnoot2428
Nindelike (nendelike, genendelike) = kloekmoedig, onverschrokken
margenoot+
(35)
margenoot+
(40)
margenoot+
(45)
voetnoot2442
gebodelt: zie vs. 1899.
margenoot+
(50)
[tekstkritische noot]2450 wervele hs.: wernele.
voetnoot2451
sijn helm bisant = zijn ronde helm
margenoot+
(55)
margenoot+
(60)
margenoot+
(65)
voetnoot2464
zie vs. 1524
margenoot+
(70)
margenoot+
bl. 50 d.
margenoot+
(75)
voetnoot2475
De beteekenis is: Aldus ondergingen zij op gevoelige wijze het lot, dat zij op Vlaanderen wilden toepassen.
margenoot+
(80)
[tekstkritische noot]Titel: Vlaminge hs.: Vleminge, nummering foutief: .xxv. in plaats van .xxxv. 2495 Vijf hondert man hs.: .ve. man.
voetnoot2478
Die here van Bruborch: waarschijnlijk Gerard van Bouberch (Boubers) of zijn broeder Reinout. Beiden worden vermeld in de Chronique artésienne (ed. Funck-Brentano, bl. 50)
margenoot+
(85)
voetnoot2483
Osorden (useerden) = behandelden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken