Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2 (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2
Afbeelding van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (13.57 MB)

Scans (22.94 MB)

ebook (3.33 MB)

XML (1.05 MB)

tekstbestand






Editeurs

Paul de Keyser

Herman vander Linden

W.L. de Vreese



Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2

(1931)–Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Hoe die coninc scarde te stride ende alse die Vlaminge quamen vlien ginc .li.

 
Doent die Vlaminge werd bekent
 
Hoe gesceden was tperlement.
3720[regelnummer]
Gingense hem gereden te tide
 
Haestelike te desen stride
[pagina 378]
[p. 378]
 
Jegen den conine van Vrancrike.Ga naar margenoot+
 
Dit was al ter Neuwendike
 
Daer tVlaemsce here te velde lach,
3725[regelnummer]
Datmen daer lanc ende breet sach.
 
Si hadden daer staende, wel getelt,
 
Pauwelgone, op maste gestelt,Ga naar margenoot+
 
.XIX. dusent, over al
 
Ga naar margenoot+ Beset daer berch ende dal,
3730[regelnummer]
Ende .xvij. [hondert] oec mede,
 
Daer die leu sinen wille met dede.
 
Dat volc, dat al yseren sceen,
 
Dies was daer so vele over een
 
Dat ics niet wel genoemen can,
3735[regelnummer]
Het was wel .xii [hondert] dusent man.
 
Het was hem eyselijc tansiene,
 
Diere dore moesten met haren engiene.Ga naar margenoot+
 
Die coninc maecte nu .iiij. bataelgen,
 
Ende in elke waren, sonder faelge,
3740[regelnummer]
Wel .ii. [hondert] dusent man.
 
Die Vlaminc trocken doe bet an
 
Crachtelike ende met staden,Ga naar margenoot+
 
Bider groter heren raden,
 
Die van orlogen wel wisten.
3745[regelnummer]
Die coninc en wilde sijn volc niet quisten.
 
Hi vloe ende seide: ‘Nu benic vroet
 
Dattie Vlaminc es verwoet.Ga naar margenoot+
 
Si hebben geten, hets nu cont,
 
Van enen doden verwoeden hont.
3750[regelnummer]
Siet, hoesi staen ende dringen,
 
Oftse niemen mochte dwingen.’
[pagina 379]
[p. 379]
 
Aldus die coninc nam die vlucht.Ga naar margenoot+
 
Men sach boven hem in die lucht
 
Een wolken, swarter dan die helle,
3755[regelnummer]
Ic wane die herde was sijn geselle,
 
Sekerlike dit sachmen daer.
 
Die grote princen hadden vaer.Ga naar margenoot+
 
Doen si aldus dit teken sagen
 
Lieten si hem die Vlaminge jagen.
3760[regelnummer]
Dus sach die Liebard om sijn aes.
 
Tuscen Duway ende PonderaesGa naar voetnoot3761
 
Verloes die coninc .ii. hondert man,Ga naar margenoot+
 
Dies hi niet gewreken can.
 
Dit waren vanden meesten heren.
3765[regelnummer]
Die Vlaminge hilden daer haer sceren.
 
Ende braken daer op hare tenten,
 
Ende daden luden haer instrumenten.Ga naar margenoot+
 
Si wilden, seidensi, overtrecken,
 
Ende haer viande daer bestrecken,
3770[regelnummer]
Oftmen soudem leveren wijch.
 
Hierom hadsi groet gecrijch.
 
Dat was met vroetscapen belet,Ga naar margenoot+
 
Datse haer tenten hebben weder geset.
 
Dit was smaendages, doemen dit sach,Ga naar voetnoot3774-3775
3775[regelnummer]
Die lach vor Sente Mahetusdach.
 
Vlaendre al ydel bleven was.
 
Het was al omme daer desen pasGa naar margenoot+
[pagina 380]
[p. 380]
 
Dat manswaerd es metten lioene,Ga naar voetnoot3778
 
Ga naar margenoot+ Omt lant winninge daer te doene
3780[regelnummer]
Jegen die cracht vanden Vranken,
 
Diet lant van Vlaendren wilden eranken.
 
Die vrouwen daden die sciltwachte,Ga naar margenoot+
 
Oft enich prinse met crachte
 
Dit edel lant had willen versoeken.
3785[regelnummer]
Men vant noyt staende in boeken,
 
Dat vrouwen scilt wachten daden,
 
Sonder man, in mans gewaden,Ga naar margenoot+
 
Dit was .i. wonder van vrouwen.
 
Die grave oec van Henegouwen
3790[regelnummer]
Soude Vlaendren hebben versocht,
 
Ende had sijn vo(e)l[e] daer brocht.
 
Si wisten dat wel ende kindenGa naar margenoot+
 
Dat sijt werloes souden vinden,
 
Om dattie Vlaminge sekerlike
3795[regelnummer]
Alle lagen te Niwendike.
 
Maer hi verloes sijn volc, dits claer,
 
Hi wiste oec hoet nu waer.Ga naar margenoot+
 
Die hertoge oec, die dit wel weet,
 
Van Brabant, hi lach gereet.
3800[regelnummer]
Hadde Henegouwen dlant gerumt,
 
Die herloge soud hebben geplumt
 
Dapperlike, an dander side,Ga naar margenoot+
 
Ende also gedestrueert met stride.
 
Men wilt oec secgen overwaer,
3805[regelnummer]
Dattie hertoge was mede aldaer,
[pagina 381]
[p. 381]
 
Metten oem te Niwendike
 
Om te hulpen heymelike,Ga naar margenoot+
 
Alse die gene die ontsaeh
 
Den conine enten swaren slach,
3810[regelnummer]
Die hem van hem mochte comen.
 
Hi mocht wel scilt hebben genomen,
 
Ongenoemde, ende oec groet,Ga naar margenoot+
 
Vanden coninc, die hem boet,
 
Haddi metten wilden heeldenGa naar voetnoot3814
3815[regelnummer]
Ende weren die seepe vander Seelden,
 
Die Vlaendren sustinantie brochten.
 
Die hertoge, die des niene rochte,Ga naar margenoot+
 
Ontseide desen coninc dese gichte.
 
Nochtan ontboet hem sine nichte,
3820[regelnummer]
Die oude coninginne Ver Marie,Ga naar voetnoot3820
 
Dat hi Vlaendren waer contr[a]rie,
 
Ende hem metten coninc hilde,Ga naar margenoot+
 
Oft hi sijn lant behouden wilde.
[tekstkritische noot]3723 Neuwendike hs.: neuwen dike 3730 .xvii. hondert hs.: .xviie. 3735 .xii. hondert hs.: .xiie. 3740 .ii. hondert hs.: .ii.
margenoot+
(5)
margenoot+
(10)
margenoot+
bl. 54 f.
margenoot+
(20)
margenoot+
(25)
margenoot+
(30)
[tekstkritische noot]3745 swarter hs.: sw'ter 3771 Hierom hs.: hier om 3775 Sente Mahetusdach hs.: sente mahetus dach.
margenoot+
(35)
margenoot+
(40)
voetnoot3761
Ponderaes: Pont-à-Rache, versterkt veer aan de Scarpe
margenoot+
(45)
margenoot+
(50)
margenoot+
(55)
voetnoot3774-3775
smaendages.. vor Sente Mahetusdach: 17 September 1302.
margenoot+
(60)
[tekstkritische noot]3778 manswaerd hs.: mans waerd 3782 sciltwachte hs.: scilt wachte 3791 volc hs.: voelne 3795 Niwendike hs.: niwen dike.
voetnoot3778
manswaerd = dat wapen kan voeren, dat man, d.i. gewapend man, is.
margenoot+
bl. 55 a.
margenoot+
(65)
margenoot+
(70)
margenoot+
(75)
margenoot+
(80)
margenoot+
(85)
[tekstkritische noot]3806 Niwendike hs.: niwen dike 3820 Ver marie hs.: Vermarie 3821 contrarie hs.: contritie Titel: opbraken hs.: op braken 3821 Hieraf hs.: hier af 3826 Omdat si hs.: om datsi.
margenoot+
(90)
margenoot+
(95)
voetnoot3814
Had hij (de hertog) met hem (den koning) willen samenspannen
margenoot+
(100)
voetnoot3820
Ver Marie: Marie van Brabant, weduwe van Philips III, den Stoute (zie boek I, vs. 3286)
margenoot+
(105)

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken