Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3 (1938)

Informatie terzijde

Titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3
Afbeelding van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.98 MB)

Scans (27.26 MB)

XML (1.17 MB)

tekstbestand






Editeurs

Paul de Keyser

Herman vander Linden

A. van Loey



Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3

(1938)–Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 210]
[p. 210]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

Van tempeesten die gescieden in desen tiden .xxi.

1445[regelnummer]
Dus es Vlaendren nu verloest
 
In beiden siden, ende vertroest.
 
Die gene die waren getogen uut,
 
Keerden weder overluut,Ga naar voetnoot1448
 
Sine weten hoe sijs quite sijnGa naar margenoot+
1450[regelnummer]
Des orloges, dat worden was in scijn.
 
Men sach noyt des gelijcs niet,
 
Dat een aldus swaer verdriet
 
Van groten orloge also in scine
 
Leet met so cleenre pine,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot1454
1455[regelnummer]
Alse Vlaendren nu heeft gedaen.
 
Sekerleec dat heeft gedaen
 
God onse here, dat wetic wale.
 
Nu dankets hem nu tesen male!
 
In desen tiden dat dit gevel,Ga naar margenoot+
1460[regelnummer]
Rechte om Sent Bamesse wel,Ga naar voetnoot1460
 
So reinet so utermaten sere,Ga naar voetnoot1461
 
Ende ye so lanc vorward mere,
 
Ga naar margenoot+ Datmen desgelijcs in genen stonden
 
Niet hier vormaels had vonden.Ga naar margenoot+
1465[regelnummer]
Eertrike werd so dor[wee]ct al,
 
Datmen niegeren in geen dalGa naar voetnoot1466
 
Gesayen ne conde, dat verstaet,
 
Ende optie side daer dat saet
 
Gesayt was, dat vloet te dale,Ga naar margenoot+
1470[regelnummer]
Ende verdranc also wale,
 
Want alle nederlande, Godweet,
 
Die verdronken alle gereet,
[pagina 211]
[p. 211]
 
Ende die steden met water met
 
Al over ende over hoge beset,Ga naar margenoot+
1475[regelnummer]
Ende die berge waren so diepGa naar voetnoot1475
 
Van dien regen, dier over liep,
 
Datmen die niet wel en conste
 
Gesayen; nochtan datmens begonste,
 
So moestent die liede laten staen,Ga naar margenoot+
1480[regelnummer]
Oec heeftmen vele, sonder waen,Ga naar voetnoot1480-1481
 
Anderwerf sayen, ende even mede.Ga naar voetnoot1481
 
Dus werd grote besichede
 
Int lant te herde meniger stat,
 
Omdat eertrike was dus natGa naar margenoot+
1485[regelnummer]
So bleef te sayen lants vele,
 
Ende om dit ginct uten spele
 
Metten lieden, weet wel te voren,
 
Datsi en conden dat coren
 
Gesayen, no haer lant gewinnen;Ga naar margenoot+
1490[regelnummer]
Sine wisten wat laten, no beginnen.
 
Want dat weder en ceste niet,Ga naar voetnoot1491
 
Maer wies altenen, alsmen siet,
 
Tote Kersavonde toe gereet;
 
Daer den meneghen af quam groet leet.Ga naar margenoot+
1495[regelnummer]
Die beemde waren al verloren,
 
Men conde gehoyen niet te voren.
 
Des quecs werd oec vele verdorven:Ga naar voetnoot1497
 
Scape, coyen, verken storven,
 
In Brabant, te meniger stede,Ga naar margenoot+
1500[regelnummer]
So deed in andren landen mede.
[pagina 212]
[p. 212]
 
Die wijn werd oec verloren al,
 
Dat was ons een ongeval.
 
Wi hadden faute van alre dinc,Ga naar voetnoot1503
 
Van dien dat die eerde bevinc.Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot1504
1505[regelnummer]
Dat quec werd so onsalich doe,
 
Ende so mager oec daertoe,
 
Dats niemen en dorste eten.
 
Dit dede die regen, alswijt weten,
 
Dat alle dinc verloren ward,Ga naar margenoot+
1510[regelnummer]
Ende dat oec mede werd ontard.
 
Ende siecheiden wiesen doe mede,
 
Die na selen gaen te lede
 
In den derden tiden, sonder waen;Ga naar voetnoot1513
 
Ga naar margenoot+ Gelijc Aristotiles doet verstaen,Ga naar margenoot+
1515[regelnummer]
Daer hi van den tide spreect,
 
Die siecheit heeft hare gra[m]e, weretGa naar voetnoot1516
 
Vorwerd in den derden tijt
 
Van datsi wies, des seker sijt.
[tekstkritische noot]1462 vorward hs.: vorw'd 1465 dorweect hs.: dorbuect, emend. Verdam, M.W., II, 349 1468 saet hs.: staet 1471 nederlande hs.: neder lande.

voetnoot1448
overluut = zeker
margenoot+
(5)
margenoot+
(10)
voetnoot1454
leet = voorbijging
margenoot+
(15)
voetnoot1460
Sent Bamesse = 1 October
voetnoot1461
reinet = regende 't
margenoot+
bl. 76 d.
margenoot+
(20)
voetnoot1466
niegeren = nergens.
margenoot+
(25)
[tekstkritische noot]1481 Anderwerf hs.: Anderw'f 1494 Dit vs. werd door den kopiist vergeten en onderaan kol. d. bijgeschreven.
margenoot+
(30)
voetnoot1475
berge = zaaibedden; diep = doorweekt
margenoot+
(35)
voetnoot1480-1481
Die verzen zijn waarschijnlijk corrupt. Heeft in v. 1480 kan men opvatten als heeft te, moet, doch dan verwacht men: had. Even in v. 1481 is dan = evenen, de weggestroomde aarde weer gelijk maken. Evenwel kan men ook lezen: vele [moeten]... anderwerf sayen...
voetnoot1481
even = evenen, gelijk maken
margenoot+
(40)
margenoot+
(45)
voetnoot1491
ceste = hield op
margenoot+
(50)
voetnoot1497
quec = vee.
margenoot+
(55)
[tekstkritische noot]1509 ward hs.: w'd 1510 ontard: in het hs. voluit 1516 grame hs.: grane 1522 perlementen hs.: perlemente, emend. Verdam, M.W., VI, 149 1524 uteverne hs.: ute verne.
voetnoot1503
faute = gebrek
margenoot+
(60)
voetnoot1504
bevinc = in zich bevatte
margenoot+
(65)
voetnoot1513
in den derden tiden = de ziekte breekt uit in het derde jaargetijde na een, wat het weer betreft, abnormaal jaargetijde (bijv.: na een drogen en warmen Winter breekt de ziekte uit in den daaropvolgenden Zomer). Zie de Natuurkunde van het Geheel-Al, uitg. door J. Clarisse (1847), v. 1173 vv.
margenoot+
bl. 76 e.
margenoot+
(70)
voetnoot1516
grame = gramschap

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken