Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3 (1938)

Informatie terzijde

Titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3
Afbeelding van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.98 MB)

Scans (27.26 MB)

XML (1.17 MB)

tekstbestand






Editeurs

Paul de Keyser

Herman vander Linden

A. van Loey



Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3

(1938)–Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Noch vander verrisenessen. xv.Ga naar voetnoot+

755[regelnummer]
Alse dapostel seget nu:
 
So sal yegewelc, dat secg ic u,
 
Van menigerhande lande daer
 
Onderlinge vergaderen oppenbaer.
[pagina 372]
[p. 372]
 
Dat es te verstane, hebbic bedacht,Ga naar margenoot+
760[regelnummer]
In haer manlike cracht,
 
Alse in den staet van .xxx. jaren,
 
Oft daeromtrent, wet vorwaren,
 
Dat Christus was hier te voren,
 
Hoe hi die doet moeste becoren,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot764
765[regelnummer]
Hoe out hi was doe hi starf,
 
Oft hoe jonc; alst wel bedarfGa naar voetnoot766
 
Dat si storven, ende moesten liden
 
Die doet, si selen te joncsten tiden
 
Van .xxx. jaren opverstaen,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot769
770[regelnummer]
So dat hem geen dinc, sonder waen,
 
Gebreken sal te dere noet,
 
Noch overcomen clein no groet.Ga naar voetnoot772
 
Die gene die van niewete alGa naar voetnoot773
 
Al dat hi wilde ende maken sal,Ga naar margenoot+
775[regelnummer]
Sal dat wel volmaken daer,
 
Al eest ene materie niet daer,
 
Bedie hine sal niet judicerenGa naar voetnoot777-780
 
Dat selve, na der materien deren,Ga naar voetnoot778
 
Maer na der vormen gelikenesse,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot779
780[regelnummer]
Na hare verdiente gescepnesse.Ga naar voetnoot780
 
Daer sal oec ondersceden wesen
 
Man ende wijf ganselijc in desen.
 
Oec die wondere, die sijn geboren
 
Vanden minscen daer te voren,Ga naar margenoot+
[pagina 373]
[p. 373]
785[regelnummer]
Alse die sonder voet comen vort,
 
Oft sonder hant in hare bort,Ga naar voetnoot786
 
Oft haddense te lettel of te vele
 
Vander gerechter naturen spele,
 
Dat werd hem toe oft af gedaen,Ga naar margenoot+
790[regelnummer]
Also gelike oft sonder waen
 
Der naturen niet gebroken ware.Ga naar voetnoot791
 
Die dode, die oec openbareGa naar voetnoot792
 
In goeden resten, selen opstaen,Ga naar voetnoot793
 
Irst.......hebbic verstaenGa naar margenoot+Ga naar voetnoot794-795
795[regelnummer]
Ende oec na sine digniteit.
 
Oec selen opstaen, na der waerheit,
 
Yegewelc na die ordine sine,
 
Alse gelijc dapostelen daer
 
Na apostel gelike, vorwaer,Ga naar margenoot+
800[regelnummer]
Ende propheten, na hare wet,
 
Ga naar margenoot+ Ende so van allen andren met.
 
Ende die gene, die levenden vonden
 
(Alse dapostel seget) te dien stonden,
 
Selen metten genen die doet sijnGa naar margenoot+
805[regelnummer]
Op in die locht varen in scijn,
 
Ende also in dien gegripen daerGa naar voetnoot806
 
Selen sterven thans, vorwaer,
 
Ende te hans opstaen mede,
 
Alse oft die ziele daer ter stedeGa naar margenoot+
[pagina 374]
[p. 374]
810[regelnummer]
Bi enen slape ware[.] uutgegaen,
 
Ende in enen gedacht weder comt saen,
 
Ende werd also ten ordele
 
Geleverd in dus corten spele.

voetnoot+
Cap. 15. Vertaald en bewerkt naar Vincentius' Epilogus, c. CXIII.
[tekstkritische noot]762 vorwaren: -ar- in het hs. voluit 765-766 starf en bedarf in het hs. voluit 779 vormen hs.: utemen (emend. M.W., 9, 1151) 783 vóór het vs.: illustratie.
margenoot+
(5)
margenoot+
(10)
voetnoot764
becoren = onderstaan
voetnoot766
bedarf: van bederven = noodig zijn
margenoot+
(15)
voetnoot769
opverstaen = verrijzen (vgl. hd. auferstehen)
voetnoot772
over comen = te veel zijn (Lat. superfluat; vgl. ook M.W., V, 2190)
voetnoot773
van niewete: eig. uit het niet. Vul aan: maecte en versta: hij (nl. God), die alles maakte (schiep), wat hij wilde (enz.)
margenoot+
(20)
voetnoot777-780
God zal ze beoordeelen, niet volgens wat hun ontbreekt, maar volgens hun verdiensten
voetnoot778
deren = schaden, benadeelen
margenoot+
(25)
voetnoot779
vormen = gedaante, uiterlijk
voetnoot780
gescepnesse = gesteldheid, aard (van hun verdiente = verdiensten).
margenoot+
(30)
[tekstkritische noot]785 voet hs.: wet (emend. M.W., 1, 1366 en 9, 2067) 791-792 ware en openbare in het hs. voluit 794 ... in het hs. blanco 797 blijkens het rijm ontbreekt hier een vers 807 sterven: -er- in het hs. voluit.
voetnoot786
bort = geboorte
margenoot+
(35)
voetnoot791
gebroken = nl. in gebreke
voetnoot792
die: is demonstratief, niet reflexief
voetnoot793
in goeden: nl. in God; resten = rusten (mortui ergo, qui in Christo interim quiescunt, resurgent)
margenoot+
(40)
voetnoot794-795
Vinc.: non quia ibi fit ordo temporis, sed dignitatis
margenoot+
(45)
margenoot+
bl. 90 d.
margenoot+
(50)
voetnoot806
gegripen: (als substantief) vastgrijpen (in ipso raptu; vgl. illi, qui vivi reperientur (secundum Apostolum) simul cum illis, qui dormierunt, obviam in aera Christo rapientur, et, ut dicit, in ipso raptu morientur.
margenoot+
(55)
[tekstkritische noot]810 ware[.] hs.: waren Cap. 16, opschr. verrisenessen hs.: verraetnessen, Vinc.: de miraculo resurrectionis 816 gecorperert hs.: gedorperert, Vinc.: appetunt incorporationem 817 begert in het hs. voluit 825 stomme hs.: stemme (emend. M.W., 8, 1354), Vinc.: mutuae conjunctionis, wat Velthem verkeerdelijk heeft verstaan voor mutae 826 v[o]egingen hs.: vegingen, Vinc.: conjunctionis. Dit schijnt me een betere emendatie dan de door Verdam vragenderwijze voorgestelde verenigingen in M.W., 8, 1354.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken