Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914 (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914
Afbeelding van De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914Toon afbeelding van titelpagina van De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.97 MB)

XML (2.64 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

studie
poëtica


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De literaire manifesten van het fin de siècle in de Zuidnederlandse periodieken 1878-1914

(1982)–Raymond Vervliet–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

-141- [Programmaverklaring van De Eglantier]

Nog 'n nieuw blad!

Welja, en 't is voonwaar 'n armzalige tijd, die niet, laat zien, minstens alle zes maanden, wat nieuws ziet geboren worden op het gebied van tijdschriften, week- en andere bladen. Dat gedurig ontstaan van wat nieuws, van wat anders is het zekerste kenteeken van het leven. Wanneer langs hier, langs daar wat vastgehopen is, trappelt ter plaats, of onbeweeglijk staat, dan is 't ontstaan van 'n nieuw blad de aanwijzing van 'n nieuwen weg. En dat is altijd 'n verheugend teeken. Daarenboven was nog nimmer de levens-veropenbaring 'n reden tot droefheid. Zij, die aan 't hoofd staan der oudere bladen - o, we zeggen geenszins der verouderde bladen - weten wel dat ze eenmaal ook voor de eerste maal hun blad de wereld inzonden met juist dezelfde gevoelens als wij, - waarschijnlijk. We zijn alzoo simpel de voortzetters van 'n traditie - of zoo men wil van het onvermijdelijke, van wat komen moest met mathematische juistheid en onomstootbare zekerheid. Wat anderen vóór ons hebben gedaan, doen wij nu, zonder daarom na te apen, omdat wat we doen nu en altijd is de gang van den tijd, het naar boven klimmen der jongere geslachten, het aanveerden van den licht-fakkel, die ons werd gereikt, door wie ons voorafgingen en dien we op onze beurt geven zullen, na de dagen, aan die volgen zullen en 'komen na ons.

Ons doel is heelemaal niet anderen te schaden, verre van daar en zoo door 't onvermijdelijke wij anderen toch schaden mochten, dan doen we toch maar, wederom, wat zij deden bij hun ontstaan, - wat in zekeren zin ook doet ieder mensch bij zijn geboorte en nogmaals honderd andere malen in zijn leven, daartoe verplicht door 's levens dure noodzakelijkheid, - hoeveel te liever het hem ook zijn [m]ocht te leven in vriendschap en

[pagina 521]
[p. 521]

vrede met al zijn gelijken dietvan goeden wille zijn, en ook de anderen, in wier hart niet altijd plaats is voor 't gevoel, waaruit den goeden wil groeit en onder wier tong zijpelt het vergift der kwaadsprekendheid.

Op onze beurt willen we wat we voelen en denken ten beste geven, wij en al onze trouwe medewerkers, voor de heropbeuring van ons Vlaamsch tooneel, dat men zegt, en ook dat is, buiten eenige aangename, ons, - streelende en hoopvolle uitzonderingen, - ten achter bij het tooneel, opgevoerd in de landen, die zijn over onze grenzen.

Oorzaken heeft dit zeker, niet altijd te zoeken bij de tooneelschrijvers,- neen; maar ook bij het publiek, dat mag, dat moet meer opgeleid; het publiek, dat de schouwburgen niet bezoekt wanneer ernstig werk met waar kunstgehalte wordt opgevoerd, en dat men plaatsen weigeren moet, bij gebrek aan plaatsen bij het voor het voetlicht brengen van wat zoo te recht bestempeld wordt met den naam: draak. Sommigen onzer vlaamsche tooneelschrijvers hebben 'n middelweg gezocht, omdat in 't ander geval geen tooneelbestuurder spelen wil, en veroordeelden hun werk tot zeer geringe middelmatigheid.

Mochten we gelukken al ware het maar één stap vooruit te gaan op de bane, vóór jaren begonnen, we zouden ons gelukkig achten, zelfs zeer gelukkig.

- Daarom stellen we ons blad op voor alle goedgemeende medewerking, voor alle eerlijke uiting van gevoel en gedachte voor de veropenbaring van alle nieuw gedacht, dat helpen kan tot de verwezenlijking van dat doel; onze tooneelkunst nader brengen bij de hoogte, waartoe het klom in den vreemde, in Duitschland, in Engeland, in Frankrijk, in Nederland, in Rusland. En 't is ons niet te doen wat toch zooveel Belgen doen, en spijtig genoeg alle dagen herhalen: afkeuren, minder waardig achten al wat groeit op onzen bodem. Neen. Zelfs verre van daar. Maar we weten. We hebben gezien, gehoord, ondervonden - en zelfs de Conscience-stoet, die de schittering van zijn kleuren en de pracht van zijn goud in de straten der stad Antwerpen vertoonde, heeft ons nog gestaafd in onze meening, want in onze ooren weerklinken nog wat we hoorden van menschen, vlaamsche menschen, zelfs sinjoren, staande om ons. We werden weer eens overtuigd dat al deed de vlaamsche letterkunde sedert Hendrik Conscience 'n machtig grooten stap voorwaarts, ze als heel alleen en afgezonderd staat midden het Vlaamsche volk, waarvan 'n groot deel de werken, de bijzonderste werken van zijn meest volkschen schrijver niet kent, - en dat, niettegenstaande de menigvuldige uitgaven. Men leest hem niet, - en toch men leest veel in Vlaanderen - maar wat?

Men gaat ook veel naar den schouwburg, - om wat ie zien?

Gaarne zouden we belangstelling wekken, en daarom willen we gebruik maken van wat ons allereerst ten dienste staat. Buiten de degelijkheid der bijdragen, hunne menigvuldigheid, hunne verscheidenheid, - nog eens ons blad staat open voor elke welgemeende strekking, voor elke eerlijkgeuite gedachte; het staat boven alle kliek of coterie, - zullen we het illustreeren, afbeeldingen geven zoo van tooneelspelers als tooneelen, en daarenboven, in voorkomend geval, bij artikels over kunst, met afbeeldingen van kunstvoorwerpen. Door zijn vorm kan het bewaard blijven, evenals 'n geïllustreerd weekblad en aangenaam om te herlezen, daar we 'n plaats open laten voor novellen en onuitgegeven tooneelspelen, recensie's over werken, verslagen over tentoonstellingen, enz.

Verre van ons af te wenden van het tooneel der liefitebbers, wille we er 'n bijzondere aandacht aan wijden en zelfs ten hunnen behoeve artikelen op nemen, die ze gebruiken kunnen als richting. Want we weten dat tusschen de liefhebbers er kunstenaars zijn van groote waarde, wier optreden veel, oneindig veel bijdraagt tot het benaderen van ons doel. Menigmaal reeds voerden liefliebhers werken op die niet werden aangedurfd, - niet om het gehalte van den troep, - maar om andere redenen, op de officiëele schouwburgen.

[pagina 522]
[p. 522]

Niet in het gelukken ligt de weerde eener poging, in hettr aandurven, in de eerlijkheid van het inzicht, in de oprechtheid, - bij 'n uitgave - waarmee men gaat tot zijn lezers: het slagen ligt niet in onze macht, - en ook is van minder waarde, al denkt men daar ook soms anders over, en al wordt men gewoonlijk beoordeeld naar 't al of niet gelukken. Maar die manier van denken en doen is gladweg verkeerd.

 

a.De Eglantier.
b.Weekblad voor Tooneel, Kunst en Letteren.
c.Berchem-Antwerpen.
d.Drukker: uitgave de pioen, Antwerpen.
e.‘De Eglantier’
f.1e jg., nr 1, 1 september 1912, pp. 1-2.
g.Ondertekend: De redactiesecretarissen George P.M. Roose-Jan de Schuyter. george p.m. roose* (Antwerpen 1881-Grimma bij Leipzig 1948), onderwijzer, activist. Voorzitter van de in 1909 te Antwerpen gestichte Groeningerwacht en bestuurslid van Jong-Vlaanderen. Als kabinetslid van August Borms week hij in 1918 uit naar Leipzig. Na de amnestieverlening in 1929 keerde hij terug naar België. Hij publiceerde o.m. letterkundige bijdragen onder het pseudoniem Joerg Joergen in Hooger Leven en werd redactiesecretaris van het blad Omroep. Tijdens de Tweede Wereldoorlog week hij opnieuw uit naar Duitsland.

jan de schuyter (Antwerpen 1889-ibidem 1952). Publiceerde ook onder het pseudoniem Jan van Neervoord. Was bureauchef op het provinciaal bestuur te Antwerpen. Als artistiek en literair criticus verbonden aan Het Handelsblad te Antwerpen. Stichter van de vereniging van de Antwerpse Folkloristen en vice-voorzitter van de Bond der Vlaamse Toneelschrijvers. Auteur van een omvangrijk en gevarieerd oeuvre van romans, novellenbundels, toneelstukken, essays, cantaten, kunststudies, reisverhalen en zelfs revues en scenario's voor balletten. Interesseerde zich ook voor de filmkunst en is o.m. de auteur van het eerste Vlaamse filmscenario: ‘De Storm in het Leven’ (1920). Het zwaartepunt van zijn oeuvre ligt echter in de talrijke bijdragen en studies over Vlaamse volkskunde.

Zo schreef hij o.m. naast luimige schetsen als Antwerpsche Typen, Zatte Processies, Teun Koekeloer vertelt, Drij Moorden voor vijf cens? in de reeks ‘Levende Folklore,’ ook gedegen systematisch-wetenschappelijke werken als o.m. Sint Niklaas in de Legende en in de Volksgebruiken, Over Rolzangers en Rolzangersliederen, De Belgische Reuzen en de Reuzentreinen en zijn omvangrijk werk over De Antwerpse Poesje, waarvan hij trouwens de bezieler was. Hij schreef ook nog een anekdotische geschiedenis van het 19de-eeuwse Antwerpen: Oud Antwerpen-Parel aan de Schelde.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • over Het Belfort

  • over De Boomgaard

  • over Dietsche Warande

  • over Dietsche Warande en Belfort

  • over La Jeune Belgique

  • over Ontwaking

  • over Het Pennoen

  • over Van Nu en Straks

  • over Vlaamsche Arbeid

  • over De Vlaamsche School

  • over De Vlaamse Gids

  • over De Vlaamsche Vlagge

  • over Vlaanderen


Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Jan de Schuyter