Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 4. 1640-1645 (1930)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 4. 1640-1645
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 4. 1640-1645Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 4. 1640-1645

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.25 MB)

ebook (7.72 MB)

XML (3.22 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
drama

Subgenre

non-fictie/brieven
verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 4. 1640-1645

(1930)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Op Schilderkunst, Tekeningen, en Marmerbeelden, ten huize van Sandrart.aant.aant.Ga naar voetnoot*

De brant van Troje, door Raphaël Vrbijn.

 
Hier steeckt niet Sinons schelmsche hant,Ga naar voetnootvs. 1
 
Maar Raphels Engelsche penseelGa naar voetnoot2
 
De koningklijcke stadt in brant,
 
En jaaght ons schrick aan, op 't panneel,
5[regelnummer]
Met verf, die roock en smoock gelijckt.
 
En schaduwen, en vier, en licht;
[pagina 595]
[p. 595]
 
Terwijl men vast den gloet ontwijckt,Ga naar voetnoot7
 
En 't bloedigh zwaart, dat nergens zwicht.
 
Die vlught by nacht valt naar, en zuur.Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
Een ieder redt zich, zoo hy kan.
 
De moeder, van den groenen muur,
 
Reickt haren afgesprongen man
 
Met angst het lieve kleentje toe.
 
Een ander geeft zich naar beneên,Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
En drijvende op zijn handen, moêGa naar voetnoot15
 
Van vatten, vreest de borst aan steen
 
Te schuren, en vermijt de vest,Ga naar voetnoot17
 
En harde moppen. By de poortGa naar voetnoot11-18Ga naar voetnoot18
 
Ontsluipt Aeneas, al zijn best,Ga naar voetnoot19
20[regelnummer]
Die met zijn schoudren onderschoort
 
Anchises, kranck, en levens zat,Ga naar voetnoot21
 
En dootsch, en deluw, naeu geredtGa naar voetnoot22
 
Met moeite, uit d'ondergaande stadt,
 
En 't muffe en klamme en quijnend bedt.Ga naar voetnoot24
25[regelnummer]
Dat Venus haren Zoon bescherm.Ga naar voetnoot25
 
Godtvruchte Zoon, ghy treckt te stijf.Ga naar voetnoot26
 
Treck zachter. och! ghy treckt den arm
 
Dien zwacken Vader uit het lijf.
 
Ghy doet den lammen grijzaart wee.
30[regelnummer]
Askaan, aan 's Vaders slincke zy,Ga naar voetnoot30
 
Torst heilighdom, en spoet zich me.Ga naar voetnoot31
 
Krëuze staat haar ega by,
 
En krimpt van achter, heel verbaastGa naar voetnoot33
 
Van opzicht, om gevaar te vliên.Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
Al wat zich rept heeft schrick, en haast.
 
Zoo laat de kunst u Troje zien.
 
Wat vlam oit Phoenix 't leven nam;
 
Hier leeft de Phoenix in zijn vlam.Ga naar voetnoot37-38
voetnoot*
Van omtrent 1644. Afgedrukt volgens de tekst in Vondels Verscheide Gedichten 1644, blz. 332.
Raffaël (geb. 1483 in Urbino) beschilderde van 1514 tot 1517 de vier wanden van de Stanza dell' Incendio in het Vaticaan. De vierde en beste wandschildering stelt voor: de brand die in 847 Rome's voorstad Borgo nuovo verwoestte. Links op de voorgrond schilderde hij de groep van Aeneas met Anchises en Ascanius. Waarschijnlik zag Vondel alleen de linkerhelft op een gravure, of meende hij dat het gehele tafereel de brand van Troje voorstelde, al is daarmede in strijd dat men op de achtergrond Paus Leo IV voor het venster ziet, die zegenend de rechterarm over het knielende volk uitstrekt, en door zijn gebed de brand stilt.
voetnootvs. 1
Sinon: was de verrader, die de Trojanen overhaalde, het houten paard in de stad te trekken.
voetnoot2
Engelsche: in tegenstelling met schelmsche: het goddelik bezielde.
voetnoot7
vast: intussen.
voetnoot9
valt naar: is schrikwekkend.
voetnoot14
geeft zich: begeeft zich.
voetnoot15
drijvende op zijn handen: alleen gesteund door de handen, die zich aan de muurrand vastklemmen.
voetnoot17
vermijt de vest: zet zich af van de muur.
voetnoot11-18
Dit ziet men rechts van de bovengenoemde groep, ook nog op de linkerhelft van de schildering.
voetnoot18
moppen: zware bakstenen.
voetnoot19
al zijn best: met de uiterste inspanning.
voetnoot21
Anchises: zijn oude vader; kranck: zwak.
voetnoot22
dootsch: doodsbleek van schrik; deluw: vaalbleek (Ned. Wdb. III, 2393).
voetnoot24
quijnend bedt: het bed waarin hij wegkwijnde.
voetnoot25
Venus: (Aphrodite) was de moeder van Aeneas.
voetnoot26
Godtvruchte: vertaling van pius: ouderlievend; stijf: hard.
voetnoot30
slincke: linker.
voetnoot31
heilighdom: de huisgoden.
voetnoot33
krimpt: krimpt ineen van angst (Ned. Wdb. VIII, 268); van achter: achter hem gaande (in de schildering in half donker op de achtergrond gehouden; verbaast: verbijsterd.
voetnoot34
opzicht: gelaat.
voetnoot37-38
De Phoenix moest eerst verbranden om dan verjongd te herrijzen. Deze Phoenix (Aeneas) blijft leven te midden van de rampen en zal in Rome een nieuw rijk doen verrijzen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • Leo Simons

  • C.R. de Klerk

  • B.H. Molkenboer

  • J. Prinsen J.Lzn

  • H.W.E. Moller

  • J.F.M. Sterck

  • C.G.N. de Vooys