Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660 (1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.91 MB)

XML (3.25 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660

(1935)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

De XLIII. Harpzang.Ga naar voetnoot*

Deus, auribus nostris audivimus.

 
Wy hoorden 't al van outs met eigene ooren:
 
De vaders lieten klaer,
 
O Groote Godt, ons uwe daeden hooren,
 
Te groot en wonderbaer:Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Uw wonderen en wercken, dieze zagen,Ga naar voetnoot4-5
 
In hunnen tijt, zoo breet
 
Zoo wijt bekent in d'overoude dagen.
 
Uw hant verstroide en smeet
 
Het Heidendom uit zijn bezit, en steden,
10[regelnummer]
En plante Jakobs zaetGa naar voetnoot10
 
Op dezen gront. gy plaeghde alle onbesneden,Ga naar voetnoot11
 
En zetteze uit hunn' staet.
 
Godts stammen niet door kracht van hunnen degen
 
Geraeckten in 't bezit,
15[regelnummer]
Noch wonnen door hunne armen eenen zegen,
 
Zoo groot en rijck als dit:Ga naar voetnoot16
 
Maer uwe hant en arm, o maght van boven,Ga naar voetnoot17
 
Zet hen in 't wettigh goet.Ga naar voetnoot18
[pagina 331]
[p. 331]
 
De straelen van uw aenschijn, waert te loven,Ga naar voetnoot19
20[regelnummer]
Ontvoncken hunnen moedt:
 
Want gy, o Heer, schiept wonderlijck behaegen
 
In Abrahams geslacht.Ga naar voetnoot21-22
 
O Godt, gy zijt mijn Vorst, en keert de plaegen
 
Van Jakob af met kracht.
25[regelnummer]
Wy willen door uw maght den vyant wannen,Ga naar voetnoot25
 
Verstooten uit de steên,Ga naar voetnoot26
 
Door uwen naem, die Jakobs huis aenrannen,Ga naar voetnoot27
 
In 't oorloghsperck vertreên.Ga naar voetnoot28
 
Ick stel mijn hoop voortaen op geene boogen,
30[regelnummer]
Noch pijl, geverft in bloet:Ga naar voetnoot30
 
Mijn slaghzwaert zal my niet beschutten mogen:
 
Want gy hebt ons behoedt,
 
Bewaert voor al die Israël bestreden,
 
En wat uw erfdeel praemt.Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
Ons haeters en verdruckers hier beneden
 
Hebt gy in 't velt beschaemt.Ga naar voetnoot36
 
Wy zullen bly, zoo lang men Godt hoort noemen,Ga naar voetnoot37
 
In uwe majesteit,
 
In uwen naem met recht en reden roemen,Ga naar voetnoot39
40[regelnummer]
Tot in der eeuwigheit.
 
Nu hebt gy ons verdreven, en verstooten,
 
En gy, o Allemaght,Ga naar voetnoot42
 
Treckt nu niet meer te velt met uw genooten,Ga naar voetnoot43
 
Noch stijftze door uw kracht.Ga naar voetnoot44
45[regelnummer]
Gy laet ons vliên voor 's vyants spits, en schachten,Ga naar voetnoot45
 
Geeft ons hun wraeck ten buit.
 
Gy levert ons, als schaepen, om te slaghten
 
Tot spijs door uw besluit.Ga naar voetnoot48
 
Gy laet ons wijt in 't Heidendom verstrojen,Ga naar voetnoot49
50[regelnummer]
En zonder waerde om niet,Ga naar voetnoot50
 
Als slaven, dus verkoopen, en verschojen,Ga naar voetnoot51
[pagina 332]
[p. 332]
 
Benepen van verdriet.
 
Wy mogen, op de merckt geveilt, niet gelden.Ga naar voetnoot52-53Ga naar voetnoot53
 
Wy staen tot een verwijtGa naar voetnoot54
55[regelnummer]
Des nagebuurs, der boozen, die ons schelden.
 
Men schimpt, belacht, en bijt,Ga naar voetnoot56
 
En terght ons vast rondom, van alle zijden.Ga naar voetnoot57
 
Gy stelt ons hier ten spot
 
En spreeckwoort voor de geen, die ons benijden,Ga naar voetnoot59
60[regelnummer]
Vervreemt van Jakobs Godt.Ga naar voetnoot59-60
 
Zy schudden 't hooft. ik moet my billijk schaemen.Ga naar voetnoot61
 
Ick duick den ganschen dagh,Ga naar voetnoot62
 
Sta schaemroot: want men schantvleckt ons met naemen.Ga naar voetnoot63
 
Al wat ons overmagh
65[regelnummer]
Vervolght ons, dus afgrijsselijck gebeeten.Ga naar voetnoot65
 
Dit komt ons op den hals,
 
Die uwe wet in 't minste niet vergeeten,
 
Noch afgekeert en valsch
 
Uw heilverbont onteeren door gebreeckenGa naar voetnoot67-69
70[regelnummer]
Voor uwen hoogen troon.Ga naar voetnoot70
 
Ons hart is niet van u te rugh geweecken,Ga naar voetnoot71
 
Noch van uw wetgeboôn.
 
Gy liet niet toe dat wy in onzen wandel
 
Vervielen van uw baen.Ga naar voetnoot73-74
75[regelnummer]
Gy hebt ons hart verneêrt door 's vyants handel,Ga naar voetnoot75
 
En taste ons vinnigh aen.Ga naar voetnoot76
 
Gy liet de Doot ons met haer schaduw decken.
 
Vergaeten wy Godts naem?
 
Bestonden wy de handen uit te streckenGa naar voetnoot79
80[regelnummer]
Naer afgoôn, snoot van faem?
 
Zou Godt dit niet bestraffen, zich des belgen,Ga naar voetnoot81
 
Die hartekenner heet?Ga naar voetnoot82
 
Wy worden om uw' naem, als Abrams telgen,Ga naar voetnoot83
 
Den ganschen dagh dus wreetGa naar voetnoot84
[pagina 333]
[p. 333]
85[regelnummer]
Ter doot gevoert, gelijck het schaep gerekent,
 
Ter slaghtbanck voor de bijl
 
Gedreven, als een offer staet getekent,Ga naar voetnoot87
 
Naer slaghters wijs, en stijl.Ga naar voetnoot85-88
 
Ontwaeck, o Heer, hoe slaept gy nu zoo lange?
90[regelnummer]
Ontwaeck, o Godt, ontwaeck.
 
Vertoef niet tot op 't uiterst: 't valt ons bange.Ga naar voetnoot91
 
Bescherm ons goede zaeck.
 
Hoe keert gy dus uw aenschijn van ons allen,
 
Vergeet ons by te staen
95[regelnummer]
In onzen noot, en druck, en ongevallen,
 
Uit noot ter doot belaen?Ga naar voetnoot96
 
Ick heb mijn ziel vernedert tot op d'aerde,
 
In assche, slijck, en stof;
 
Daer kleef ick met mijn lichaem, zonder waerde,Ga naar voetnoot99
100[regelnummer]
Aen 't slijm. O hemelsch hof,Ga naar voetnoot98-100
 
Waeck op, en help ons in verlegenheden.
 
Verlos ons, lieve Heer,
 
Om uwen naem, met traenen aengebeden,
 
Om 's hemels prijs en eer.Ga naar voetnoot103-04
[tekstkritische noot]TEKSTKRITIEK: In XLIII, vs. 13 van de 1e uitg. staat: hunn', alleen omdat de regel te lang was.

voetnoot*
Ps. 43.
voetnoot4
Te: zeer.
voetnoot4-5
Bellarminus in h.l.: mirabile opus.
voetnoot10
V: et plantasti eos, vs. 3.
voetnoot11
onbesneden: onbesnedenen, de niet-Joden of heidenen.
voetnoot16
toevoegsel; dit: nl. het bezit van vs. 14.
voetnoot17
o maght van boven: toevoegsel.
voetnoot18
toevoegsel; Bellarminus: dedit eis terra m possidendam.
voetnoot19
waert te loven en 20 toevoegsel.
voetnoot21-22
V: quoniam complacuisti in eis, vs. 4.
voetnoot25
wannen: uitwannen, door de wan of zeef laten vallen. De Vulg. heeft ventilabimus cornu, wegstooten met den hoorn. Vondel komt misschien op zijn agrarisch beeld door Buchanan, die parafraseert: Hostium ferociam tam facile profligabimus taurus minaci quam jacit cornu pilas, stipulaeve fasces aridae.
voetnoot26
verstooten: wegstooten, hier werkt het bijbelsch cornu door.
voetnoot27
die: hen die; aenrannen: aanranden.
voetnoot28
V: spernemus, vs. 6.
voetnoot30
toevoegsel.
voetnoot34
praemt: verdrukt.
voetnoot36
V: confudisti, vs. 8.
voetnoot37
zoo lang men Godt hoort roemen: V: tota die, vs. 9.
voetnoot39
met recht en reden: toevoegsel.
voetnoot42
Allemaght: spreektaal voor Almacht.
voetnoot43
te velt: te velde; uw genooten: de Joodsche legerscharen, die Jahve vroeger te hulp kwam, V: in virtutibus nostris, vs. 10, maar Vondel draagt dit virtus op Gods kracht over in 't volgend vs.
voetnoot44
stijftze: helpt ze.
voetnoot45
spits, en schachten: lanspunten, of lansen en pijlen, toevoegsel.
voetnoot48
toevoegsel.
voetnoot49
in: onder.
voetnoot50
om niet: voor niets, toevoegsel, de Vulg. heeft alleen: sine pretio, zonder prijs; Bellarminus: nihil pretii accepisti.
voetnoot51
als slaven: toevoegsel; verschojen: in armoede rondzwerven.
voetnoot52-53
toevoegsel.
voetnoot53
mogen ... niet gelden: komen niet eens in aanmerking, zijn niets waard.
voetnoot54
verwijt: smaad; V: opprobrium, vs. 14.
voetnoot56
bijt: nl. met scheldwoorden, snauwt.
voetnoot57
vast rondom: overal in 't rond
voetnoot59
spreeckwoort: V: in similitudinem, vs. 15. Bellarminus: proverbium sive parabola.
voetnoot59-60
die ons benijden, Vervreemt van Jakobs Godt: V: gentibus.
voetnoot61
ik: tegen Vondels spelling van dezen tijd in, maar alleen door de regellengte veroorzaakt.
billijk: met reden.
voetnoot62
duick: schuil weg.
voetnoot63
schantvleckt enz.: geeft ons scheldnamen.
voetnoot65
gebeeten: afgesnauwd, vgl. bijt van vs. 56.
voetnoot67-69
V: inique non egimus in testamento tuo, vs. 18.
voetnoot70
toevoegsel.
voetnoot71
van u en 72 toevoegsels.
voetnoot73-74
V: et declinasti semitas nostras a via tua, vs. 19, waarin volgens Bellarminus de negatie van het vorig zinsdeel moet worden herhaald.
voetnoot75
door 's vyants handel: V: in loco afflictionis, vs. 20.
voetnoot76
toevoegsel.
voetnoot79
Bestonden wy: waagden wij het.
voetnoot81
zich des belgen: zich daarover vergrammen.
voetnoot82
hartekenner: V: ipse enim novit abscondita cordis, vs. 22.
voetnoot83
als Abrams telgen: toevoegsel.
voetnoot84
dus wreet: toevoegsel.
voetnoot87
als een offer staet getekent: zooals een schaap dat voor het offer is gemerkt.
voetnoot85-88
V: Aestimati sumus sicut oves occissionis, vs. 22.
voetnoot91
't valt ons bange en 92 toevoegsel; ons goede zaeck: Bellarminus spreekt alleen van Gods zaak: cum tua causa hic agatur.
voetnoot96
toevoegsel. Versta: van ons die door den nood ter dood toe bezwaard zijn.
voetnoot99
mijn lichaem, zonder waerde: V: venter noster, vs. 25.
voetnoot98-100
assche, slijck, stof, slijm (slijk); de Vulg. heeft in pulvere en in terra.
voetnoot103-04
V: propter nomen tuum, vs. 26.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • Leo Simons

  • C.R. de Klerk

  • J. Prinsen J.Lzn

  • H.W.E. Moller

  • B.H. Molkenboer

  • J.F.M. Sterck

  • L.C. Michels

  • C.G.N. de Vooys

  • C.C. van de Graft

  • J.D. Meerwaldt

  • A.A. Verdenius