Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660 (1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.91 MB)

XML (3.25 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 8. 1656-1660

(1935)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

De XCV. Harpzang.Ga naar voetnoot*

Cantate Domino canticum.

 
Zingt den Heere nieuwe lieden.Ga naar voetnoot1
 
Laet al d' aerde door gebiedenGa naar voetnoot2
 
Godt te zingen, zingt den Heere
 
Eenen lofzang toe van eere.
5[regelnummer]
Dat men dagh op dagh hartgrondigh
 
Zijne zaligheit verkondigh'.Ga naar voetnoot6
 
Men verkondige allen volcken
 
Zijne glori, waer de wolcken
 
Drijven. laet vry 's hemels wonderen
10[regelnummer]
Door de weerelt heene donderen:
 
Want hy groot is, en te prijzen,
 
Hooger dan ons galmen rijzen,
 
Schricklijck, boven alle maghten:
 
Want der onbesneên geslachten
15[regelnummer]
Goden zijn vervloeckte geesten,Ga naar voetnoot15
 
Van de minsten tot de meesten.
 
Onze Godtheit schiep de kringenGa naar voetnoot17
 
Van den hemel en zijn ringen.
 
Lof en schoonheit zijn de straelen,Ga naar voetnoot18-19
20[regelnummer]
Die uit Godt op d' aerde daelen.
 
Al wat heiligh is en heerlijck,
 
Wat eerwaerdigh is en eerlijck,
 
Majesteit en glori brommenGa naar voetnoot23
 
Uit zijn wezens eigendommen,Ga naar voetnoot24
25[regelnummer]
Zijn gewaeden, die de leden
[pagina 464]
[p. 464]
 
Van d' alomheit rijck bekleeden.Ga naar voetnoot25-26Ga naar voetnoot26
 
Koomt, o onbesneên, te gader,Ga naar voetnoot27
 
Brengt dien Godt, der dingen vader,
 
Eer en prijs toe. brengt dien Heere
30[regelnummer]
En zijn' naem een' geur van eere.Ga naar voetnoot30
 
Brengt dien Godt uit alle landen
 
Offergaven, offerhanden.
 
Gaet naer zijn' gewijden drempel,
 
En aenbidt hem in den tempel.
35[regelnummer]
Laet al d' aerde zich beweegenGa naar voetnoot35
 
Voor zijn aenschijn, rijck van zegen.
 
Gaet verkondight allen volcken:
 
Godt koomt heerschen uit de wolcken.
 
Hy hervormt het volck op d' aerdeGa naar voetnoot39
40[regelnummer]
Door zijn wetten, hoogh van waerde,
 
Dat elck vast staet op zijn rechten.Ga naar voetnoot41
 
Hy komt ongelijckheit slechten.
 
Laet de lucht van blyschap schateren,
 
d' Aerde hupplen. laet de wateren
45[regelnummer]
Juichen, en wat in de golven
 
Onder water leght gedolven.
 
Laet de kampen vee en vruchtenGa naar voetnoot47
 
Zich verheugen met genughten,
 
Alle bosschen alle boomen
50[regelnummer]
Hupplen, als zy Godt zien koomen:Ga naar voetnoot50
 
Want hy koomt naer 's weerelts streeken,
 
Om het vonnis uit te spreecken
 
Over 't aerdtrijck, met een klaerheit
 
Van rechtvaerdigheit en waerheit.

voetnoot*
Ps. 95.
voetnoot1
lieden: liederen.
voetnoot2
Versta: over de heele aarde moet geboden worden.
voetnoot6
Zijne zaligheit: zijn heil, V: salutare ejus, vs. 2.
voetnoot15
vervloeckte geesten: duivels, V: daemonia, vs. 5.
voetnoot17
: van hoog tot laag; toevoegsel.
voetnoot18-19
kringen-ringen: sferen, ronden.
voetnoot23
brommen: komen luisterrijk te voorschijn.
voetnoot24
eigendommen: eigenschappen.
voetnoot25-26
B kantteekent op V: Sanctimonia et magnificentia in sanctificatione ejus, vs. 6 niet alleen, dat God met heiligheid, heerlijkheid, majesteit en glorie quasi vestimentis omgeven is, maar ook, dat die eigenschappen overal (undique) in Hem aanwezig zijn; Vondel verbindt die begrippen; Zijn gewaeden: zijn de gewaden.
voetnoot26
d' alomheit, de aan alle kanten volkomene; het is dus niet Gods alomtegenwoordigheid, in Bespiegelingen, II 727 ook zoo genoemd, die Vondel hier bedoelt.
voetnoot27
onbesneên: heidenen.
voetnoot30
een geur van eere: deze beeldspraak is van Vondel.
voetnoot35
zich beweegen: beven; V: commoveatur, vs. 9.
voetnoot39
hervormt: verbetert: V: correxit, vs. 10.
voetnoot41
Versta: zóó dat iedereen het zijne krijgt; V: (orbem terrae) qui non commovebitur, door B verklaard als de vestiging van den hoogsten vrede.
voetnoot47
de kampen: de velden; V: campi, vs. 12.
voetnoot50
V: a facie Domini, quia venit, vs. 13.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • Leo Simons

  • C.R. de Klerk

  • J. Prinsen J.Lzn

  • H.W.E. Moller

  • B.H. Molkenboer

  • J.F.M. Sterck

  • L.C. Michels

  • C.G.N. de Vooys

  • C.C. van de Graft

  • J.D. Meerwaldt

  • A.A. Verdenius