Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674 (1937)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.06 MB)

XML (2.58 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
drama

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674

(1937)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 621]
[p. 621]

Kandia
op haer uiterste.aant.Ga naar voetnoot*

PALLIDA MORTE FUTURA.

Aen de zelve.
 
Och Krete, voortijts aengebeden,Ga naar voetnoot1
 
Gelijk een moeder van Jupijn,
 
Die eene kroon van hondert steden,Ga naar voetnoot3
 
Bezet met parlen en robijn,
5[regelnummer]
Op 't voorhooft voerende, en de straelen
 
Der zon verdoovende, als vorstinGa naar voetnoot6
 
Der zee, zaeght van al 's werrelts paelen
 
De vlooten, zwanger van gewinGa naar voetnoot8
 
En rijkdom, uwe kust bezoeken,
10[regelnummer]
  De havens stoppen 't gansche jaer,Ga naar voetnoot10
 
En offeren, uit alle hoeken,
 
Haer schatten, door het zeegevaer
 
Gesleept, aen 't outer van uw voeten:
 
Och eilant, daer Saturnus zoon,Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
Om zijnen minnetoght te boeten,
 
Agenors dochter op zijn' troon
 
Zoo hoogh verhief, dat hy, na' et streelen,
 
Haer hier met zulk een' naem beschonk,
 
Van 't eelst gedeelte van dry deelenGa naar voetnoot19
20[regelnummer]
  Der werrelt; toen haer schoonheit blonk
[pagina 622]
[p. 622]
 
Met zulk een' luister in zijne oogen;
 
Daer hy omhelst lagh in haer' schoot,
 
En sprak, verzaet en opgetogen:Ga naar voetnoot23
 
O schoone, die het morgenroot
25[regelnummer]
Uit schaemte ontfangt op deze wangen,
 
Ons majesteit in dit gezicht;Ga naar voetnoot26
 
Gy zult een' andren naem ontfangen,
 
Die, wijt befaemt, voor niemant zwicht.
 
Wy zullen u Europe noemen.
30[regelnummer]
  Bezit dit eilant, uwen troon.
 
Maer Kandie, och wat baet dit roemen,
 
Op d'oude hantvest, hier ten loonGa naar voetnoot32
 
Voor 't schaeken van haer bloem gegeven,Ga naar voetnoot33
 
Nu gy ten leste wort verkracht
35[regelnummer]
Van Ottoman, die 't al leert beven,Ga naar voetnoot35
 
En onderdrukt houdt door zijn maght?
 
Wat baet het dat u Godt verlichte,
 
Toen hier de groote kruisgezantGa naar voetnoot38
 
Met Titus d'eerste kerken stichte,Ga naar voetnoot39
40[regelnummer]
  En 't hooft der afgoôn trapte in 't zant?
 
Wat baet het dat de vont u wijde,Ga naar voetnoot41
 
En 't heiligh kruis, een grooter eer,
 
Die d'afgront brullende u benijde;Ga naar voetnoot43
 
Zoo, na langduurigh tegenweer,Ga naar voetnoot44
45[regelnummer]
De zeeleeu van Sint Mark uw eilantGa naar voetnoot45
 
En hooftstadt entlijk slaeken moet?Ga naar voetnoot46
 
Zoo gy, getrout aen 's werrelts heilant,
 
Verdrinkt in eene zee van bloet?
 
De Middelantsche zee gesloten,
50[regelnummer]
  Gelijk 't Venetiaensche meer,Ga naar voetnoot50
 
Zal dootsch voortaen geen rijke vlooten
 
Door 't schuim zien bruizen heene en weêr.
 
Het Turkendom wil trots braveeren.Ga naar voetnoot51-53Ga naar voetnoot53
 
Al 't omgelegen Christenrijk
55[regelnummer]
Zal lant- en zeekust zien schoffeeren,Ga naar voetnoot55
[pagina 623]
[p. 623]
 
En Christus kroon getrapt in slijk.
 
Het gansche Europe, in bloet verzoopen,Ga naar voetnoot57
 
Wil treuren om dees nederlaegh.
 
Wat raet? de kruisgrens leght nu open,Ga naar voetnoot59
60[regelnummer]
  En daghvaert zelf Godts vloek en plaegh.Ga naar voetnoot60
 
De felle Turksche sabel schittert,
 
Te moedigh op haer halve maen,Ga naar voetnoot62
 
Terwijl men, onderling verbittert,
 
De zon van 't kruis ziet ondergaen.
65[regelnummer]
Wy staen, als met gevleugelde armen,Ga naar voetnoot65
 
En zien al koel dien ondergangGa naar voetnoot66
 
Van 't kruis, het welk men kon beschermen,
 
Vergeefs verdaedight eeuwen lang.Ga naar voetnoot68
 
Waekt op, Martel, Buljon, en Kroie,Ga naar voetnoot69
70[regelnummer]
  Sint Luidewijk, en 't Duitsche huis:Ga naar voetnoot70
 
Men haelt het Griexe paert in Troie,
 
En niemant zet zich schrap voor 't kruis.
 
Maer als gansch Asie, aengespannenGa naar voetnoot73
 
Met Tarters, inberst, als een zee,Ga naar voetnoot74
75[regelnummer]
Dan zalmen spa de muuren mannen,Ga naar voetnoot75
 
En 't zwaert ontkleeden van zijn schee.
 
Nu is 't noch tijt, naerdien de vredeGa naar voetnoot77
 
De Christe-werrelt overstraelt,
 
Dat elk om 't eerst het slaghzwaert smede,Ga naar voetnoot79
80[regelnummer]
  En zette alle ongelijk betaelt.Ga naar voetnoot80
 
Och heilant, spaer uw bruit voor 't schennenGa naar voetnoot81
 
Des voorhuitloozen erftyrans.Ga naar voetnoot82
 
Beschut de volken, die u kennen.Ga naar voetnoot83
 
Zoo blinke uwe eer met vollen glans.
 
 
 
J.v. Vondel.
voetnoot*
Van 1669. - Afgedrukt volgens de tekst der afzonderlike uitgave in plano (Unger no. 711).
Opschrift: Sinds 1645 trachtten de Turken aan Venetië het eiland Kandia te ontnemen, en steeds hebben de Nederlanders de Venetianen in hun verzet gesteund, zie Op de neerlaegh der Turksche vlote, deel 5, blz. 473. Ook toen de Turken in 1665 het beleg om de hoofdstad Kandia sloegen, was aan de hulp van de Nederlanders en van andere naties te danken, dat de stad eerst na vier jaar, in Sept. 1669, werd ingenomen. Wèl hadden onze Staten toen dit gevaar dreigde (op haer uiterste: bij de bedreiging met ondergang) nog het plan overwogen met 2000 man bij te staan, doch Amsterdam verzette zich hiertegen met het oog op de handel en de zeevaart op Turkije en de Levant (De Jonge, Nederland en Venetië, 's-Grav. 1852, blz. 227, 232, 261).
Het motto, ontleend aan Aeneïs IV, 644, betekent: Bleek door het naderen van de dood.
voetnoot1
Krete: de klassieke naam van Kandia.
voetnoot3
Homerus roemde het eiland Kandia om zijn honderd steden. De kroon van hondert steden wordt inderdaad voorgesteld als rustende op het hoofd van de allegoriese maagd Kandia (vgl. de Stedekroon voor Frederick Henrick).
voetnoot6
verdoovende: overstralende.
voetnoot8
zwanger van gewin: overvol van winst.
voetnoot10
stoppen: geheel vullen.
voetnoot14
Saturnus zoon: Jupiter, die de gedaante van een stier aannam om Europa, Agenor's dochter, naar Kreta te ontvoeren. Agenor was koning van Phoenicië.
voetnoot19
dry deelen der werrelt: Europa, Azië, Afrika, waarvan de eerste het edelste deel was. Vondel volgt hier de klassieken, die maar drie werelddelen kenden.
voetnoot23
verzaet: verzadigd, voldaan.
voetnoot26
die Ons majesteit ontvangt: die de aanblik geniet van onze goddelikheid.
voetnoot32
hantvest: privilege, voorrecht.
voetnoot33
't schaeken van haer bloem: het ontroven van haar maagdom (Ned. Wdb. II, 2894).
voetnoot35
Ottoman: de Turk.
voetnoot38
de groote kruisgezant: de apostel Paulus.
voetnoot39
Titus: apostoliese helper van Paulus. Hij vergezelde de Apostel op verscheiden missiereizen; later werd hij bisschop van Kreta. (Zie De Brief v.d. Apostel Paulus aan Titus).
voetnoot41
vont: doopvont.
voetnoot43
d'afgront: de hel.
voetnoot44
tegenweer (hier onzijdig): verzet.
voetnoot45
de zeeleeu van Sint Mark: Venetië.
voetnoot46
slaeken: loslaten, in de steek laten.
voetnoot50
't Venetiaensche Meer: de golf van Venetië.
voetnoot51-53
dootsch: verlaten. Inderdaad was het met de wereldhandel van Venetië spoedig daarop (c. 1700) gedaan.
voetnoot53
wil: zal. Evenzo in vs. 58; braveeren: zich als overheerser gedragen.
voetnoot55
schoffeeren: schenden.
voetnoot57
verzoopen: in Vondel's taal zonder ongunstige kleur.
voetnoot59
kruisgrens: grenzen van de Christelike rijken; leght: ligt.
voetnoot60
daghvaert: haalt binnen; Godts vloeck: de Turk.
voetnoot62
Te moedigh: zeer fier.
voetnoot65
gevleugelde: op de rug gebonden (nl. als weerloze gevangenen).
voetnoot66
al koel: geheel onverschillig.
voetnoot68
verdaedight: verdedigd.
voetnoot69
Martel: Karel Martel, die in 732 de Arabieren bij Poitiers versloeg en aldus West-Europa voor onderwerping aan de Islam behoedde; Buljon: Godfried van Bouillon, die Jeruzalem en het heilige graf op de Turken heroverde (1100); Kroie: Croy, welk lid van dit geslacht, dat in verschillende landen verdienstelike leden telde, Vondel hier bedoelt, is moeilik te bepalen.
voetnoot70
Sint Luidewijk: Lodewijk IX, de Heilige, van Frankrijk (1248-1254), die op de zesde kruistocht Damiate innam; 't Duitsche huis: de ridders van de Duitse orde.
voetnoot73
aengespannen met: in verbond met.
voetnoot74
inberst: binnen komt dringen.
voetnoot75
mannen: van krijgsvolk voorzien.
voetnoot77
naerdien: aangezien.
voetnoot79
om 't eerst: in wedijver.
voetnoot80
ongelijk: onrecht.
voetnoot81
uw bruit: de Kerk.
voetnoot82
voorhuitloozen: besneden, in dit verband: heidens.
voetnoot83
kennen: erkennen, belijden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • Leo Simons

  • C.R. de Klerk

  • J. Prinsen J.Lzn

  • H.W.E. Moller

  • B.H. Molkenboer

  • J.F.M. Sterck

  • L.C. Michels

  • C.G.N. de Vooys

  • C.C. van de Graft

  • J.D. Meerwaldt

  • A.A. Verdenius