Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jaap en Gerdientje. Deel 5. Een herfst vol avonturen (1951)

Informatie terzijde

Titelpagina van Jaap en Gerdientje. Deel 5. Een herfst vol avonturen
Afbeelding van Jaap en Gerdientje. Deel 5. Een herfst vol avonturenToon afbeelding van titelpagina van Jaap en Gerdientje. Deel 5. Een herfst vol avonturen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.35 MB)

Scans (7.58 MB)

ebook (7.26 MB)

XML (0.10 MB)

tekstbestand






Illustrator

Tjeerd Bottema



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen
non-fictie/schoolboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jaap en Gerdientje. Deel 5. Een herfst vol avonturen

(1951)–Anne de Vries–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 5]
[p. 5]


illustratie

1. Ik laat je niet in de steek.

Het was een heel warme dag in het laatst van Augustus.

De zon stond te branden aan de blauwe hemel, het was heel stil en er was geen zuchtje wind. De vogels zwegen; ze waren weggekropen tussen de struiken. De kippen liepen rond met de snavel wijd open en stonden telkens bij de drinkbak. En Puk, de kleine hond, die anders nooit genoeg hollen en draven kon, had zich uitgestrekt op de koele stenen in de schaduw van het huis. Daar lag hij te hijgen, met zijn lange tong uit zijn bek. En toen er een vlieg op

illustratie

zijn neus ging zitten, bromde hij alleen maar. Hij was te lui om hem weg te jagen.

Maar Jaap had geen

[pagina 6]
[p. 6]


illustratie

last van de warmte. Jaap kwam fluitend het huis uit, met een mandje in zijn hand. Hij zette dat mandje in het gras en klom als een aap in de grote pruimeboom. Tot boven in de top klom hij, want alleen dáár zaten nog pruimen. En toen bleef hij daar eerst maar eens wat zitten uitblazen op een dikke tak, want na die klim voelde hij ook wel, hoe warm het was. Hij plukte een grote, gele pruim en at die langzaam op. En intussen keek hij rond over de wijde zonnige wereld.

Hij zag het dorp; de kerktoren stak er hoog boven uit. De zon blonk op het haantje, alsof het van goud was. De zon glansde ook op het rode dak van de school.

'Nog een paar dagen,' dacht Jaap, 'dan zit ik daar weer. Dan is de zomervacantie voorbij!'

Hij keerde zich om en keek de andere kant op. Daar waren de velden en de weiden. Hier en daar waren mensen aan het werk.

Jaap zag ook het bos. De schoorsteen van het boswachtershuis stak juist boven de bomen uit. En hij zocht met zijn ogen de bosweg af, of hij Gerdientje nog niet zag komen. Maar hij zag haar niet.

[pagina 7]
[p. 7]
Er kwam wel iemand

illustratie

anders. Eén van Jaaps duiven kwam naar hem toe vliegen. Die cirkelde een paar keer klapwiekend om zijn hoofd en streek toen bij hem in de pruimeboom neer. De blauwe doffer was het, die Jaap nog van de boswachter gekregen had. Hij had nu al veel meer duiven. Wel tien. Maar deze was de liefste. Hij zat vlak bij Jaap op een takje. Hij koerde en boog en keek heel verwonderd, met zijn kopje schuin, alsof hij zeggen wilde: 'Wat doe je hier zo hoog in de lucht? Ga je ook vliegen, baasje?'

'Hè ja, vliegen!' dacht Jaap. 'Dàt moest ik kunnen!'

'Já-àp!' riep een stem.

'Hallo!' riep Jaap terug.

Hij gluurde door de bladeren naar beneden. Op het erf stond Gerdientje en keek naar alle kanten rond. Ze was zeker al in het huis geweest, toen Jaap zo juist naar haar uitkeek.

'Waar zit je toch?' vroeg zij.

'Zoek me maar!....' riep Jaap.

Gerdientje kwam langzaam nader.

'Waar ben je dan?' vroeg zij nog eens.

Maar Jaap zei niets meer. Hij wachtte, tot zij onder de boom gekomen was. Toen begon die boom plotseling te ruisen en te schudden,

[pagina 8]
[p. 8]

alsof er een hevige storm waaide. De duif vloog verschrikt weg en het regende pruimen in het gras en op Gerdientjes hoofd. Zij sprong met een gilletje opzij. Nu wist zij dan, waar Jaap zat!

'Lummel!' riep zij. 'Ik eet ze allemaal op, hoor!'

'Toe maar,' lachte Jaap. 'Als je maar denkt om de wespen. Wacht, ik zal er nog wat bij schudden.'

Toen kwam er een nieuwe bui. En even later kwam ook Jaap naar beneden glijden. Hij begon de pruimen in het mandje te rapen.

'Die nemen we mee naar het land,' zei hij. 'Pruimen zijn goed voor de dorst.'

'Naar het land?' vroeg Gerdientje. 'Ik wou je vragen om mee te gaan naar het bos. Daar

illustratie

is het zo lekker koel. En dan kunnen we daar een leuke hut gaan bouwen. Er liggen takken genoeg. Hè, laten we naar het bos gaan, Jaap!'....

Maar Jaap schudde zijn hoofd.

'Het kan niet,' zei hij. 'Vandaag wordt het laatste koren ingehaald en ik moet mee om aren

[pagina 9]
[p. 9]

te zoeken. Je weet wel, de losse aren, die op het land gevallen zijn bij het maaien.'

'Dan help ik je,' zei Gerdientje. 'Ik laat je niet in de steek.'

'Dat is fijn,' zei Jaap dankbaar.

De kippen wilden ook komen helpen met pruimen-zoeken. Zij mochten de aangestoken vruchten hebben. Er waren er enkele bij, die helemaal door de wespen waren uitgevreten. Daar was alleen een vies bruin velletje van overgebleven. Maar Jaap en Gerdientje kregen het mandje toch nog vol met gave pruimen.

Juist, toen ze de schuurdeur in wilden gaan, kwam Gijs naar buiten. Hij had het paardentuig in de hand.

'Gaan jullie mee het paard uit de wei halen? Je mag er op zitten, als je wilt.'

'Graag,' zei Jaap. En Gerdientje

illustratie

knikte blij. Maar ze kon geen antwoord geven, want ze had juist een pruim in haar mond gestoken.

'Gijs ook een pruim?' vroeg Jaap.

'Dank je,' zei Gijs. 'Ik neem liever een andere pruim.'

En hij haalde zijn koperen tabaksdoos voor de dag.

'Hè, jakkes!' riepen ze allebei.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken