Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het zwaard, de zee en het valse hart (1966)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het zwaard, de zee en het valse hart
Afbeelding van Het zwaard, de zee en het valse hartToon afbeelding van titelpagina van Het zwaard, de zee en het valse hart

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.19 MB)

ebook (3.60 MB)

XML (0.20 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

novelle(n)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het zwaard, de zee en het valse hart

(1966)–Theun de Vries–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 32]
[p. 32]

7



illustratie

Enkele dagen aaneen zochten wij waar zich de invallers bevinden konden; wij ontdekten ze ook. Ze trokken in kleine benden traag en evenwijdig door de gele wildernis van het najaar naar het zuiden op. Wij bemerkten ook de reden van die traagheid; ze hadden enkele plompe wagens bij zich, door ruige grijze paardjes getrokken. Ogenschijnlijk rekenden zij op buit.

Onze opzet om hen naar het drijfzand te lokken slaagde volkomen. Wij lieten een troepje van vijftig, zestig man voor hun ogen over de heuvelkam oprukken; de naakdopers hadden bij al de zorgeloosheid die zij aan de dag legden wel blind moeten zijn om die vreemdelingen niet op te merken. Zij bleven met een ruk staan en drukten door schel en rollend geschreeuw hun hoogste verbazing uit. Daarna verenigden de losse benden zich snel; de grote kom in het landschap waar de rest van de onzen in de heesters gevechtsree lag nam ook hen op.

De Pikten stokten toen zij in plaats van een kleine groep diep in de dalkom aan alle zijden van het dal een zware slagorde van gewapenden gewaar werden. Met een blinde argeloosheid waarvan ik een ogenblik koud werd stortten zij zich van de helling;

[pagina 33]
[p. 33]

zij waren met honderden. Zij renden met gedrilde speren op Jutten en Angelen af die als een levende uittarting roerloos achter het zuigzand van de dood op hen wachten, de bijlen ter hand, de muur van schilden voor zich, vele ervan met takken bekleed zodat het leek of zij achter heesters hurkten.

Ik hield de adem in toen de Pikten hun langgerekte oorlogskreten slaakten. De driftigsten konden zich zelfs niet weerhouden hun speren te slingeren al kwamen die voor de voeten van de onzen neer. Er waren grote, gespierde en snelle kerels bij; hen greep het drijfzand het eerst. Wij zagen hen zinken, zij roeiden woest met de armen, plotseling was er dan het besef van de dood die hen wegzoog; zij brulden van woede en vertwijfeling. De anderen herkenden op slag het doodsgevaar. Zij deelden zich zonder aarzeling in twee slagorden die wijd zwermend om het drijfzand heen draafden waarin hun verzonken makkers de laatste stuipen trokken.

De twee legers stieten op elkaar. Wij zagen vanuit het bos de Pikten ordeloos en verbeten vechten; Jutten en Angelen smeten hen na het eerste handgemeen terug. De naakten wendden zich en zwoegden om het drijfzand heen terug, naar de heuvel vanwaar zij gekomen waren. De pijlen van onze schutters aan de bosrand suisden hun in de flank. Zij tuimelden bij dozijnen. Friezen en Saksen verlieten de hinderlaag en sloten de heuvel met dubbele rijen af voor de Pikten de helling hadden bereikt. Vooraan in onze gevechtslijn stonden Hengist, Horsa en hertog Brede. De Pikten vochten voor hun leven, met te laat inzicht in de val-

[pagina 34]
[p. 34]

strik en te korte messen. De strijd duurde zelfs langer dan ik verwacht had. Tegen onze bijlen en zwaarden konden zij weinig uitrichten; hun speren hadden zij vrijwel allemaal verspeeld; zij gaven het desondanks niet op. Zij zagen zelfs kans enkelen van ons de wapens te ontwringen. Ik bleef vlak bij hertog Hengist die al woedender werd naarmate de halsstarrigheid van de vijand de slag rekte; ik schutte hem zoveel ik kon. Ik hoorde Byrge's geschreeuw: ‘Hierheen, hertog Hengist! Laten we een pad door hen heen hakken naar elkaar toe!’ Hengist riep terug: ‘Ik kom!’ en hij hakte ook werkelijk, maar het gevecht was in feite al gedaan. Niet één van die vervloekte naaktlopers weerde zich meer; wij moesten verscheidenen de genadestoot geven.

Toen wij na het gevecht orde op onze manschap stelden telden wij twintig doden. Wij begroeven de onzen met het afgehouwen en afzichtelijke hoofd, geel, groen en zandbruin beschilderd, van een gevallen tegenstander in hun arm: het was Jutlandse zede, zo zei Byrge, de strijders kwamen dan in elk geval niet zonder drinkschaal op het godenmaal aan. Skene liep tussen de gesneuvelde Pikten, de voeten rood van bloed, en brulde zijn overwinningslied. Toen wij verder trokken stortten zich de raven achter ons in zwermen op het slagveld.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken