Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tor (1943)

Informatie terzijde

Titelpagina van Tor
Afbeelding van TorToon afbeelding van titelpagina van Tor

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.00 MB)

Scans (9.69 MB)

ebook (3.34 MB)

XML (0.18 MB)

tekstbestand






Illustrator

André Billen



Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tor

(1943)–Gerard Walschap–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 117]
[p. 117]

24

Eens gaat Vera Celis raadplegen, Tor weet van niets. Niet om onvriendelijk te zijn tegenover de Priestmans, alleen om over zichzelf te spreken, haar beklag te maken en zij kan François niet vertellen over hartkloppingen gansch den nacht omdat Reine weer iets gezegd heeft. De Priestmans hebben een auto gekocht. Dat doet haar plezier, meneer de burgemeester, ze kan verdragen dat de zon in 't water schijnt, maar is dat een reden om te snebberen, dat ze nu niet meer merci zullen moeten zeggen om meegereden te hebben met anderen. Dat doet haar pijn, meneer de burgemeester.

Tor krijgt in het gemeentehuis van zijn baas een steek onder water omdat zijn beste vrienden naar Celis gaan nu de klanten van Celis naar hem overkomen. Vera raadpleegt ook Stok om het goed te maken. De Priestmans vernemen het nog rapper, nemen het kwalijk en zeggen het vlakaf, moeten zij de Muyzen nog ontzien? Dat is allemaal die ziekte niet, ze wil zij Celis en Stok tegen François opjagen. Tor zweert van niet, maar och Tor, zwijg, als het dat niet is, heeft ze toch nog haren mond voorbij gepraat, want Vera heeft nooit geweten wat ze moet zeggen of zwijgen, voilà. Daarbij, ik heb het al lang in de gaten,

[pagina 118]
[p. 118]

Vera is Vera niet meer sinds de verkiezing van François, maar als dat haar vriendschap is dat ons geluk haar pijn doet, hewel merci. En of het met of tegen uw goesting is, die eerepost kwam François toe. Celis heeft mij gezegd waarom hij van Stok niet wilde. Omdat de kleine komaf er zoo dik op ligt. De leidende posten moeten in handen blijven van oude deftige families en daarom moest het François zijn.

Priestman houdt niet van ruzie, kom Tor. De twee mannen gaan den hof in. Het leven, zegt Priestman, is éénen enkelen keer mogen meeëten aan de tafel van de menschheid. Hoe onnoozel dat plezier te vergallen. Ze staan aan het klein cementen vijverken. In het midden, op een rotsen driepoot, ligt een spiegelbol. Daarin staart Tor Muys verslagen. Nooit of jamais heeft hij zoo begrepen dat het leven kort is en niks in zijn eigen. Hij peist er dagen en dagen verschrikt over na. Hij vraagt er soms uitleg over. Dan zegt Priestman dat de kinderjaren de aperitif zijn, daarvan zijt ge bij een goed diner wat in den wind. De jeugd is de hors d'oeuvre. Tor, het is een serie schotels die u voorgezet wordt en daarmee gedaan. Eet, eet niet, eet zwijgend, maak ruzie, filosofeer, strijd, ge kunt doen wat ge wilt, maar ik zeg dat we maar een ding te doen hebben: het ons goed laten smaken.

François, ik vind dat een banale levensopvatting. Maar hij is niet opgewassen tegen Priestman en zijn hart verzwaart en verdroeft. Het is zooals François zegt.

Hij en Vera worden eenzamer. Het komt tot geen breuk met hun beste vrienden, maar gansch den winter zitten de Priestman's met werkvolk in huis. Ons kot is oud, als

[pagina 119]
[p. 119]


illustratie

[pagina 120]
[p. 120]

burgemeester mag François zoo niet blijven wonen. In Lente en Zomer rijden ze uit met hun eigen auto. Naar andere families, de Roeckxen bijvoorbeeld, loopen Tor en Vera niet veel, de Rosalie van Susken zien zij bijna nooit. Dat is een deftige stille weduwe, die geniet van haar centjes. Een titske genever in koffie is toch zoo goed. Tor streelt de dikke hand van Vera. Zijn wij niet goed samen? Hebben wij iemand noodig? Hebt gij één cent minder, eet of drinkt ge slechter, is er één knobbelken in uw matras, omdat die dit zegt, deze dàt? We hebben geen kind, maar och Heer, ook de zorg niet. Gij zijt wat melancholiek, vroeger eens per maand, nu regelmatig. Dat zijn de jaren. Misschien gaat het over, misschien niet. Verwacht niet veel van de doktoors, we zullen mekaar bijstaan en peist dat de meeste menschen het kwader hebben dan gij.

Vera antwoordt met kinderkusjes en waarom leven wij, vriend, waarom bestaat er iets, waarom bestaat er niet niets? En gelukkig zijn, wat is dat in zijn eigen? Arm in arm inslapen en nooit meer wakker worden, is dat niet veel beter? Kunnen we dood nog droomen? Dat zou ik willen, nu en dan lang en schoon droomen.

Ge wordt daar zoo aan gewoon dat ge het niet meer hoort, gelijk ze in de hoogmis den gloria zingen, nochtans een lang en hard lieken en ge hebt er geen erg in.

Eens heeft Tor het stuur van Priestman gerepareerd, voor iets gratis is verkoelde vriendschap altijd warm genoeg. Priestman komt den auto 's morgens halen, hij wil vriendelijk zijn. Vera is nog niet geschminkt. Hebt gij altijd zoo'n bleeke lippen, stap eens mee in den wagen. Hij meet thuis haren bloeddruk, veel te weinig, en maakt haar een

[pagina 121]
[p. 121]

flesch. In het gemeentehuis vraagt hij Tor of zij nooit zelfmoordgedachten heeft. Menschen met zeer lagen bloeddruk hebben daar allemaal last van.

Van nu af neemt Tor haar klagen nog veel lichter op. De flesschen van Priestman moeten met tusschenpoozen van minstens twee maanden genomen worden. Als zij wat dikwijls op zijn schoot komt schreien, vraagt Tor hoe lang het geleden is dat François een flesch gemaakt heeft, als ik er aan denk zal ik hem straks een vragen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken