Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D (1799-1801)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, DToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.09 MB)

Scans (456.28 MB)

ebook (5.81 MB)

XML (2.64 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D

(1799-1801)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Bank]

BANK, z.n., vr., der, of van de bank; meerv. banken. Eene zitplaats, gemeenlijk van hout gemaakt: op de bank. Hooft. Van hier de spreekwijzen: men behoeft het onder geene stoelen, of banken, te steken, te verbergen, te verhelen - iets achter de bank werpen, verwerpen. Door de bank, zonder onderscheid, het eene zoo wel als het

[pagina 289]
[p. 289]

andere, goed en kwaad door elkander: iets door de bank verkoopen. Ook komt de uitdrukking door de bank voor, in de beteekenis van op de gewone wijs, en dan schijnt zij opzigt te hebben op de oude zittingen bij de regtdagen, alwaar door onze Voorvaderen de geschillen afgehandeld werden, niet naar beschrevene wetten, maar volgends, van oudsher, gestaafde gewoonten. Adelung merkt aan, dat de oorsprong dezer uitdrukking nog duister is. Tuinman keurt dezelve geheel af, en neemt daarvoor door den band. Zie band.

Bij overdragt beteekent dit woord alle verhevene plaatsen, die geschikt zijn, om op te zitten, te leggen, of daarop iets te verrigten. In dezen zin heeft het woord bank ook verscheidene zamenstellingen, als broodbank, draaibank, hoekbank, toonbank, vischbank enz. - Eene tafel, waarop men met dobbelsteenen, of kaarten, speelt, en het daarop liggende geld, waarom gespeeld wordt, ook de plaats, waar zulk eene tafel, of bank, gehouden wordt, ital. banco, fr. banque. Eene openbare gemeene kas, welke, naar de verscheidenheid harer inrigting ook verscheidene namen heeft, als beleenbank, bank van leening, wisselbank, allen ook enkellijk bank genoemd. Van hier bankgeld, bankhouder, bankier enz. - In de scheepvaart dragen de ondiepten den naam van banken.

Het angels. benc en baence, het eng. bench en bank, het ital. banca, banco en panca, het fr. banque, het deen. Bänk, het zweed. baenk, het ijsl. Beck, en het lat. banca, bancha, bancus, zijn, in al de boven genoemde beteekenissen, gebruiklijk.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken