Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D (1799-1801)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, DToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.09 MB)

Scans (456.28 MB)

ebook (5.81 MB)

XML (2.64 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D

(1799-1801)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Boer]

BOER, z.n., m., des boers, of van den boer; meerv. boeren. Landbouwer, huisman, iemand, die het land bouwt. De vrouwlijke naam is boerin. Figuurlijk, een lomp, onbeleefd mensch: hij is een regte boer. Eene oprisping der maag, in den gemeenen spreektrant: boeren laten, oprispen. Van hier boerachtig, boerachtigheid, boerenboon (groote boon) boerenbrood, boerenbruiloft, boerendans, boerenfeest, boerenfluit, boerenhuis, boerenhut, boerenkermis, boerenkost, boerenkrijt, boerenleven, boerenlied, boerenwerk, boersch, boerschheid.

Boer is zamengetrokken van bouwer, en dit is van het werkw. bouwen, in de beteekenis van het land bearbeiden. Dit bouwer, hoogd. Bauer, is, voorheen, even zoo als thands boer, in gebruik geweest: geen bouwers zich vermoeiden. Vond. Meest elck seyt nu veur bouwer, boer. Reder. Niet lang nadat men voor bouwer, boer, gezegd

[pagina 440]
[p. 440]

heeft, het welk omtrent het midden der zestiende eeuw heeft plaats gehad, is het woord boerman in gebruik gekomen. Wij vinden het bij Kil. en anderen: de boerman verstaet hem op de landbouwinghe R. Vissch.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken