Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D (1799-1801)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, DToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.09 MB)

Scans (456.28 MB)

ebook (5.81 MB)

XML (2.64 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. A. B, C, D

(1799-1801)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Dege]

DEGE, deeg, z.n., vr. Dit woord komt bij Kil. voor, in de beteekenissen van heil, voorspoed, waardigheid, braafheid, voortreflijkheid. Het is bijna reeds geheel verouderd, en nog overig in de spreekwijs: te dege, ter dege, goed, gelijk het behoort, voortreflijk: ik heb ter dege gegeten, iets ter dege leggen. Hebt gij wel geslapen? Ter dege! Ook is het nog in andere gemeenzame spreekwijzen voorhanden: die drank zal u deeg doen, goed doen. Morgen zullen wij deeg, vermaak, hebben - gij zult daarvan lang deeg, gebruik, hebben - ik had daar geen deeg, was daar niet in mijnen schik. Het is nog geen deeg met u, gij zijt nog niet regt gezond. Overeenkomstig met deze beteekenis, zegt men ook, elders in ons Vaderland: kwadeegsch, of kwaaddeegsch, voor onpaslijk: ik ben den ganschen dag kwaaddeegsch geweest. Die quijnende en quaetdeegs. Moon.

Ten Kate brengt het tot den onvolmaakt verledenen

[pagina 514]
[p. 514]

tijd van dijden, dijgen, zoo als wij dit woord thands nemen; naamlijk met de zachtlange ee, deeg, gedegen, overeenkomende met den rotterdamschen tongval. Zie verder degen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken