Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L (1802-1803)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-LToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.22 MB)

Scans (454.45 MB)

ebook (5.62 MB)

XML (2.73 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

(1802-1803)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Geloof]

GELOOF, z.n., o., des geloofs, of van het geloof; het meerv. gelooven komt, in sommige gevallen, schoon alleen in de dagelijksche taal, voor. De toestand des gemoeds, wanneer men iets, op toereikende gronden, voor waarheid houdt: ik sla geen geloof aan spooksels. - Die zaak verdient bij mij geen geloof. Ik geef u geloof. - Een naam van wel te betalen: ik heb het, op geloof, gekocht. De waarheid van den kristelijken godsdienst: gezond in het geloof - afvallen van het geloof - het geloof verkondigen. Trouw: barmhartigheid, geloof. Bybelvert. Van hier neemt dit woord, weder, nieuwe beteekenissen aan. De geloofsleus der Apostelen, de twaalf artikelen des geloofs: vele ouders laten hunne kinderen het geloof bidden. Een zamenstel van godsdienstige waarheden, naar menschlijke begrippen: het roomsche geloof. - Hij sterft voor zijn geloof. Ieder wenscht, in zijn geloof zalig te worden. In dien zin laat het ook, in de dagelijksche taal, een meerv. getal toe. In de godgeleerdheid heeft dit woord nog vele onderscheidene beteekenissen. Zamenstell.: geloofsgenoot, geloofsleus, geloofsstuk, geloofwaardig, geloofwaardigheid.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken