Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L (1802-1803)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-LToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.22 MB)

Scans (454.45 MB)

ebook (5.62 MB)

XML (2.73 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

(1802-1803)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Gezond]

GEZOND, bijv. n. en bijw., gezonder, gezondst. De toestand der dierlijke ligchamen, of derzelver bijzondere deelen, wanneer zij tot hunne werkingen geschikt zijn; het tegendeel van ziek: een gezond ligchaam. - De zieke is wederom gezond geworden. In mijne gezonde dagen, toen ik gezond was. Dat den staat der gezondheid on-

[pagina 171]
[p. 171]

derhoudt, niet benadeelt, of bevordert: op hooge bergen ademt men eene gezonde lucht in. Gezonde kost. In Gelderland is het gezonder, dan in Zeeland. - Gezond hooi. Dat voor gezonden geschikt is: dat is eene gezonde boterham; in het gemeene leven. Dik, lijvig: dat is een gezonde broeder. Onverdorven: zij sneden de wond op tot in het gezonde vleesch. - Hij heeft een gezond verstand, dat zijne natuurlijke bekwaamheden heeft, en nog niet door vooroordeelen bezet is. Van eene zaak gezond, met oordeel en goed verstand, spreken. Ook zegt men, in de verkeering, de zaak is gezond, is klaar, zal wel schikken. Eene gezonde ziel, wier vermogens regt gesteld zijn. Heilzaam, nuttig; in het daaglijksche leven: slagen zijn u gezond. - Hij is gezond in het geloof, in de leer, hij is regtzinnig. Van hier gezondelijk.

Gezond, hoogd. gesund, Otfrid. gisunt, neders. angels. en zw. sund, eng. sound. Het lat. sanus heeft er eenige gelijkheid mede.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken