Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L (1802-1803)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-LToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.22 MB)

Scans (454.45 MB)

ebook (5.62 MB)

XML (2.73 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

(1802-1803)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Herder]

HERDER, z.n., m., des herders, of van den herder; meerv. herders. Eigenlijk, en, in den ruimsten omvang, iemand, wien iets in bewaring toebetrouwd wordt, schoon het woord, bij ons, in dien zin niet in gebruik is. De IJslanders noemen eenen schatmeester fehirdi, de Angels. eenen opziener van kinderen cijlda-hijrde. Wij verstaan door dit woord, in het bijzonder, iemand, die het opzigt over eene veekudde heeft, hetzij hij de eigenaar derzelve, hetzij voor loon een oppasser zij. In den stijl des Bijbels heeft dit woord nog eene andere figuurlijke beteekenis, waarvan de kristenen, heden nog, hunne opzieners met den naam van herders betitelen. Het vrouwl. is herderin. Oul. bezigde men ook herde: En Abel was een herde. Bijb. 1477. Van hier herderdom, herderlijk. Zamenst.: herderloos, herdersdicht, herdersfluit, herdershuisje, herdershut, herderskout, herderslied, herderspijp, herdersspel, herdersstaf, herderstas, herderszang, enz.

Herder, hoogd. Hirt, Ulphil. hairdeis, Ker., Otfr. hirti, hirto, hirt, neders. heerde, angels. heard, heord, hiord, hyrde, deens. hijrde, zw. herde, ijsl. hijrde,

[pagina 274]
[p. 274]

lettisch kerdzius. Het komt, zeker, van het oude herden, hirten, hoeden, bewaren, angels. hyrdan, zw. hjorda, fr. garder. Hirten is, ondertusschen, het voorddur. w. van hiren, angels. hiran, hyrian, hoeden, bewaren.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken