Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L (1802-1803)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-LToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.22 MB)

Scans (454.45 MB)

ebook (5.62 MB)

XML (2.73 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

(1802-1803)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Hoop]

HOOP, z.n., m., des hoops, of van den hoop; meerv. hoopen. Verkleinwoord hoopje. De verzamelde meenigte van dingen, op en boven elkander: een hoop houts. Hij zette het geld, bij hoopjes, op de tafel. Iets op den hoop toegeven. Bij den hoop koopen. De verzameling van le-

[pagina 314]
[p. 314]

vende schepsels bij elkander: met eenen zwakken hoop van herderen. Hoogvl. Een talrijke hoop soldaten. De dwaasheit van den meesten hoop. Hooft. De gemeene hoop, het ongeletterde volk. Het volk kwam te hoop, bij elkander. Van overal te hoop. Vond. Te hoop roepen. In het gemeene leven gebruikt men het voor een aantal, en dan luidt het hoopen: een hoopen kinderen. Een hoopen volk. Een hoopen leugens. Zamenstell.: overhoop, op en door elkander: het ligt hier alles overhoop. Overhoop vallen, omvallen. Alles overhoop halen, door elkander halen, verwarren.

Daar het heerschende begrip in dit woord eene ophooping is, behoort het, zeker, tot het geslacht der woorden hoog, heffen, heuvel, enz.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken