Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L (1802-1803)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L
Afbeelding van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-LToon afbeelding van titelpagina van Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.22 MB)

Scans (454.45 MB)

ebook (5.62 MB)

XML (2.73 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederduitsch taalkundig woordenboek. E-H. I-L

(1802-1803)–P. Weiland–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

[Kost]

KOST, z.n., m., van den kost; zonder meerv. spijs, eetbare ligchamen, zoover die als spijs gebruikt worden. Op eigenen kost teren. Smakelijke - goede - slappe - gezonde kost. Hier scheen de kost op hout geschildert. Poot. Wanneer een huurling zich afslooft om de sob're kost. M.L. Tydw. Eenen armen kost plukken. Vond. Om den kost arbeiden. Het gansche onderhoud: hij heeft den onbezorgden kost. Bij iemand in den kost gaan. Zich in den kost besteden. Voor zijn huisgezin den kost winnen. Hij is goed voor zijnen kost De heele - de halve kost. Iemand in den kost hebben - nemen. Verkleinw. kostje: iemand op een sober kostje onthalen. Zamenstell.: kostganger, kostgangster, kostgeld, kostkind, kostschool, kostwinning. - Lepelkost, melkkost, mondkost, reiskost, spijs op de reis, teerkost, enz. Adelung leidt het af, door invoeging van eene s, van kaauwen. Het lat. gustare, proeven, heeft hiermede eenige overeenkomst.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken