Ziels-opwekking tot waare deugd en vrolykheit in lof- en smeekliederen, mitsgaders veldgezangen

[fol. *7v]

Bladwyzer.

	Geest en Vlees.
Aanbiddelyke Hemelwil etc.		Pag. 48
	Lust in 't werk, of vrolyk Jaargetyde.
Blyde Zomer lustb're schoonheit.		69
	Christelyke Zorgvuldigheit.
De Balssembus eischt.		10
	Meyvreugd.
Dit 's een Beemd vol Lieflykheden.		65
	Gods Eeuwige Liefde en Onveranderlyk Verbondt.
Eeuwloos Dak vol diere min.		25
	Een vasten Geest.
Grootmoedig Hart.		13
	De betamelyken pligt van eene Gelovige, om regt toe op het Eeuwig Heyl te steroogen.
Kan ooit de Naalde van 't Kompas.		60
	Dwaze Wereldliefde voor de voeten van den Heere Jezus beklaagt.
Lankmoedig Godt, Barmhertig Heer.		43
	De groote Geneesheer in ziele krankheit aangezogt.
Liefste Jezus, hoe kunt gy.		52
	Lust in Nedrigheit.
Nu vliege ik niet na 't trotse Woudt.		5
	Morgen Gezang.
Nu wende ik Oostwaart myn gezigt.		88
	De naarheit van het Zieleduister &c.
ô Aardryks Oog! ô Lieflyk Ligt.		57
	Gelovig Gezigt van des Heeren Goedheit over al het Geschapene.
ô Bodemlooze Zee.		76
	Voorbereydinge tot het hooren van Gods Woord.
Og! dat ik u nu mogt ontmoeten.		22
	Opwekking in laauwheit en pligtverzuim.
O Hartloos Hart.		50

[fol. *8r]

	Gods Wysheit Magt en Grootheit in de Geschapene dingen verwondert.
ô Leer my eens uw wond're kragt.		Pag. 84
	Voorbereydinge tot het H. Avondmaal.
Ontsachlyk Heer! Groot!		31
	Maan en Sterreligtenden Avondt.
Ontsachelyk Gezigt.		92
	Pligtserrinnering op eene Geboortedag.
Opperoorzaak van myn Wezen.		39
	Het kostelyke Cierkleedt eens zagtmoedigen en stillen Geests.
O schoonen Dos hoe munt gy uit.		3
	Afhangkelykheit.
O sterke Godt myn Rots.		86
	Geloofswerkingen.
Volmaakte Bron vol levenszap.		33
	Aangename Wandeling en lieflyk Berggezigt.
Volschoon Gezigt van lustbaarheden.		73
	Gedagten in een zwaren Nevel.
Waar is dog het schoon Gezigt.		81
	's Heeren H Avondmaal.
Wat Heyl, wat Heyl.		28
	Wandeling langs den smallen Weg.
Wie Sions Heuvel op zal klimmen.		15
	Lof en Voortreffelykheit van 't Goddelyk Woordt.
Zie hier de Bron van zo veel.		20
	Zugten onder de Zondelast.
't Zielzalig Troostgenot.		45
	Gedenkdag tot Roem van 's Heeren Goedertierenheit.
Zoude ik niet uw Goedheit melden.		54