Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Henry en Louize (1794)

Informatie terzijde

Titelpagina van Henry en Louize
Afbeelding van Henry en LouizeToon afbeelding van titelpagina van Henry en Louize

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.20 MB)

ebook (3.36 MB)

XML (0.64 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

briefroman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Henry en Louize

(1794)–Cornelia L. van der Weyde–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Tweede deel


Vorige Volgende

Agt-entwintigste brief.
De Heer Kruijer aan den Ritmeester Schlossab.

Braave Man!

 

Harwich. -

 

Uw missive werd mij te Hellevoet, zoo als ik aan boord kwam, ter hand gesteld; daarom nam ik voor, u van Harwich te zullen antwoorden, verstaje? -

Hier nevens gaat een order aan mijn Bankier in 's H****, om u duizend ducaaten toe te tellen - ik weet dat ge deeze somme wel noodig hebt, en oordeel dat gij daarmede veel goeds kunt uitrichten, - Gij praat van wederom gee-

[pagina 115]
[p. 115]

ven; maar ik verzoekje vriendlijk, mij, met zulke malligheden, niet aan boord te komen. - louize is mijne geliefde dochter, verstaje? - Gij hebt haare eer - misschien haar leven, gered. - De vrouwen zeggen immers: die haar het eene afneemt, mag het andere ook naasten. - Goeddoen, mijn Heer! vordert dankbaarheid; en als men deeze alleen met woorden betoont, dat zegt niets - dus, wij spreeken daar van niet meer. - Ik ben nu in Engeland; - want louize verkwijnde zich - zij kon het bij haare Tante ook niet langer uithouden - nu - die Tante is meê al een brandhout, daar de Duivel op zit te loeren. - Dat geval met henry heeft de gezondheid mijner dochter gekraakt - men kan zien dat deeze snaak nog geen oogenblik uit haare gedachten is; - het spijt mij ook; want hij was een nobele vent; maar nu, zoo het schijnt, is hij met den kop gebruid. - Om alle deeze redenen zijn wij op reis gegaan, en denken deezen winter bij onze Geloofs- en Bondgenooten doortebrengen. - Apropoost - daar ik jou dat schrijf, moet ik je eens vraagen - je bent meê nog al een geleerde vent - Men zegt van de Engelschen dat zij Geloofsgenooten van ons, Hollanders, zijn; - wel, dat is immers niet waar? - Ik heb geen verstand van al dat haairklooven; - maar, zoo als onze Dominée op het schip zei, moeten de Britten nog al veel van het Katolijke in hunnen Godsdienst hebben overgehouden - Bisschoppen en al die santekraam - ja, ik weet niet, maar de vent sprak, dat de Koning van Engeland het

[pagina 116]
[p. 116]

Supermatje van de kerk bezat, dat zoo veel zou zijn, als of hij het Opperhoofd van alle Geestlijken was; ik voor mij breek mijn hoofd met al die zotheid niet - als de Engelschen braaf zijn neem ik hun gaerne voor mijn Geloofsgenooten aan - zoo niet, dan laat kruijer hen loopen - Ik heb hen altijd nog al wel mogen zetten - en wanneer ze mij (het Janhagel namelijk) hollandschen hond of lompert noemden, beantwoordde ik die beleefdheid altijd met een duchtigen klap, verstaje? - en daar zij gewoon zijn te vechten, prezenteerden mij de vriendlijke Engelschen wel eens om te plukhaairen; maar dan beantwoordde kruijer dit, met te zeggen: dat zulks in zijn land niet gebruiklijk is; maar dat hij den besten Engelschman wel van zijn lijf zou houden. - Je moet weeten, dat het niet vreemd is, een Lord met een gemeen kaerel te zien vechten, die recht grootsch is wanneer hij zijn partij overwint. -

Wij hebben een gemaklijken overtogt gehad - de meisjens waren wat zee-ziek - nu - dat behoort zoo. - Powhatan is veel melancolischer dan te vooren - hij treurt om henry; maar ik, volgens mijn ouden regel, namelijk, om als men kwellingen heeft, te zoeken of er ook redenen tot blijdschap zijn, die het hartzeer kunnen verzetten, troostte hem daarmede, dat henry gek is - men kan toch weinig aan hem hebben. - Evenwel, vriend! je moet gelooven dat mijn hart veel droefheid gevoelt over deeze onaangenaamheden, die louize treffen. - Het spijt mij altijd, als een braaf kaerel zich als een hondsvot

[pagina 117]
[p. 117]

gedraagt. - Nu, wij mogen er doekjens omwinden, maar henry heeft mijn kind kwalijk behandeld en dat is maar uitgepraat, verstaje. - Dan, om van deeze zaak aftestappen, wij vertrekken morgen van Harwich naar Bath; - hoe zeer onze weg over London is, zullen wij daar nu maar doortrekken; vervolgens over Oxfort en Bristol naar de Waterstad gaan. - Ik denk dat het goed gezelschap, 't welk men daar aantreft, het meisjen meer gezondheid zal aanbrengen dan de Baden. -

Nu ik in Engeland ben, daar ik juist op mijne uitreize naar Indie ook aanlandde, kunt gij wel begrijpen, dat er groote reden van dankbaarheid, aan het Opperwezen, voor kruijer, is te vinden; - ik ging toch als een arm kaerel weg, en God verleende mij gezondheid, en schatten, die eerlijk gewonnen zijn; - ja, vriend! wat ik ook hoog acht, mijn hart is nog even gevoelig, als toen ik zonder eenigen eigendom was. - Rijkdom, zegt men, geeft bekommering - maar mij geenzins - ik verwaarloos niets, en zet mijne goederen sekuur uit, dat het niet welê gebeuren kan dat ik groote schade lijde. - Voor het overige breng ik mij altijd voor den geest, hoe armen en ellendigen een deel mijner overgewonnen penningen toekomt. - Ik onthoude ook mij zelven niets van 't geen tot vervrolijking des levens strekken kan; eene goede tafel, een glas wijn en ook een borrel dat neem ik er van, want het komt mij toe, daar ik het geld zelf eerlijk gewonnen heb. - Mijne kleeding is zindelijk maar niet zwierig. - Een sleep

[pagina 118]
[p. 118]

van Jakhalzen wil ik niet achter mijn gat hebben, dus houde ik veel over, en daarmeê wil kruijer andere menschen op de been helpen. -

Nu, adie! braave vent! - wees verzekerd, dat ik ben

 

Uw oprechte Vriend,

 

j.p. kruijer.

 

P.S. Als je schrijven wilt, zend de brieven dan maar aan adelaart - adie!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken