Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den echo des weerelds. Deel 1 (1726)

Informatie terzijde

Titelpagina van Den echo des weerelds. Deel 1
Afbeelding van Den echo des weerelds. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Den echo des weerelds. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.04 MB)

ebook (3.31 MB)

XML (0.91 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den echo des weerelds. Deel 1

(1726)–Jacob Campo Weyerman–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Een byzonder Geval met een Familiaare geest.

Een Heer genaamt Jakob Pelletier, kreeg eens een zwangere lust na een familiaare Geest, (waarschynlyk om zig daar door te verryken, dewyl hy bevreest was voor Montfaucon, of schoon te luy om te arbeyden) en hy ging een Italiaan bezoeken, gelogeert by het Kruys van Tiroir, die een Koopman in familiaare Geesten, en al ommers zo familiaar was met de Duy * * als met de Armoede. Die geele Kamerdienaar des Bedrogs brogt hem in een kleyn Salet, duyster en laag, en daar door zo veels te bekwaamer voor die Koopmanschap, alwaar hy hem drie Ringen en een Zilvere Degen liet zien, die met haar Vieren met vier familiaare Geesten waaren voorzien, volgens de beeedigde Verklaaring des Italiaans. Monsieur Pelletier verkoos een Ring onder wiens Kristal een Duyveltje zat, in de Gedaante van een kleyne Schoorpioen, welk Schoorpioentje zyn Staert gints en weer draayde, en vry zo vergenoegt scheen te zyn in zyn verglaasde Kasteleny, als den geconfineerde Ligtmis Broubaart binnen het Steene Wambes van de Delfsche Grieksche A. Den Franschman was zo vooringenomen met dat Schorpioengeestje, dat hy op het punt stont

[pagina 399]
[p. 399]

om 'er aan den Italiaan de geeyschte vyftig Ryksdaalders voor te tellen, doch die Fransche furie koelde weer schielyk, en de Koop wiert gerefereert tot op den volgende Dag; te meer dewyl den Koopman hem beloofde, van hem als dan de behoorlyk verdeelde Stem eens Familiaare Geests te doen hooren.

Zo ras als hy gereverteert was in zyn Logement, verhaalde hy met die Fransche Openhartigheyt die zo doorsteekt in al hun Minnehandelingen, zyn Avontuur aan den Kasteleyn, die zeer na zo wyd bereyst als den beruchte Monsieur Paul, en welk zo doortrapt was. Die oude Hospitaliteyts Ridder belacghte Pelletiers Onnoozelheyt, en hy vertelde hem onder het uytpooyen van zyn Gasts geordonneerde Bouteille Champagne Wyn, Dat men aan hem in Italien wel eer een diergelyken Ring had verkogt, wiens kas met kleyne Gaatjes was doorboort, waar door den Bedrieger die een Zeylsteen in de hand verborgen hielt, dat yzere Schorpioentje dee omdraayen na zyn welgevallen. Monsieur Pelletier keek vry mal op dat Bericht, doch hy voldee echter zyn nieuwsgierigheyt daagsch daar aan, en toen zag hy desgelykx, dat het Schorpioentje de Beweeging van des Italiaansch hand zo naauwkeuriglyk opvolgde, als meenig eerlyk Man de Beweging der Blikken opvolgt van een heersschende Satanninne. Door die Ontdekking viel den aanstaande Koop in duygen, gelyk als een Poolsche Conferentie, en in sté dat Pelletier de vriendelyke Stem eens familiaare Geests zou hooren, hoorde hy de misnoegde Stem des vergramde Italiaans, die hem beval, de Trappen ses aan ses af te springen, op peene van van zyn Opperkleed, Goudbeurs, Orlogie, en alzulke draagbaare Rykdommen ontzet te worden, tot een rechtvaardige Straf over zyn ongeoorloofde Nieuwsgierigheyt.

Ik heb tot Abdera een Fransche Paruykmaaker gekent, (vervolgde den Echo) die vry meer Konsten bezat als het Haair te pynigen, en die onder anderen op een zekere dag een Hoen door de kop stak met een Lancet, welk Hoen hy sluks weer genas door de Uytspraak van deeze drie woorden, Cabur Silok Franfano. Doch op het Moment dat hy het gewonde Hoen genas, gaf hy den Doodsteek aan een Diamante ring, die hy met een Fransche Behendigheyt separeerde van het Toilet, en daagsch daar aan als een pand der Minne, confieerde aan den Smous Grypvogel, die 'er

[pagina 400]
[p. 400]

mee op de Bouten vloog na Parys, om zig aldaar te doen onderrechten van deszelfs innerlyke Waarde.

Nog heb ik een oude Zondaares gekent, (gong den Echo voort) die voor gaf nooit met haar Koets te zyn omgeslaagen op een Brug, dewyl zy haar altyd in het overryden bediende van deeze Woorden, * Adam is geschapen, Adam maakte de Bruggen, in den Naam, &c. Een zeker Heer, die haar Gedrag nagong met loode Kamermuylen, en wel wist, Dat zy meer voetvallen achter over dee op haar Rustbed, als Knievallen voor over op haar Gebede Bank, schoot haar eenmaal toe; Ik zou my ook van die Woorden bedienen Mevrouw, wanneer je de Brug der Verzoeking moet passeeren, dan zou zig uw Koetsier zo dikmaals niet behoeven te verlédigen, om uw op te raapen.

Het Vervolg toekomende Week.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken