Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Zonder sonnetten (1886)

Informatie terzijde

Titelpagina van Zonder sonnetten
Afbeelding van Zonder sonnettenToon afbeelding van titelpagina van Zonder sonnetten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.54 MB)

ebook (3.26 MB)

XML (0.11 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Zonder sonnetten

(1886)–J. Winkler Prins–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 19]
[p. 19]


illustratie

Vallende vruchten.

 
Wat zwiepend geschommel langs pannen en nok!
 
Hoe zwieren langs 't tuinpad de blaâren!
 
Soms hoor ik een plomp en een val en een schok: -
 
't Zijn appel- en peereparen.
 
 
 
Ze tuimelen rijp van den buigenden tak;
 
Vervuld zijn van daag hunne jaren.
 
Ze raatlen over de pannen van 't dak
 
Nu de stormen komen gevaren.
 
 
 
Ook zijn er die plompen de slooten in
 
Door 't kroos naar den bodem geschoten,
 
Die toonen geen puntje van wangen noch kin,
 
De kleinen zoo min als de grooten.
 
 
 
Waar 't kroos door de winden verschoven is
 
Daar drijven ze op 't donkere water,
 
Van wangen zoo rood en van kinnen zoo frisch.
 
Ze roepen: ach, visch ons later!
 
 
[pagina 20]
[p. 20]
 
Ook zijn er die rollen in blaadren zich rond:
 
Alsof ze zich willen verschuilen.
 
Ze zijn van het vallen zoo plekrig, zoo bont,
 
En dragen gedeukte builen.
 
 
 
De blozende, frissche, de gele vooral,
 
Door wespen gestoken, gebeten,
 
Die lijden het meest van den tuimelval:
 
Ze zijn zoo gescheurd en gespleten.
 
 
 
Het groene onrijpe ooft is 't beste bestand
 
Al vallend voor hevige schokken:
 
Den argloozen dichter somtijds in de hand
 
Somtijds in zijn zwierende lokken.
 
 
 
Kom stormen in 't leven, zoo zucht hij, kom thans
 
Door 't dragende hart mij gevaren
 
En blaas er, o Muze, in den tuimeldans
 
De vrucht van mijn rijpende jaren!
 
 
 
Mijn liedren, ik weet het, zal 't evenzoo gaan,
 
Zal 't gaan als de vallende vruchten:
 
Er zullen in goudene schalen er staan,
 
Die hebben geen kwaad te duchten.
 
 
[pagina 21]
[p. 21]
 
Weer andre, gerangschikt op zilveren blaân
 
En ciersels van keurige disschen,
 
Die biedt men de gasten bij voorkeur aan
 
En niemand wil gaarne ze missen.
 
 
 
Maar waar zij als aplen in slik van het pad
 
Op drassige gronden belanden,
 
Daar worden ze, kleurloos, bewasemd en mat
 
Gedeukt door de vlekkende handen.
 
 
 
En zijn ze door 't kroos van den moddersloot
 
In donkere kasten gesloten,
 
Dan moogt gij wel wenschen: ach, was ik maar dood
 
Om vruchtboomen nooit weer te pooten!


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken