Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Door arm Vlaanderen (1903)

Informatie terzijde

Titelpagina van Door arm Vlaanderen
Afbeelding van Door arm VlaanderenToon afbeelding van titelpagina van Door arm Vlaanderen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.76 MB)

ebook (4.59 MB)

XML (0.47 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/reportage
non-fictie/geschiedenis/tijdsbeeld(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Door arm Vlaanderen

(1903)–August De Winne–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 83]
[p. 83]

De Katoennijverheid te Gent

Over de loonen in de katoennijverheid te Gent, heeft het Arbeidsambt eene zeer uitgebreide studie van M. Lodewijk Varlez uitgegeven. Deze studie is de volledigste, de leerzaamste en de meest gewetensvolle van al de onderzoeken, onder de leiding van het Ministerie van Arbeid gedaan. Zij vormt een lijvig boekdeel van meer dan 800 bladzijden, dat in twee afdeelingen is gesplitst: de eerste bevat eene geschiedenis der loonen, een hoofdstuk over de werkuren, anderen over de werkloosheid, over de loontarieven in de verschillende afdeelingen der spinnerijen en der weverijen, over de loonen in de vreemde landen, over den uitslag van het bijzonder onderzoek betreffende het nijverheids- en het familieloon der katoenbewerkers; de tweede afdeeling behelst bijna 600 bladzijden bewijsstukken en statistieken, die de uitslagen van het enkwest en de gevolgtrekkingen van den schrijver komen staven en versterken.

Wij zijn niet zinnens, dit belangrijk werk samen te vatten. Het ware, ten andere, eene onmogelijke zaak. Wij willen alleen eenige belangwekkende bijzonderheden over de voornaamste nijverheid van Vlaanderen's hoofdstad uit het boek putten.

De katoenbewerking is inderdaad de belangrijkste nijverheid van Gent, wanneer men er de vlaswevers en de bleekers bij rekent, die, naar het algemeen gedacht der bevolking, vakgenooten zijn der katoenbewerkers, en zich met dezen in de zelfde syndikaten vereenigen.

[pagina 84]
[p. 84]

Ziehier, volgens M. Varlez, de verschillende bewerkingen die tot de werkzaamheden der katoenbewerkers behooren, alsook eenige inlichtingen over de betaalde loonen voor iedere soort werk.

Het katoen ondergaat meerdere voorbereidingen, alvorens naar de spinnerij gezonden te worden.

Te Gent wordt slechts Amerikaansch of Indisch katoen gesponnen. Het eerste heeft langere weefbare vezels, is beter gezuiverd en kost ongeveer 25 p.h. duurder dan het laatste. De vorm der balen katoen verschilt een weinig volgens hunne herkomst. Het vervoer en de behandeling dezer balen wordt gedaan door handwerkers, die algemeen per uur werken. Hun loon verschilt volgens den ouderdom en de bekwaamheid: het bedraagt gewoonlijk 19, 20 of 21 centiemen per uur, zelden 25 of 26 centiemen.

De eerste bewerking van het katoen in de Gentsche fabrieken, is het mengen der verschillende hoedanigheden. De menger opent daartoe de balen, neemt de pakken katoen die er onder den vorm van ineengedrongen bladen ingeperst worden, en spreidt ze uit op een stuk lijnwaad zonder eind, dat ze onder een trommel voert, waar de pakken door een klopstelsel geopend worden. Zij komen uit dezen trommel onder den vorm van veel min ineengedrongene watte en gewoonlijk voert men ze in bakken in de nabijheid der klopmachien, bij middel eener reeks doeken zonder eind. Zulks is de eerste bewerking der kaarderij.

De werklieden die er aan gebruikt worden, dragen den naam van katoenmengers. Zij worden 20 tot 25 centiemen per uur betaald.

Dan volgen de bewerkingen der zuivering. Het

[pagina 85]
[p. 85]

katoen, door de kloppers op een stuk lijnwaad zonder eind uitgespreid, wordt door de klopmachien in een soort trommel opgezogen, waar het nog geheel beladen met onzuiverheden, aan eene hevige schudding en aan eene krachtige klopping wordt onderworpen. Een deel der vreemde zelfstandigheden in het katoen bevat (bladeren, zaden, stof) wordt op den bodem der klopmachien afgescheiden, en de overblijvende vezels worden weldra opgeslorpt door eene tweede klopmachien, waar de zelfde bewerking herbegint. Het katoen verlaat de klopmachien onder den vorm van zeer losse banden, die rond eene rol worden gewonden. De klopping herbegint verscheidene malen voor de zelfde banden, maar het werk is zóó geregeld, dat de banden der verschillende rollen iedere maal samengemengd en geklopt worden.

Wanneer het kloppen gedaan is, doet het katoen zich voor als groote rollen watte.

De volwassene kloppers ontvangen ongeveer het loon der katoenmengers: 20 tot 25 centiemen per uur.

De rollen worden door de dragers naar de kaarderij gebracht. Bij deze werklieden vindt men slechts minderjarige jongelingen, of door ouderdom en zwaren arbeid versleten werkers. Zij worden 12, 15, 16, zelden 20 of 21 centiemen per uur betaald.

De tweede groote bewerking der zuivering of kaarding, gebeurt in de kaarderij. De banden katoen, door de klopping verkregen, worden over een groot getal tanden gehaald die wel op spelden gelijken en regelmatig op een cilinder geplaatst staan. De banden worden aldus onophoudelijk

[pagina 86]
[p. 86]

gekamd, en verlost van alle onzuiverheden en van al wat niet als weefbare vezels kan gebruikt worden. Nadat de katoenband over talrijke, met tanden voorziene cilinders gegaan is, verkrijgt hij eene groote reinheid, en de weefbare vezels, goed ontwart en in eene rechte, volkomen evenwijdige richting geplaatst, komen uit de kaarden onder den vorm van zeer losse wieken zonder eind, die potten vullen.

De geheele zuivering gebeurt werktuiglijk. Ook zou de rol der kaarders onbeduidend zijn, als zij niet onophoudelijk de kaarden moesten reinigen en poetsen. De tanden, in de cilinders geplaatst, houden katoendeeltjes (afval) op, en na eenigen tijd wordt het noodig deze onzuiverheden te verwijderen. Zulks gebeurt in den regel door het uitkammen met eene handkaarde, die al de katoenvezeltjes en afval van den cilinder wegneemt. Dit werk is nog al ongezond. Door de bewerking vliegt veel stof in de lucht en meermalen is de werkman verplicht zich het aangezicht gedeeltelijk te bedekken om het van het katoenstof te vrijwaren.

De afval der kaarden waar Amerikaansch katoen verwerkt wordt, draagt men naar de kaarden van het Indisch katoen. De afval dezer laatsten wordt aan de fabrikanten van katoenen dekens verkocht.

Het loon der kaarders, bijna allen volwassen personen, bedraagt 20 tot 26 centiemen per uur, naar gelang de behendigheid, den ouderdom en de inrichting.

Men vindt ook een of meer slijpers en hulpslijpers in de fabrieken; zij zijn met het onderhoud der kaarden belast. De slijpers winnen 22 tot 34 centiemen per uur, de hulpslijpers 22 tot 28 centiemen.

[pagina 87]
[p. 87]

De eenen zoowel als de anderen hebben menigmaal overwerk, en ontvangen nog al wat drinkgeld.

Wanneer de potten gevuld zijn met katoenen wieken, worden zij door kinderen, wier loon 6 tot 16 centiemen per uur bedraagt, naar de rek- of strekmachine gedragen.

Tot nu toe ontmoetten wij slechts mannen in de kaarderij; allen werden per uur betaald. Nu zullen we er slechts vrouwen vinden die voor het grootste deel per stuk betaald worden.

De rekmachines worden te Gent door vrouwen bediend. De bewerking bestaat in het samenbrengen van zes der wieken die van de kaarden komen in eene enkele, sterkere wiek, aan dewelke reeds eene lichte wringing wordt gegeven; De zes wieken worden door de strekmachien langzaam uit de potten getrokken, en langs den anderen kant levert het werktuig eene enkele wiek die op hare beurt een pot vult.

De loonen verschillen tusschen 10 en 16 of 17 franken per week. De minderjarige werkmeisjes winnen 16 of 17 centiemen per uur.

Van de rekmachien, waar de wiek reeds een weinig versterkt werd, gaat zij naar de spilbank of vlieger waar zij, door bewerkingen die nog al veel gelijkenis hebben met het rekken, vermenigvuldigd, gewrongen, verdund en gerond wordt. Na opvolgenlijk door de grove banken, de tusschenbanken en de fijne banken getrokken te zijn, heeft de wiek den vorm verkregen van een katoenen koordje, dat op het einde der fijne bank op groote bobijnen wordt gewonden.

De werkmeisjes die aan deze machienen gebruikt worden, zijn bijna allen per stuk betaald. De taks

[pagina 88]
[p. 88]

der vergoeding verschilt van fabriek tot fabriek, en naar gelang de min of meer groote fijnheid der werktuigen en de behendigheid der werksters. Het loon der volwassenen verschilt van 10 tot 19 franken per week, en bedraagt gewoonlijk 14, 15 en 16 franken. De werkster wordt betaald volgens hare opbrengst, dikwerf door teekens op de verdeelingsschijf aangewezen. De leermeisjes hebben 8 tot 12 centiemen per uur. Daarbij ontvangen zij een drinkgeld van 10, 20, 30 centiemen, soms 1 frank, van de werkster onder wier leiding zij arbeiden, en die ze aldus belang doet stellen in de goede voortbrengst der banken.

De groote bobijnen der spilbanken worden in bakken vereenigd, en naar de spinzaal overgebracht door dragers die 19 tot 23 centiemen per uur winnen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken