Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Van Zuster Beatrijs (1922)

Informatie terzijde

Titelpagina van Van Zuster Beatrijs
Afbeelding van Van Zuster BeatrijsToon afbeelding van titelpagina van Van Zuster Beatrijs

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.50 MB)

XML (0.03 MB)

tekstbestand






Illustrator

Edmond van Offel



Genre

proza

Subgenre

marialegende


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Van Zuster Beatrijs

(1922)–Joseph Witlox–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 9]
[p. 9]

Van een boozen man.

In een oud bocksken wordt de volgende gebeurtenis verhaald, die ons duidelijk toont, hoe trouw Maria, de Moeder van Christus, hare dienaren tegen de boosheid der menschen en den haat des duivels beschermt.

In de XIIIe eeuw leefde er een echtpaar, dat men niet gelukkig kon noemen. De vrouw was deugdzaam en had groote liefde tot Maria; doch de man was met vele en groote ondeugden behept, en verkwistte in dronkenschap en nog slechtere dingen het weinige, dat hij bezat.

Dit nu was voor de vrouw een groot verdriet, en alles deed ze. wat in haar vermogen stond. om den ongelukkige op den goeden weg te brengen. Maar hij wilde niet luisteren, en volhardde in zijn boozen levenswandel.

Eindelijk was er zoo'n bittere armoe in huis, dat de vrouw besloot, zich met de verpleging van een vreemd kind te belasten; zelf had ze geen kinderen, en 't kostgeld, waarop zij rekende, zou tenminste voor haar nooddruft voldoende zijn.

De vrouw stond bekend als fatsoenlijk en deugdzaam, en zoo gebeurde het, dat een edelman, die zijn jonge echtgenoote had verloren, zijn kind bij haar besteedde.

Doch heur man kwam van kwaad tot erger. Hij kon hare vermaningen en verwijtingen niet uitstaan: zij leefde hem te lang. En hij leende het oor aan een ingeving des duivels, en besloot, het kind, dat bij hem besteed was, om te brengen: dit was, dacht hij, 't beste middel om van zijne vrouw, wie men zeker de schuld zou geven, af te komen.

Eens, toen zijne vrouw niet thuis kwam, wurgde hij 't onnoozel wichtje, in de vaste meening, dat niemand hem van de gruweldaad zou verdenken.

De vrouw kwam thuis, zag wat er gebeurd was, en begon vervaarlijk te schreien. Vele menschen kwamen toegesneld, en overtuigd, dat de

[pagina 10]
[p. 10]

arme vrouw niets deed dan huichelen, dat zij den moord op heur geweten had, sleurden zij haar vóór den rechter, die de ongelukkige tot den brandstapel verwees.

En toen men de onschuldig veroordeelde naar de gerechtsplaats leidde, sloeg zij de oogen ten hemel, en riep uit:

- Maria, Moeder van Barmhartigheid, kom mij ter hulp! Gij weet dat ik onschuldig ben, en steeds heb ik U trouw gediend.

En plotseling kwam uit 't kreupelhout eene schoone Vrouw, met een Kindeken op den arm, te voorschijn getreden.

- Gij hebt, sprak zij tot den rechter, deze vrouw onschuldig veroordeeld. Keer terug naar de rechtszaal, en doe alles, wat dit Kind u gebieden zal.

En de rechter, die hevig ontsteld was, durfde niet weigeren, en nam, door een ontelbare menigte omstuwd met de veroordeelde en met de Vrouwe en heur Kind den terugweg naar de rechtszaal aan.

Daar aangekomen, zei 't Kind tot den rechter:

- Laat 't kind halen, dat, zooals men beweert, door deze vrouw is omgebracht.

Het lijkje werd gehaald.

Toen zei het Kind:

- In den Naam des Allerhoogsten gebied ik u, te zeggen, of deze vrouw u vermoord heeft.

En uit den mond van 't levenloos lichaampje kwam dit antwoord:

- Neen, deze vrouw is onschuldig; zij heeft mij teer verzorgd, als ware ik heur eigen vleesch en bloed geweest.

- Dan beveel ik u, hernam 't Kind, dengene, die u gedood heeft, aan te wijzen.

En er kwam leven in 't reeds koude lijkje van 't onnoozel slachtoffer. 't Rees op van den grond, en ging tot den man, die de misdaad bedreven had en stout genoeg was om 't geding bij te wonen, en greep hem bij de kleederen, en zei met helder stemmeken:

- Deze is de moordenaar!

Toen verdween plotseling de schoone Vrouw met haar Kindeken, en niemand kon zeggen, waar Zij gebleven was.

Maar de onschuldig veroordeelde, die onmiddellijk werd vrijgelaten, begreep alles, en loofde in overmaat van blijdschap en dankbaarheid den reddenden Christus en zijn lieve, goedertieren Moeder.

En op bevel van den rechter werd de schuldige in boeien geklonken, en nog dienzelfden dag stierf hij, in plaats van zijne vrouw, op den brandstapel in de ijselijkste pijnen......

[pagina 11]
[p. 11]

Wat betreft zijn slachtoffer, het onnoozel wicht, dit verzonk weêr, na op bevel van Maria's Zoon zijne taak volbracht te hebben, in den sluimer des doods; en 't blanke zieltje, in 't bad der Wedergeboorte van de erfsmet gelouterd, juicht en speelt in den Hemel met zijne broerkens, de Engelen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken