Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Voorwaarden voor hergebruik
    • Disclaimer
    • Voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid

Informatie terzijde

Wiekslag om de kim. Deel 2. Commentaar en apparaat
Toon afbeeldingen van Wiekslag om de kim. Deel 2. Commentaar en apparaat

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (15,13 MB)

Scans (30,94 MB)

ebook (15,81 MB)

XML (3,04 MB)

tekstbestand






Editeur

Leo Jansen


Genre

poëzie

Subgenre

studie
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Wiekslag om de kim. Deel 2. Commentaar en apparaat

(1996)–Karel van de Woestijne– Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[GZ36] Waarom verwijt ge mij de paden te verlaten

Overlevering

C: Carnet H-72, p. 18v, 19r.
M: Manuscript H-76,59.
P1-3: Drukproeven D H-78,61.
D: God aan zee, p. 61.

Datering

21 april 1926, kort daarvoor en kort daarna.

Ontwikkelingsgang

De eerste, meteen volledige versie van het gedicht schreef Van de Woestijne met potlood in zijn carnet van 1926 op p. 19r (C:A). Op de naastliggende pagina schreef hij een alternatief bij r. 6 (fase d). Korte tijd daarna volgde daarboven, met de datum ‘21 April’, in inkt een tweede volledige versie (C:B). Van de Woestijne bracht daarin later met potlood varianten aan (fase c in de regels 2, 5, 6 en 8). De stadia A en B zijn in de gecombineerde synopsis opgenomen.

Varianten en correcties



illustratie

1 C:A   Waarom verwijt   gij mij de   wegen te verlaten  
  C:B   | | ge |   |
  M-D   |   | paden | |

2 C:A a die   [   ø   ] de menschen gaan?  
  b [ ], van   het eigen   oog verlicht,   [ ]
  C:B a |   |
  c [   ] den [ ] blik [   ]
  M-D   |   | hun |   |

3 C:A a De zee klotst   heen en weer en, zonder   bak  
  a [   ] [ba]ak of bate  
  C:B-D   | | om haar-zelf |   |,

[pagina 491]
[p. 491]


illustratie

4 C:A   weet in haar   kom [ ø ] haar maat te slaan  
  C:B-D   | | slappen kom haar eindloosheid | |.

5 C:A a Ik wil geen   doel   [   ø   ] dan van uw wil geboden.  
  b [   ] , mijn   Gode   [   ]
  b [   ] [God] , [   ]
  C:B a |   | g  
  a [   ] doel, mijn God, dan van uw   wil geboden.  
  b [] heb [   ]
  c [   ]   gril [ ]
  M-P2   |   |   wil | |
  P3 a |   |
  b [   ] U[w] [   ]
  D   |   |

6 C:A   De zee slaat   om de maan de maat van allen tijd  
  C:B a |   | .
  c [ ] naar [   ]
  d {[   ]}
  d {Zee, slinger uit de maan de maan van allen tijd}
  M-D   De zee slaat aan de maan de maat van allen tijd.  

8 C:A   Het is de weg der eeuwigheid  
  C:B a |   | .
  c En 't [   ]
  M-D   |   |

Noten

1Van het gedicht verscheen een vertaling in het Duits.


Vorige Volgende