Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De geschiedenis van een kind (ca. 1895)

Informatie terzijde

Titelpagina van De geschiedenis van een kind
Afbeelding van De geschiedenis van een kindToon afbeelding van titelpagina van De geschiedenis van een kind

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.61 MB)

ebook (2.89 MB)

XML (0.17 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De geschiedenis van een kind

(ca. 1895)–Johanna van Woude–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 96]
[p. 96]

Zevende hoofdstuk.

Eenige oogenblikken zaten wij elkaar in schuldig stilzwijgen aan te staren.

‘O!’ zeide ik eindelijk, diep ademhalend. ‘Denk je dat je 't heusch zou durven?’

Maar voordat Kitty mij antwoorden kon, ging de deur open en trad Grootmama de kamer binnen.

Ik zag haar gezicht betrekken, toen zij Kitty gewaarwerd, maar zij zeide slechts op afgemeten toon: ‘Goedenmorgen, Cornelia.’

Blijkbaar verwachtte zij dat Kitty op zou staan, zooals ik ook gedaan had; maar Kitty bleef bedaard op den rand van het bed zitten, terwijl zij hare voeten heen en weer zwaaide en de ringen aan hare vingers bekeek. Bij Grootmama's

[pagina 97]
[p. 97]

begroeting zag zij met een onnoozel gezicht op, en even knikkende, zeide zij: ‘O, hoe vaart u, Mevrouw?’

Grootmama zette langzaam haar bril op en keek Kitty zóó doordringend aan, dat ik voor dien blik beefde.

‘Cornelia,’ zeide zij gestreng, ‘ik heb iets met mijne kleindochter te bespreken, en moet u daarom verzoeken ons alleen te laten.’

‘Heel goed,’ zei Kitty.

Zij stond op, streek hare jurk, die een weinig verkreukeld was, glad en keek even in den spiegel, terwijl zij haar hoed opzette.

‘O ja, Mevrouw, mag Betsy van avond bij mij komen theedrinken? - Mama zeide dat ik haar vragen mocht,’ voegde zij er ietwat spijtig bij, door de ondervinding geleerd dat de vergunning harer moeder bij Grootmama als een noodzakelijk vereischte werd beschouwd.

‘Neen.’

‘Och toe, als 't u blieft, Mevrouw,’ hield Kitty aan, maar haar verzoek werd kortweg afgewezen.

Ik voelde dat ik rood werd, en keek, toen

[pagina 98]
[p. 98]

Kitty de kamer had verlaten, met een boos gezicht naar de strepen van het karpet, want ik wilde Grootmama niet aankijken.

‘Nu, Elisabeth,’ hoorde ik haar zeggen, ‘nu wilde ik wel eens hooren wat dit alles beduidt.’

‘Wat wàt beduidt?’ vroeg ik koud, zonder op te zien.

Grootmama lette niet op die vraag.

‘Ik ben heel ontstemd, Elisabeth.’

Geen antwoord.

‘Guurtje heeft mij verteld dat je, toen zij je aanmaande om je kamer in orde te brengen, heel boos geworden ben en - dat je haar hebt geslagen! Liesbeth, als een klein meisje zoo iets doet,’ - Grootmama sprak op plechtigen toon, - ‘dan begaat zij een moord in haar hart. Bedenk eens dat je een mes in je hand hadt kunnen hebben, toen je op Guurtje aanvloog; je hadt haar kunnen dooden. Je hadt geen mes in je hand, maar je hadt de zonde in je hart.’

Ik antwoordde niet. Mijne lippen trilden, en het was of er in mijn keel iets naar boven kroop. O, als Grootmama mij nu eens in hare armen

[pagina 99]
[p. 99]

genomen had, en mij teedere woordjes had ingefluisterd, zooals die arme vrouw deed!

Ik hoorde haar zuchten. Misschien had zij een stroom van verontschuldigingen verwacht, in plaats van dit zwijgen. Ik voelde dat zij naar mijn onverschillig gezicht keek, en begreep dat zij mij voor zeer verstokt hield. Zij was bedroefd, dit wist ik, maar waarom toonde zij dit niet?

Alles wat zij nog zeide was dat ik den heelen dag in mijne kamer moest blijven, en als ik excuus wilde vragen, mocht ik daarvoor om vijf uur beneden komen.

‘Ik hoop,’ eindigde zij streng, ‘dat je eens na zult denken over wat ik je gezegd heb. Hier is een lijstje van spreuken over boosheid en drift. Je moet ze van buiten leeren en kunt ze opzeggen, als je om vijf uur beneden komt. Zulk een koppigheid kan alleen met strengheid overwonnen worden, vrees ik.’

Zij legde het stukje papier, waarop zij de spreuken geschreven had, op mijne waschtafel, en verliet de kamer zonder mij verder met een blik te verwaardigen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken